2020 was door corona een bizar jaar. Ook voor de hockeysport. In de rubriek Mijn coronajaar blikken redacteuren van hockey.nl in een persoonlijk verhaal terug op 2020. Vandaag Marco van Nugteren, die normaal gesproken op zondag verslag doet van de Hoofdklasse.
Voordat de coronacrisis uitbrak, stond ik iedere zondagmiddag langs de lijn om verslag te doen van een wedstrijd in de Hoofdklasse. Ook de rest van de week bestond mijn werk vooral uit het schrijven over de actualiteit rondom het tophockey. Dan werd er weer een coach ontslagen, dan speelde Nederland weer een interland voor de Pro League, dan stond de EHL weer op het punt van beginnen. De verhalen dienden zich vanzelf aan.
Tot halverwege maart, toen de bal stopte met rollen.
Kampong speelde niet meer tegen Hurley, geen coach die ik meer kon vragen waarom ze verloren hadden en ook de voorbeschouwing op de allereerste EHL voor vrouwen hoefde niet te worden geschreven. Mijn agenda was voor het eerst in jaren leeg. Dat was spannend, want de site en de app moesten toch worden gevuld, maar bood ook de kans om naar interessante verhalen te speuren die de (top)hockeywereld nog méér te bieden heeft. Het werd een ontdekkingsreis.
Skypen met een superfan in Argentinië
Zo keek ik op een middag via Skype opeens rechtstreeks een slaapkamer in Argentinië in. Daar zat de Argentijnse Debora Anido, een vrouw van 21 die tot voor kort op social media een fanaccount bijhield van twee bekende hockeysters. Terwijl er in Buenos Aires een standbeeld van de nationale hockeygodin Luciana Aymar werd neergezet en Delfina Merino werd uitgeroepen tot Wereldspeelster van het Jaar, koos Debora andere idolen uit. Zij was fan van Ellen Hoog en Lidewij Welten.
Debora sprak geen woord Nederlands. Ze was er zelfs nog nooit geweest, maar raakte 12.000 kilometer verderop toch betoverd door de twee balvirtuozen, die ze via livestreams en YouTube leerde kennen. Ze vertelde hoe ze in diezelfde slaapkamer urenlang had gewerkt aan compilatieclips van de twee Nederlandse speelsters, die ze publiceerde op haar Twitter-account @Welten_Hoog_Fan.
Recht in de camera vertelde Debora dat ze nog maar zestien jaar oud was, toen ze samen met een vriendin in hun woonplaats Tucumán de bus in stapte om er pas dertien uur later in de stad Rosario weer uit te komen. Daar werd de Hockey World League gespeeld en wandelde ze onaangekondigd het spelershotel van Oranje binnen, waar ze pardoes haar twee idolen tegen het lijf liep. Een ontmoeting waarvan ze vijf jaar later nog altijd begon te glunderen.
Zoeken naar een standbeeld van Dhyan Chand via Google Earth
Via Google Earth zocht ik voor een andere verhaal urenlang naar een standbeeld van de Indiase hockeylegende Dhyan Chand (1905-1979) dat uiteindelijk helemaal niet bleek te bestaan. Dat was eigenlijk ook wel enigszins te verwachten. De stad waarin dat ding zich zou moeten bevinden, was niet Mumbai of New Delhi in India, maar Wenen in Oostenrijk. Een plek net zo’n logisch als Schiermonnikoog of Appingedam.
Toch had ik op meerdere websites gelezen dat er in Wenen wel degelijk een standbeeld van Chand moest staan. Eén zelfs met vier armen en in elke hand een hockeystick. Niet alleen Indiase media, maar ook de BBC maakte daar melding van. De Britse omroep wist zelfs ongeveer de locatie in Wenen, namelijk ‘bij een sportclub’.
Opeens bestond mijn werk uit het zoeken naar bewijsmateriaal van iets dat helemaal niet bestond. Google Images toonde wel afbeeldingen van standbeelden van Dhyan Chand, maar die stonden allemaal in India, niet in Oostenrijk. Welke van de vijf hockeyclubs in Wenen ik ook via Google Earth bekeek, nergens ontdekte ik de contouren van een sculptuur. HC Wien, de club die ik op goed geluk mailde, antwoordde via de secretaris dat het standbeeld in ieder geval niet bij hen stond. Sterker nog, hij had er nog nooit van gehoord.
Uiteindelijk was het de Oostenrijke hockeybond die in een e-mail een einde aan de zoektocht maakte. ‘Dit beeld bestaat niet. Het is een mythe.’
Skypen met de topscorer van de HWL
Tot slot interviewde ik op een ochtend via Skype de topscorer van de Hockey World League van het seizoen 2016/2017. Dat was niet Lidewij Welten, Frédérique Matla of een andere aanvaller van Oranje. Ook geen speelster uit een groot hockeyland als Argentinië, Australië, Duitsland of Engeland. Nee, het was de volstrekt onbekende goaltjesdief Tiara Dutta uit Fiji. Een land dat één waterveld telt.
Dit soort verhalen prikkelen de fantasie. Zou er heel misschien 21 jaar geleden op één van de 332 eilanden van de Republiek Fiji een meisje geboren zijn met het talent van Luciana Aymar? Een wonderkind dat nu als volwassene de pech heeft dat ze met haar vaderland hoogstwaarschijnlijk nooit op een wereldkampioenschap of Olympische Spelen uitkomt?
Maar nee. Dutta maakte haar 27 goals in de eerste toernooironde van de Hockey World League, waaraan de toplanden niet meededen. Die stroomden pas twee toernooirondes later in. Daardoor waren het vooral de Salomonseilanden, Tonga en Papoea-Nieuw-Guinea tegen wie ze had gescoord, maar aan het eind van het seizoen was het wel mooi háár naam die bovenaan de topscorerslijst stond.
Concluderend is 2020 een jaar geweest waarin ik persoonlijk heb geleerd verder te kijken dan alleen Amsterdam-Den Bosch. Of het nou op Fiji, in Argentinië of in India is, of gewoon in Nederland bij een club als Dieren – waar ze jarenlang hockeyden op een veld met granaten uit de Tweede Wereldoorlog in de bodem – de hockeywereld barst van de verrassende verhalen.
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.