De week van de allergrootste beslissingen van bondscoach Delmée

Het is een van de lastigste weken in de bondscoachloopbaan van Jeroen Delmée. Woensdag 19 juni maakt hij zijn olympische selectie bekend. Het overgrote deel van de puzzel heeft de Brabander al gelegd. ‘Het gaat nu nog om de laatste keuzes. Om twee, drie posities.’

Maandag kwamen de Oranjemannen voor het eerst sinds weken weer bij elkaar met de vaste groep. De afgelopen periode werd er in wisselende samenstellingen getraind. ‘De laatste maanden waren de clubbelangen groter’, vertelt Delmée, op de tribune van het Wagener Stadion. Daar heeft Oranje net de eerste training van het zomerblok achter de rug. ‘Met allemaal verschillende samenstellingen door de EHL en de play-offs was het een onrustige tijd. Nu draait het alleen maar om Oranje. Dat is lekker. We zijn in de laatste fase beland richting Parijs.’

In die laatste fase wordt eerst toegewerkt naar de vier duels in de Pro League (vanaf 23 juni). Ruim een maand later, op 27 juli, beginnen de Olympische Spelen. Oranje trapte dat spannende laatste blok maandag af zonder Seve van Ass, die als enige nog rust kreeg. De routinier kwam anderhalve week geleden nog in actie tijdens de play-outs, als enige international. Hij degradeerde in dat rampweekend met HGC uit de Hoofdklasse. Donderdag sluit de middenvelder weer aan bij de nationale ploeg.

Terrance Pieters (Kampong) en Steijn van Heijningen (Rotterdam) misten door blessures de play-offs, waarin hun clubteams de finale haalden. Zij stonden maandag wel op het veld bij Oranje. ‘Terrance en Steijn zijn nog niet volledig aangehaakt’, stelt Delmée. ‘Maar ze zijn wel heel ver. Met Terrance zijn we de afgelopen weken individueel door blijven trainen, Steijn sloot afgelopen week aan bij de groep die we toen hadden. Ze hebben een achterstand, die moeten ze goedmaken. We denken dat ze de Pro League kunnen halen. Ze zijn daarmee reeële opties voor de olympische selectie.’

Terug op het trainingsveld: Terrance Pieters. Foto: Willem Vernes

De helse puzzel met slechts zestien stukjes

Selectie. Het woord valt vaak in het gesprek met Delmée. Logisch natuurlijk. De bondscoach staat op het punt om zijn belangrijkste beslissingen van de afgelopen drie jaar te nemen. Kan komende week wensen uit laten komen en dromen doen sneuvelen. Het zijn de moeilijkste keuzes die hij sinds zijn entree bij Oranje – in september 2021 – moet maken. 

Natuurlijk speelde Nederland onder de voormalig recordinternational al een WK en een (gewonnen) EK. Maar toen bestond de spelersgroep uit achttien man (plus twee reserves). De olympische ploeg telt slechts zestien man, plus drie reserves. Kortom: die samenstelling is een helse puzzel, die woensdag voltooid is. 

 ‘In deze periode ben ik daar de hele dag mee bezig’, vertelt Delmée. ‘Ik slaap er niet slechter van. Maar het speelt wel constant door je hoofd. Het gaat nu nog om de laatste keuzes. Om twee, drie posities. Ik praat er veel over met Eric Verboom (assistent-bondscoach, red.). En dat gaat soms nog alle kanten op. Vlak voor de bekendmaking van de WK-selectie ging ik voor speler A. Eric was voor speler B. Maar na een tijdje filosoferen was ik voor B en hij voor A. Het is dus constant schuiven, brainstormen en oplossingen zoeken. En dat is nu nog lastiger dan op de andere toernooien.’

Foto: Willem Vernes

Vijf-en-halve spits en ‘reserves van de reserves’

Delmée geeft een kijkje in zijn afwegingen. ‘Op het WK en EK hadden we vaak vaste wissels per linie. Maar als je er maar zestien mag meenemen is dat niet altijd te doen. Het gaat om de totale balans. Daarin is het niet de vraag of iemand wel of niet kan hockeyen. Dat kunnen ze allemaal, dat hebben ze ook laten zien. Het gaat erom wat je daarnaast allemaal meeneemt.’

Hij schudt een paar van die kenmerken uit zijn mouw. ‘Hoe zit het met de uitlopers? De aangevers? De cornerstoppers? Hoe vangen we het op als iemand wegvalt? Als je de finale haalt, speel je acht duels in twaalf dagen. Wat betekent de fysieke belasting van iemand voor de rest van de ploeg? Welke waarde heeft de ervaring van het spelen van toernooien? Zo zijn er wel tien, misschien wel vijftien dingen die in zo’n selectie een rol spelen. Gaan we voor vijf spitsen, zes spitsen, of vijf-en-halve spits, waarbij er eentje ook op het middenveld kan spelen? Wie wordt onze joker die op alle plekken uit de voeten kan? Daar denken we met elkaar over na.’

Die Sudoku voor gevorderden heeft nog een extra uitdaging, door de Pro League. Tussen 23 en 30 juni speelt Nederland twee keer tegen Duitsland en België. ‘En die Pro League wil ik met meer dan negentien man spelen. Dus ik denk dat we ook ‘reserves van de reserves’ ga aanwijzen. Met deze hele ploeg van nu doorgaan is te veel, maar ook door die vier wedstrijden moeten we goed heenkomen.’

Delmée met zijn assistent Eric Verboom. Foto: Willem Vernes

De vervelendste taak

Over een week is er dus veel meer duidelijk. Delmée bereidt zich voor op, zoals hij het zelf ooit zei, zijn vervelendste taak als bondscoach. Het teleurstellen van spelers, met wie hij zoveel uren op het veld staat. ‘Je gunt het iedereen. Alle jongens doen er net zoveel voor. Nagenoeg iedereen heeft laten zien dat hij als international meekan. Er gaan straks jongens niet mee die drie jaar alles hebben meegedaan. Het enige dat wij als staf kunnen doen, is die vervelende boodschap zo goed mogelijk onderbouwen.’

Hij is blij als het ei is gelegd. ‘Het is fijn als dat selectiemoment geweest. Dat geeft rust, aan iedereen. Het is prettig om ruim voor het toernooi duidelijkheid te geven. De groep die naar Parijs gaat kan dan naar elkaar toegroeien. Zonder twijfels en strijd.’