Zeldzame muizen kunnen verhuizing De Kraaien niet tegenhouden

Eindelijk is het zover voor de hockeyers van De Kraaien. Na dertien (!) lange jaren mag de club uit Wijdewormer verhuizen naar Zaandijk. De asbest- en stikstofproblemen zijn verholpen en van beschermde mussen en vleermuizen was geen sprake.

Jarenlang hield Milieuorganisatie Kontakt Milieubeheer Zaanstreek (KMZ) – die waken tegen aantasting van het milieu in de regio – de verhuizing tegen. Zij zitten niet te wachten op de bouw van een hockeyclub midden in de natuur. Precies in het gebied waar volgens de organisatie de zeldzame meervleermuis voorkomt. Eerder was dat nog de Noordse woelmuis. De organisatie gooide de afgelopen tien jaar, toen duidelijk geworden was wat de nieuwe locatie werd van De Kraaien, alles in de strijd. De Raad van State zette vijf jaar geleden zelfs tijdelijk een streep door het plan. Al die tijd leefde De Kraaien tussen hoop en vrees. 

‘Ik had nog nooit van meervleermuis gehoord’, vertelt Peter Wieringa, sinds 2019 voorzitter van De Kraaien. Hij heeft de afgelopen jaren heel wat nieuwe diersoorten voorbij zien komen en leren kennen. Wieringa is blij met het behaalde succes van de gemeente. Het beroep bij de Raad van State tegen de vergunning van Zaanstad is ongegrond verklaard. De verhuizing is dus een feit. En was ook hard nodig, zo vertelt Wieringa. ‘Onze twee zandvelden zijn al lang afgeschreven. Er is achterstallig onderhoud. Het complex heeft echt zijn beste tijd gehad. We doen alleen wat echt nodig is, want we houden het geld liever op zak voor onze nieuwe locatie.’

Spreeuw, woelmuis, specht of wezel 

Maar dat dat geld zolang op zak zou blijven, had niemand van De Kraaien gedacht. De ene na de andere spreeuw, woelmuis, specht of wezel werd in de strijd gegooid om het proces te dwarsbomen of te vertragen. ‘Het KMZ wil hoe dan ook de natuur in de Zaanstreek behouden. Hun doelstelling is duidelijk: met alle macht de bouw proberen te verhinderen.’

De Kraaien telt ruim vijfhonderd leden, maar moet het doen met de faciliteiten van een veel kleinere club. ‘De gemeente Zaanstad telt zo’n 160.000 inwoners. Ik hoop dat we na onze verhuizing zo’n acht- tot negenhonderd leden op onze club hebben. Met betere (water)velden, maar ook betere infrastructuur. We zijn straks veel veiliger bereikbaar. We liggen nu aan de rand van de polder. Het is hier prachtig, maar te klein en niet goed.’

Nu de kogel eindelijk door de kerk is, kan Wieringa niet wachten tot de gemeente begint met de aanleg van het complex. In 2021 werd er al een start gemaakt, toen er 150 bomen gekapt werden. Toen had de bouw van de club snel moeten volgen, maar zorgden rechtelijke procedures weer voor veel vertraging. ‘Ik hoop dat het eerste veld in het voorjaar van 2025 klaar is. Dan zijn we in het begin nog wel op twee locaties actief. Want de bouw van het clubhuis kost ook tijd.’

Heeft De Kraaien straks wel een clubhuis? 

De gemeente regelt het complex in Zaandijk, De Kraaien is verantwoordelijk voor het clubhuis. Daar is jaren geleden al een groot bedrag voor vrijgemaakt, maar inmiddels zijn de prijzen gestegen. Bovendien loopt er nog een zaak tegen het nieuwe kraaiennest. ‘Er is bezwaar aangetekend tegen de bouw van het clubhuis. Door dezelfde organisatie. Ik hoop dat het niet te veel vertraging oploopt en het KMZ zich er ook bij neerlegt’, vertelt de voorzitter over de zaak die eind dit jaar voorkomt. ‘De vergunning valt binnen de kaders die deze maand nog door de Raad van State is goedgekeurd. Alle seinen staan dus op groen. Eigenlijk kan het niet meer mis’, overtuigt de voorzitter. Toch bestaat tot de uitspraak nog steeds de kans dat De Kraaien straks een prachtig nieuw complex heeft met velden, fietsenstalling, parkeerplaats en waterberging, maar zonder clubhuis. 

Voorlopig is het zaak om de huidige verblijfplaats goed te verkopen. Het complex is namelijk eigendom van de club. Zo hoopt de voorzitter het gat in de begroting van het clubhuis enigszins te kunnen dichten. ‘Maar daar redden we het niet mee. Alles is fors duurder geworden. Hoeveel dat precies is, durf ik niet te zeggen. We hopen dat we straks met subsidies en een crowdfunding in ieder geval de basis kunnen betalen. Dat we een fatsoenlijk clubhuis neer kunnen zetten en de afwerking later doen.’

De voorzitter hoopt volgend seizoen definitief te kunnen verhuizen. En dat er in de toekomst zich niet weer een of andere beschermde diersoort opdoet. ‘Ik wil straks vooral gewoon een goede buurman zijn. We zitten straks midden in de bewoonde wereld. Ik hoop dat we een functie in de buurt krijgen. Tot last zijn we niet. We gaan geen dansfeesten organiseren tot diep in de nacht’, vertelt hij. ‘We zullen de juiste voorzieningen treffen voor het lawaai van een hockeyveld en zullen verlichting op een passende manier laten schijnen. We gaan het absoluut heel netjes doen. Dat moet ook wel, we zitten straks naast het politiebureau’, besluit hij lachend. 


Wat vind jij? Praat mee...