Terwijl de strijd om brons voor de dames van Jong Oranje het hoogst haalbare bleek in Gent, hield Lorijn de Kraker in de finale op het EK U21 de Nederlandse eer hoog. De 23-jarige scheidsrechter leidde een foutloze finale tussen Duitsland en gastland België (Duitsland won na shoot-outs). ‘Ik heb er geen woorden voor’, blikt De Kraker daags na het EK Onder 21 terug. ‘Het was fantastisch!’
De Kraker draait nog niet zo lang mee in het fluitleven, maar geldt als een groot talent in het scheidsrechterskorps. Ze heeft het niet van een vreemde: zo was onder meer haar broer in het verleden actief als hockeyscheidsrechter. ‘Je kunt wel stellen dat ik uit een echt fluitfamilie kom’, lacht de geboren Bussumse. ‘Ik zag hem vroeger aan het werk als scheidsrechter en ik dacht: dit wil ik ook. Ik was meteen enthousiast.’
Talent
Op haar zestiende haalde De Kraker al haar CS+ examen bij hockeyclub Naarden. De CS+ opleiding is bedoeld voor clubscheidsrechters die fluiten leuk vinden en daar beter in willen worden. Met dit certificaat is het mogelijk om aan landelijke toernooien deel te nemen. ‘In het begin was ik er niet eens zo mee bezig om bondsscheidsrechter te worden, totdat iemand van de bond kwam kijken om te beoordelen hoe ik fluit bij clubwedstrijden.’
De Kraker was naar eigen zeggen ‘meteen super welkom’. ‘Er zijn niet heel veel vrouwelijke scheidsrechters bij de bond’, schetst de arbiter. ‘Daarnaast heb ik een rustige uitstraling, maar ben ik tegelijkertijd heel energiek op het veld. Ik werd aangemoedigd om me bij de bond aan te melden. Het was een heel fijn traject om te volgen.’
Of De Kraker talent heeft? ‘Het gaat wel goed’, klinkt het bescheiden. ‘Als ik geen talent heb, stond ik niet op dit EK. Ik doe er veel voor om top te kunnen presteren. Het is relatief aan hockeyers, maar ik ben er best veel mee bezig. Dan moet je denken aan video-analyses, fitheid en ik let bijvoorbeeld voorafgaand aan toernooien heel erg op mijn voeding.’
Twee jaar lang kreeg De Kraker intensieve begeleiding in een Talent development panel, een groep onder begeleiding van voormalig toparbiter Fanneke Alkemade. Naast De Kraker behoorde Lizelotte Wolter, Mark Becholz en Steven Bakker – ook actief op het EK U21 in Gent – tot die groep.
De Kraker: ‘Dat was een hele leuke jonge groep. Fanneke heeft in het verleden heel veel ervaring opgedaan. Zo floot ze ook op de Olympische Spelen in Rio, dus zij kent de route. Fanneke is heel recht door zee en kan ons heel goed vertellen wat we niet goed doen, maar tegelijkertijd is ze altijd ondersteunend. Nog altijd kan ik op haar terugvallen.’
Erg belangrijk, vindt De Kraker. ‘Scheidsrechter zijn is vooral een mentaal spelletje’, zo legt ze uit. ‘Er komt natuurlijk tijdens en rondom wedstrijden veel op je af als scheidsrechter. Je moet mentaal goed in je vel zitten.’
De weg naar de finale in Gent
In kleine stapjes boekte De Kraker vooruitgang als scheidsrechter. ‘Het begon met fluiten in de jeugd, in de Super B en Super A. Daarna promoveerde ik tot scheidsrechter in de Eerste Klasse.’ Vanwege haar studie Geneeskunde aan de VU in Amsterdam fluit De Kraker nauwelijks meer in de jeugd op zaterdag. Doorgaans is ze op zondag in de Overgangsklasse Heren te vinden. Daarnaast staat ze nu, verdeeld over twee seizoenen, op vijftien wedstrijden in de Hoofdklasse Dames. De Kraker fluit ook graag heren wedstrijden. ‘Ik ben een jonge vrouw, ik vind het heerlijk om m’n mannetje te staan tussen al die mannen.’
Op internationale toernooien, de 6 Nations in het Ierse Cork (Onder 16), de 6 Nations in Eindhoven (Onder 18) en het EK voor B-landen in het Tsjechische Praag, floot De Kraker tot dusverre alleen dameswedstrijden.
Dat deed De Kraker ook op het afgelopen EK Onder 21 in Gent. Naast drie groepswedstrijden werd ze aangesteld voor de halve finale tussen België en Engeland en later dus ook voor de eindstrijd tussen België en Duitsland. ‘Ik zag het wel aankomen dat ik de halve finale mocht fluiten’, vertelt de scheidsrechter.
‘Ik floot op dat moment een goed toernooi en er wordt onderling tussen scheidsrechters toch wel gepraat. Dat ik óók de finale mocht leiden, kwam voor mij als een grote verrassing. Ik hoopte er wel op, maar had het niet verwacht. Er zijn zoveel goede scheidsrechters op zo’n toernooi. De meesten hebben ook meer ervaring.’
