Naar Duitsland? Om zes uur trainen? Het is opeens zo gek nog niet

Het was vrijdagavond, na de persconferentie van het kabinet, spitsuur in bestuursapp-groepen. Geen amateursport na vijf uur. Dat hakte erin bij de clubs. Uiteraard worden er oplossingen gezocht. En gevonden.

We beginnen ons belrondje in Utrecht, bij de grootste club van Nederland. Bij Kampong dus. Dik drieduizend leden en dus ook een enorme sloot aan zaalhockeyers. Honderdzestig teams, zo telde voorzitter Sandra van Loon.

Kampong is sinds enkele jaren de trotse bezitter van een blaashal met vier velden. Ideaal dus voor de winter. ‘Alleen zaten we nu met een logistiek probleem’, zegt Van Loon. ‘Want hoe geef je al die teams een plek? Voor de meeste teams kom je door school en werk tussen 16.00 en 17.00 uur uit. Buiten hebben we velden genoeg, maar veel te weinig balken. Er was dus wel wat paniek.’

 

Dit bericht op Instagram bekijken

 

Een bericht gedeeld door KAMPONG MA1 (@kampongma1)

‘De zaal is sowieso een uitdagende periode voor ons’, geeft Jeroen Bakkers, voorzitter van Delta Venlo aan. ‘Los van corona hebben we op zeven verschillende locaties zaaltrainingen in ‘groot Venlo’. We houden van het spel, het zit in de cultuur van de club. Maar onze uren zijn wel om de vaste zaalsporten heen gepland. We zijn nu aan het kijken wat er overblijft.’

Kampong bedacht een oplossing voor de lange en korte termijn. Van Loon: ‘Voor deze week gaan we loten. Dat is het eerlijkst. Ik heb nu, maandag aan het begin van de middag, twintig teams die op dinsdag van 16.00 tot 17.00 uur willen trainen. Daarvan moeten we dus minstens zestien teleurstellen. Helaas, het is niet anders.’

Na deze week wordt het zaalschema opnieuw in elkaar geklust. ‘We hebben alle teams gevraagd wat ze willen. Staan ze er bijvoorbeeld ook voor open om ook op het veld, zonder balken, te trainen? Of kunnen ze toch eerder trainen? Vanuit de eerstelijnsteams bleek al dat zij vroeg in de ochtend willen trainen. Vanaf half zeven! Ik dacht eerlijk gezegd eerst dat het een grapje was. Maar ze gaan er echt staan, volgens mij.’

Deventer jongens C1 op het NL in 2020. Foto: Willem Vernes

Geloof het of niet, maar het kan nog gekker. Dat blijkt als we Rob Muller, de voorzitter van Deventer spreken. Bij de club uit Overijssel kunnen de 45 zaalteams zich inschrijven voor zaalblokken. ‘Eerst boden we alleen de uren vanaf drie uur ’s middags aan, maar al gauw werd duidelijk dat dat breder kon. Onze meisjes A1 heeft zich bijvoorbeeld ingeschreven op de vrijdagochtend van zes tot acht.’ Hij zal zelf zeker even komen kijken. ‘Maar wel pas om zeven uur hoor…’

Het trainen is ook bij Deventer, dat een blaashal met twee velden heeft, dus een gepuzzel. Met de competitie komt het wel goed, denkt Muller. ‘Op zaterdag en zondag redden we het wel. We beginnen wat eerder, plannen in overleg met de KNHB extra weekenden in. Alles voor vijf uur klaar hebben, wordt niet zo’n uitdaging.’

Delta Venlo-voorzitter Jeroen Bakkers.

In Venlo wordt er ondertussen buiten stevig doorgetraind. ‘Dat wilden we sowieso blijven doen’, zegt Bakkers. ‘Nu hebben we iedere dag aan het begin van de middag een open veldtraining, voor iedereen vanaf de D. De trainers staan er, we zien wel wie er komt. Zo hopen we iedereen toch genoeg hockeyuren krijgt.’

De zaalinventarisatie is nog in volle gang. ‘De competities beginnen al snel. We willen het liefst niemand ongetraind laten beginnen. Daar zijn we wat huiverig voor. Al weet ik ook dat dit, zeker wanneer het langer duurt dan december, geen makkelijk verhaal wordt.’

Er is inmiddels al een lijntje gelegd met clubs in Duitsland. ‘Ik weet nog niet precies wat daar de regels zijn. Maar misschien is dat een optie. We gaan er wel naar kijken.’ Dus de kans bestaat dat, pak ‘m beet, meisjes B3 van Delta Venlo in Mönchengladbach gaat trainen? ‘Zo gek is dat niet. We hebben vaker contact met elkaar. Het is maar twintig minuutjes rijden.’

Kijken naar de Kerst