Vijf sleutelmomenten die de WK-droom van Jong Oranje verknalden

De WK-droom van Jong Oranje spatte dinsdag uiteen. In Kuala Lumpur boog Nederland in de kwartfinale het hoofd tegen India, 4-3. Een vreemde wedstrijd, met veel plotwendingen. Wij halen er vijf sleutelmomenten uit, die ervoor zorgden dat het team van bondscoach Jesse Mahieu niet meer om de medailles meedoet.

’17 – ’30 De gemiste kansen in het tweede kwart op 3-0

Wat was de opluchting groot toen Pepijn van der Heijden aan het begin van het tweede kwart de 2-0 op het scorebord bracht. Zijn rake sleep gaf Nederland de beloning waar het absoluut recht op had. Want kansen waren er in overvloed na de rappe openingstreffer – ook uit de corner – van Timo Boers. 

En ook na die tweede goal blijven de kansen komen. Een prachtige aanval over rechts, waarbij Olivier Hortensius vrij kan uithalen. De spits raakt de uitgekomen Indiase keeper. Zes minuten later: een nieuwe corner – nummer vier – via Boers, wiens inzet gekeerd wordt door diezelfde doelman. De rebound van Hortensius gaat huizenhoog over. Een (moeilijke, dat wel) duikbal van Casper van der Veen waar keeper Mohith ook weer aanzit. Allemaal kansen in een fase waarin India wat gevaarlijker wordt. Na dertig minuten staan er elf doelpogingen achter de naam bij Jong Oranje. En maar twee goals.

’36  De strafbal die de chaos compleet maakte

India maakte vlak na rust de aansluitingstreffer, uit de eerste écht grote veldkans van de Aziaten. Zij nemen het initiatief over. Schijven met harde klappen over de breedte. Precies anderhalve minuut na de 2-1 komt de bal aan de linkerkant, bij de Indiase linksachter. Hij neemt aan, een paar meter voorbij de middenlijn. Er wordt geen druk op hem gezet. De back gooit er een scoop uit, diagonaal over het veld. Richting de cirkel.

Daar is aanvaller Jojo al. En ook de meeverdedigende Boris Aardenburg, die voor de Indiër staat. De bal is onderweg naar de Indiase spits, als Aardenburg een allerlaatste poging doet de bal te onderscheppen. Hij springt hoog van de grond met zijn stick ver boven zijn hoofd. Jojo wordt gehinderd en kan daardoor niet bij de bal komen. Scheidsrechter Benjamin Peters oordeelt dat dit opzettelijk gevaarlijk spel is van Jong Oranje, binnen de cirkel. Een strafbal dus. Een interpretatie van de Amerikaanse arbiter die het aanvragen van de video-scheidsrechter vrijwel overbodig maakt. Hij stond bovendien met zijn neus bovenop de situatie. Nederland slikt z’n frustratie weg en ziet de strafbal erin vliegen. 2-2, door twee treffers binnen twee minuten.

Foto: Worldsportpics/Will Palmer

’56 Het verliezen van de video-call

Het is een machtig wapen, waar weinig spelers ervaring mee hadden. Het inzetten van de video-scheidsrechter. Alleen jeugdinternationals die al een WK-21, EHL of play-offs hebben gespeeld, hadden eerder met dit hulpmiddel te maken. Vier minuten voor het einde van de kwartfinale staat het 3-3 als India weer aan een aanval begint. Ze doen Nederland aan alle kanten pijn. Via hun scoops, maar ook door de rushes van hun nummer 78, spelmaker Rajinder Singh. Een voorzet van de rechterkant wordt gekraakt en gaat met een boog de cirkel in.

De bal valt in een soort niemandsland tussen Aardenburg zijn Indiase tegenstander. Peters – die het dus druk had – fluit voor een corner, omdat hij constateerde dat de bal tegen Aardenburg aankwam. Nederland vecht het besluit aan. Boers meldt aan de scheids dat India eerst een stick-tackle maakte. De videoscheidsrechter Zeke Newman gaat aan de slag. Bekijkt de beelden uit alle hoeken. Na anderhalve minuut wachten in de smeulende hitte volgt de voor Jong Oranje vrij zure conclusie. ‘Ben, there is no reason to change your decision. You can restart with a penalty corner. And The Netherlands will lose their referral.’ 

’57 De fatale 3-4

Na de strafcorner waar Jong Oranje z’n referral verliest, volgt nog een corner. Eerste uitloper Aardenburg wijst dat hij de bal op kniehoogte tegen zich aangespeeld kreeg. Er gaan nog meer handen omhoog en Peters krijgt een hoop smekende blikken. Maar meer dan wijzen en kijken is er dus niet meer bij voor Nederland. Het luikje naar de video-scheids zit dicht. Ze kunnen alleen maar een kruisje slaan en hopen dat die derde corner op rij ook geen succes oplevert voor India.

Dan doen de Aziaten iets opmerkelijks. Bij de eerste twee corners in deze serie hebben ze alleen twee koppeltjes staan op de kop. Nu, bij nummer drie, schuift een speler – Boby Dhami -op naar links. Beter gezegd: Dhami sluipt weg bij de kop. Schuifelt tot hij tegenover de aangever staat, broedend op een stiekem plan. India neemt de corner inderdaad ‘kort’. Vanaf daar flatst Dhami de bal naar de strafbalstip. Hard en strak. Nederland is verrast en kan amper druk geven op die bal. Die belandt vol op de stick bij de ingelopen aanvoerder Uttam Singh, die de 3-4 maakt. Voor de eerste keer in de wedstrijd leidt India. Op een geweldig belangrijk moment.

 

Dit bericht op Instagram bekijken

 

Een bericht gedeeld door Int Hockey Federation (@fihockey)

’59 – ’60 De cornerregen

Het is onwerkelijk om de cornerregen van Jong Oranje in de laatste 99 tellen van de wedstrijd terug te kijken. Als je van Hollandse hockeyhorror houdt, absoluut doen. Zo niet, bespaar je de moeite maar. Want zelfs als je de uitslag al weet, word je er onrustig van. Het is Boers die aanlegt voor de laatste kans van de wedstrijd. Althans dat lijkt het op dat moment, 1.39 minuut voor het einde. In de praktijk is dit het begin van een idioot einde van deze onvoorspelbare kwartfinale. Die eerste corner pusht Boers tegen de voet van een uitloper aan. Nummer twee gaat op de keeper, de derde weer tegen een uitlooplijf.

We zijn pas zestien seconden zuivere speeltijd verder als Nederland bij de vierde corner iets anders probeert. Via Van der Heijden gaat die terug naar Boers, wiens inzet ditmaal gekraakt wordt door een stick. Daarmee lijkt het allemaal klaar voor Jong Oranje, tot de Indiër Arjun Lanange binnen de 23 vol erin kleunt bij Guus Jansen. Negentien tellen voor het einde komt er toch nog een corner.

Weer pusht Boers op een voet. Niet eenmaal, maar tweemaal. Het is de Indiër Rohit, die later wordt verkozen tot Man of the Match. De man met magneten in zijn schoenen. Bij corner drie staat Nederland met iedereen op de cirkelrand. Op de kop wordt-ie verkeerd gestopt. Er komt na een halve inzet nog een reuzekans voor Hortensius, maar die maait over de bal heen. In de nastoot daarvan schiet verdediger Casper Berkman – wellicht zijn eerste cirkelpenetratie van dit toernooi – de bal hoog in het zijnet.

Een fluitje klinkt. Drie keer. Game over.


Wat vind jij? Praat mee...