Met een duidelijke 1-4 zege op middenmotor Pinoké bleef nummer vijf Kampong in de race voor de play-offs. Een vijfde plek is naar Utrechtse maatstaven matig, maar coach Alexander Cox ziet verbetering in de werklust van zijn spelers, die eerder op ‘zeventig procent’ zat. ‘Blijkbaar moeten we eerst diep zinken, voordat er een herrijzenis volgt.’
Coach Cox oogde en praatte wat nerveus na de vrij comfortabele zege van zijn ploeg tegen Pinoké, het team dat na de winterstop excelleerde en nu in een veilige haven bivakkeert. Misschien was het spanning die eruit kwam. Zijn elftal had hem de stuipen op het lijf gejaagd na een blunder in de eerste seconden van de wedstrijd, waarmee zijn naar play-offs snakkende ploeg al snel met 1-0 achter stond. Of misschien moest hij de hele week zijn team achter de broek aan zitten. Want als er één term regelmatig terugkwam in het gesprek met de fanatieke oefenmeester was het deze: ‘werken’. De werklust en focus heeft hij het hele seizoen gemist bij zijn spelers. Pas sinds een paar weken is het er écht.
‘De een was heel druk met z’n vriendin. De ander met de nationale ploeg, de ander met z’n werk. Heel veel individuen konden het tot een paar weken geleden niet brengen’, legde Cox uit, die vindt dat hij over dit onderwerp al te vaak vragen heeft beantwoord. Kampong haalt sinds 2012 de play-offs, maar dreigt dit jaar buiten de boot te vallen. Er zijn teveel randzaken die spelen. Of misschien is de echte honger in Utrecht wat gestild na het winnen van de Euro Hockey League afgelopen jaar, de eerste grote prijs sinds 1986. ‘Als jij tophockey wilt bedrijven, maar ook veel andere dingen ernaast wil doen, wordt het lastig. Veel spelers brachten daarom maar zeventig procent. Dan zijn wij niet top 4-waardig. Wij zijn al jaren een team dat er heel hard aan moet trekken en de plaggen uit het veld moet rennen. Pas dan komt de kwaliteit bovendrijven en kunnen we kampioen worden.’
David Harte en Robbert Kemperman feliciteren elkaar na de wedstrijd. Foto: Koen Suyk.
Keeper David Harte weer belangrijk bij Kampong
De wedstrijd zondag op een druk Pinoké – waar de ene supporter meer bezig was met Ajax-Feyenoord dan de wedstrijd – was er een om snel te vergeten, op een paar mooie acties na. De jonge Amstelveense ploeg was fanatiek, vocht voor elke meter en was ook verdedigend lang in staat om het levensgevaarlijke Utrechtse elftal uit de cirkel te houden, maar kwam kwalitatief tekort. Een paar slippertjes waren genoeg voor Kampong om langszij te komen. Eerst mocht Pinoké in de eerste helft op een 1-1 stand drie keer achterelkaar aanleggen voor een strafcorner, maar bracht keeper David Harte twee keer schitterend redding met zijn rechterbeen.
De Ierse keeper was bij de Hockey India League en speelde met het Ierse nationale team de Hockey World League in Zuid-Afrika. Hij kon pas vorige week aansluiten in Utrecht. Harte werd in 2015 en 2016 verkozen tot beste keeper van de wereld (en ook van de HWL in Zuid-Afrika) en zou nog weleens een sleutelrol kunnen spelen de komende weken. Harte is bijkans onpasseerbaar. Een paar minuten na die geredde strafcorners kreeg de handige Constantijn Jonker in de cirkel de bal. Het jeugdige Pinoké maakte de fout om iets te opzichtig de overtreding op de spits te maken, waarna de eerste strafcorner voor Kampong volgde. Die werd in eerste instantie gestopt, maar Boet Phijffer – die tegen zijn oudere broer Hidde Phijffer speelde – kon eenvoudig binnentikken. In de tweede helft leed het Amsterdamse talent Marlon Landbrug lichtzinnig balverlies op een 1-3 stand, waarna Kampong de bal overnam en binnen een paar seconden naar de 1-4 counterde. Dat was een staaltje mannenhockey tegen jongenshockey.
‘Het was rommelig. Maar het belangrijkste is dat we deze wedstrijd naar huis hebben gewerkt’, zei Cox. Het is trainerstaal van een hockeycoach, die nog vier finales speelt. Hij was net als vorige week tegen Den Bosch (4-3 overwinning) tevreden met de arbeid die geleverd was. Want ook een team met sterren als keeper David Harte, internationals Sander de Wijn, Robbert Kemperman en Bjorn Kellerman en aanvallers als aanvoerder Quirijn Caspers en Constantijn Jonker komt er niet mee weg als er te weinig energie wordt geleverd. Zeker met de keiharde concurrentie in dit postolympische jaar van het versterkte Bloemendaal en Rotterdam. Cox: ‘Soms moet je bepaalde dingen aan de kant zetten en werken voor je geld. De laatste weken hebben we onze laatste kans en doen we er weer alles aan.’
Aanvoerder Quirijn Caspers met Jens Sauer van Pinoké
‘We gaan het nog halen. Zeker weten’
Het vooruitzicht van Kampong blijft troebel, ondanks het gelijke spel van Oranje-Rood in Wassenaar tegen HGC. Hierdoor staat Kampong nog maar één punt achter hun Eindhovense concurrent. Maar het programma is loodzwaar met Hurley, koploper Bloemendaal, HGC en de apotheose op zondag 7 mei, in Eindhoven tegen landskampioen Oranje-Rood. Zoals het er nu naar uitziet gaat die wedstrijd beslissen wie er play-offs gaat spelen. Vorig jaar haalden de Utrechters na een lange eindsprint ook de eerste vier. Aanvoerder Quirijn Caspers weet zeker dat zijn ploeg voor de zesde keer op rij de play-offs om de landstitel gaat bereiken. ‘Als we nu alle wedstrijden weten te winnen, halen we het. Het is lastig, maar niet onmogelijk. Natuurlijk staan we te laag voor de kwaliteiten die we hebben. Als je ons team op papier bekijkt, horen we hoger te staan. Maar we zijn nu weer top. Ik denk niet dat we te laat wakker zijn. We gaan het nog halen. Zeker weten.’
Pinoké – Kampong 1-4 (1-2)
‘1 Morris de Vilder 1-0
‘4 Bjorn Kellerman 1-1
’20 Boet Phijffer 1-2
’47 Philip Meulenbroek 1-3
’65 Lars Balk 1-4
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.