Mahieu na heet potje met Spanjaarden: ‘Domme kaarten nekten ons’

Een wedstrijd met twee gezichten. Jong Oranje speelde tijdens de tweede poulewedstrijd van het EK tegen Spanje (3-3) de eerste dertig minuten de pannen van het dak, maar stortte na rust compleet in. ‘Ik heb mijn ploeg nog nooit zo’n hoog niveau zien halen, maar de tweede helft was niet om aan te zien’, zegt bondscoach Jesse Mahieu.

Het chagrijn druipt dinsdagavond van de gezichten af van Jong Oranje. Terwijl de mannen zich via de mixed zone (de plek waar ze de pers te woord staan) richting de kleedkamer begeven, kun je een speld horen vallen. Het enige wat hoorbaar is, is het gemompel van wat scheldwoorden. Boos zijn ze. Woedend. 

Casper van der Veen zette Oranje na twee minuten al op voorsprong tegen de Spanjaarden. In het ramvolle stadion van Atletic Terrassa maaide hij raak met zijn backhand. Timo Boers pushte in het tweede kwart een strafcorner binnen en Danilo Trieling ramde een paar minuten later met zijn forehand de bal tegen de plank. Jong Oranje liep op rozen en ging de rust in met een heerlijke – en verdiende – 3-0 voorsprong. 

Het bereiken van de halve finale was eigenlijk al een feit. Bij een overwinning was de ploeg zeker van de halve eindstrijd. Maar de wedstrijd glipte compleet uit de handen van Jong Oranje. Casper Berkman, Tim Knapper en Pepijn van der Heijden pakten een gele prent, waardoor Oranje bijna twintig minuten (!) met een man minder stond.

De staf van de Jong Oranje Heren. Foto: WorldSportPics

Blij met een punt 

‘Ik moet eerlijk zijn dat ik uiteindelijk blij ben met een punt’, vertelt bondscoach Jesse Mahieu terwijl hij net zijn selectie heeft gesproken. ‘Het was een complete chaos. Het was echt overleven. We vergaten het om goede duels te spelen. Balbezit te houden. Het was niet om aan te zien. Dit beeld zie ik de hele voorbereiding al. Dat we af en toe wegvallen. Het ballonnetje liep leeg. Dat is onvolwassen.’

Mahieu baalt als een stekker. Want hij was zo trots op zijn ploeg. Hij genoot. Straalde. ‘Ik heb ze nog nooit zo’n hoog niveau zien halen. Zelfs niet op trainingen en oefenwedstrijden’, vertelt hij, als hij terugblikt op de weergaloze eerste helft. ‘Dan zie je dat de bovengrens heel hoog is. Dat maakt me blij.’

Iedere hockeyliefhebber moet genoten hebben van het eerste deel. Niet alleen vanwege de prachtige goals of mooie aanvallen. Die waren er zeker, maar het was vooral de vechtlust die opviel. De passie. Iedere verdedigende actie werd door de ploeg gevierd als een doelpunt. En niet zomaar een doelpunt. Eentje uit de EK-finale. ‘Ik ben wel blij met de spirit’, zag ook Mahieu. ‘De beleving was prachtig. We lopen er een paar corners heerlijk uit. Ik zie iedereen voor schoten duiken. De vechtlust was fantastisch. Maar daar wil je eigenlijk niet in terecht hoeven komen. Maar de ploeg heeft het zeker in zich.’

WorldSportPics

Ronduit domme kaarten

Het grootste pijnpunt van dinsdagavond waren de kaarten. Oranje reeg niet alleen drie gele, maar ook twee groene kaarten aaneen. Meer dan een kwart stond de ploeg met minimaal een man minder binnen de lijnen. ‘Er zaten er twee tussen die we gewoon ronduit dom kunnen noemen. Waar dat vandaan komt is de vraag. Misschien de vermoeidheid. Of we dachten over de situaties wat te makkelijk. Dat moeten we uitzoeken. Maar dat heeft ons echt genekt vandaag.’

Berkman deelde met zijn stick een onhandige hak uit en Knapper moest voor vijf minuten op het strafbankje plaatsnemen na commentaar op de leiding. Momenten die volgens Mahieu niet horen. Onhandig, kinderlijk of door vermoeidheid. Dit moet volgens hem iets eenmaligs zijn. 

Want Oranje heeft een uur of twintig om te herstellen. Dan wacht de laatste poulewedstrijd tegen Ierland. Die ploeg pakte een punt tegen Spanje en Engeland. Een gelijkspel is genoeg voor het bereiken van de halve finale, maar dan moet het de tweede helft stukken beter dan dinsdag. ‘We groeien in het toernooi. Maar dat is ook zeker nodig. Ierland heeft een prachtig team met spirit. Die gaan er vol voor. Ik heb alle vertrouwen in een goed resultaat, maar zomaar winnen gaat zeker niet gebeuren.’