Anna O’Flanagan: eerst slagen bij Bloemendaal, dan de advocatuur in

Toen Iers international Anna O’Flanagan – niet te verwarren met Australisch international Anna Flanagan – aan het eind van de zomer naar Nederland verhuisde en een contract bij Bloemendaal tekende, begon ze aan een nieuwe fase in haar leven. Een fase waarvoor ze behoorlijk zenuwachtig was.  

Nadat ze tien jaar in de Ierse competitie had gespeeld, was de rappe aanvaller uitgegroeid tot een van de meest productieve speelsters van haar land. Ze had op safe kunnen spelen en in Ierland kunnen blijven, maar de 27-jarige speelster uit Dublin was klaar voor een nieuwe uitdaging. Het was sowieso haar lang gekoesterde wens om in het buitenland te spelen, bij voorkeur in de Nederlandse competitie. Afgelopen zomer was het juiste moment om de stap te wagen.

‘Ik ben afgelopen zomer afgestudeerd als advocaat. Ik had fulltime kunnen gaan werken, maar dat eist veel van jezelf als je ook op hoog niveau wilt blijven hockeyen. Ik vond dat het moment was aangebroken voor een break. Dit was voor mij het ideale moment om een nieuwe uitdaging aan te gaan’, zei O’Flanagan zondagmiddag in het clubhuis van Bloemendaal, nadat ze had kennisgemaakt met de harde realiteit van de Hoofdklasse. Bloemendaal ging met 0-6 kansloos ten onder tegen recordkampioen Den Bosch.

Anna O’Flanagan in de wedstrijd tegen Den Bosch (0-6). Foto: Koen Suyk

‘Ik wil kijken waar mijn plafond ligt’

‘Ik speelde al lange tijd in Ierland. Wanneer ik het beste uit mezelf wilde halen, moest ik de stap naar een buitenlandse competitie maken. Ik wilde kijken waar mijn plafond ligt. Ik wil een betere hockeyster worden. Daar heeft het nationale team ook profijt van, want komend jaar spelen we op het WK in Londen.’

O’Flanagan zag in Ierland enkele van haar teamgenoten de afgelopen jaren de overstap al naar Europese competities. Allemaal waren ze louter positief. Vandaar dat O’Flanagan zichzelf aanbood en een video van haar naar Nederland opstuurde. Ze sprak met meerdere clubs, maar koos uiteindelijk voor Bloemendaal, nadat ze op een aantal proeftrainingen in de smaak was gevallen bij coach Teun de Nooijer.

Bloemendaal lijfde ook Chloe Watkins in, haar teamgenoot van de nationale ploeg en van haar clubteam in Ierland, Monkstown. Allebei maakten ze in 2010 hun debuut in de Ierse selectie. Inmiddels hebben ze samen meer dan 300 interlands gespeeld. O’Flanagan speelde afgelopen zomer haar 150ste cap.

Anna O’Flanagan in duel met Lidewij Welten. Foto: Koen Suyk

‘Ik vond het moeilijk om hier te aarden’

Vorig seizoen maakte O’Flanagan voor Monkstown gemiddeld twee doelpunten per competitiewedstrijd. Dit seizoen staat ze op één uit negen. Een groot verschil, al had ze niet verwacht dat scoren in Nederland net zo makkelijk zou zijn als scoren in Ierland.

‘Maar ik vond het wel moeilijk om hier te aarden, vooral in het begin. Ik sprak de taal niet, kende vrijwel niemand en maakte kennis met een ander soort hockey, dat ik niet gewend was. Maar het gaat steeds beter. Ik weet zeker dat ik een belangrijke bijdrage aan het team lever. Het is jammer dat we hebben verloren van Den Bosch, maar dat is het beste clubteam van Nederland. Zij hebben zo veel kwaliteit. Ach ja, ik wilde zo graag uitgedaagd worden en dat is nu ook gebeurd. Dit hoort ook bij Nederland.’