Gouden medaille
Pas om half 10 ’s avonds, de dag voor de finale, vernam De Kraker het goede nieuws. ‘Dat gaat middels een aanwijzing-sheet in het TMS. Dat werd meteen gedeeld in onze Whatsappgroep, waarna ik de ene na de andere felicitaties kreeg. We hadden een hele hechte scheidsrechtersgroep op dit toernooi. Je gunt elkaar zo’n finale, zeker de Nederlandse scheidsrechters onderling. Steven (Bakker, red.) had bijvoorbeeld geen kans om de finale, want hij floot het mannentoernooi en de heren van Jong Oranje stonden in de finale. Toch overheerste bij hem ook het gevoel van: yeah, we hebben het geflikt’.
De Kraker was niet zenuwachtig voor de finale, zo vertelt ze. ‘Dat was ik voor de halve finale meer, maar toen had ik ook nog een doel verder. Na de finale was het natuurlijk klaar. Op zo’n laatste toernooidag is eigenlijk niemand meer, van umpire-managers tot aan spelers en coaches toe, echt aan het beoordelen. Iedereen is vooral aan het genieten. Dat heb ik ook gedaan.’
‘Dit is zeker weten, honderdprocent, mijn hoogtepunt tot nu toe’, vertelt De Kraker trots. ‘Na de finale kreeg ik een mooie gouden medaille. Ik moet iedere keer weer glimlachen als ik naar die medaille kijk’, bekent ze. ‘Ik kijk er nu weer naar. Hij hangt samen met mijn accreditatie aan de kast in mijn studentenkamer in Amsterdam.’
Doel voor doel
De arbiter geniet nu van een welverdiende vakantie. ‘Heerlijk om nu even niets te moeten.’ Eind augustus staat alweer het volgende toernooi op hockeyclub Push op het programma: het Umpires for Europe. ‘Daar fluit ik jongetjes onder 16’, legt De Kraker uit. ‘Dan moet ik ook weer goed zijn. Dat is een hele andere manier van fluiten dan bijvoorbeeld het EK in Gent. Bij de wat jongere hockeyers is het zaak om als scheidsrechter op het veld je fluitgedrag veel meer uit te leggen.’
Belangrijk voor De Kraker is om de komende tijd veel ervaring op te doen, met name op het gebied van internationale wedstrijden. Zoals veel (top)hockeyers hebben ook scheidsrechters doelen voor ogen.
De stip aan de horizon voor De Kraker? ‘Uiteraard de Olympische Spelen. Al vind ik het niet heel beschaafd om dat hardop uit te spreken, want ik ben nog lang niet op dat niveau. Bovendien doe ik daarmee andere vrouwelijke scheidsrechters tekort die daar op dit moment hun best voor doen. Het eerstvolgende doel voor mij is fluiten in de Promotieklasse Heren en om vast naar de Hoofdklasse Dames te gaan. Op dit moment ben ik vooral bezig om te groeien.’
2 Reacties
edwin-smolders
Wanneer ben je een talent als scheidsrechter? Als je alles volgens het boekje fluit…of…juist de wedstrijd een wedstrijd laat zijn/worden? Een scheidsrechter mag van mij heel veel fouten maken, maar laat hem/haar vooral zichzelf blijven en niet in een keurslijf van “kijk mij eens gezag hebben” gaan lopen. Iemand die met een lach op het veld staat en plezier heeft in het spelletje. Een scheidsrechter die “sorry” durft te zeggen wanneer hij/zij het misschien een keer mis heeft, maar dan juist niet zijn/haar fluitje en kaarten gaat gebruiken bij de minste geringste reactie. Sport is emotie en ook die moet je op een goede manier aan kunnen voelen. Daarover staat niets in de spelregels, maar heet persoonlijkheid, uitstraling en natuurlijk gezag. Sommige dingen dwing je af als scheidsrechter. Dat is voor mij talent.
rudi wortmann
ik denk dat er niet zo veel scheidsrechters met de borst vooruit lopen. zelfs in de HK niet. Het zijn vaak oudere scheidsrechters die 'alles al hebben meegemaakt' en zelfs regels 'aanpassen' aan óf het niveau óf wanneer de regels verkeerd worden 'gebruikt'. Een paar jaar geleden werd onze wedstrijd gefloten door een scheidsrechter die oa de OS en WK finales had gefloten. Toen een speelster van ons team de bal op een voet legde kreeg zij een vrije bal tegen voor het opzettelijk uitlokken van een overtreding. Voor de speelsters een 'nieuwe' regel maar voor zijn collega verwarring omdat zij de voetjes (geen "shoot", shoot=schot) in de cirkel gewoon tot SC bevorderde. Ik denk dat het niveau van scheidsrechters omhoog is gegaan de laatste 20 jaar en ook op een beter niveau is gebleven. Jammer dat er nog zo vaak op scheidsrechters gemekkerd wordt. Komt dit omdat we nog steeds met die oudere (generatie van ) scheidsrechters in ons hoofd zitten?