Vooraf hadden ze zich erop ingesteld, bij Oranje. Dat het een wedstrijdje ‘tegen-een-muur-hockeyen’ zou kunnen worden tegen Maleisië, in hun WK-opener. Bondscoach Jeroen Delmée zag dat zijn ploeg het geregeld lastig had met de ultra-defensieve Aziaten, van wie zaterdag met 4-0 werd gewonnen.
‘Ik weet niet hoe het er op tv uitzag. Maar ik kan me voorstellen dat het soms saai was.’
Natuurlijk is Delmée niet naar India afgereisd om met zijn ploeg de schoonheidsprijs te winnen. Het resultaat is het belangrijkste. De bloemen en complimenten zijn bijzaak. Aan die 4-0 zege op Maleisië, was op papier weinig mis. Daar wil de bondscoach wel het predikaat ‘keurig’ opplakken. Maar kritisch was de Brabander absoluut over de manier waarop die zege tot stand kwam.
‘Ik heb net naar de cijfers gekeken’, zegt Delmée vanuit zijn hotelkamer, op een steenworp afstand van het stadion waar een uur daarvoor het eerste toernooisuccesje is geboekt. ‘We hebben dertig keer de bal veroverd op de helft van Maleisië. Dat is mooi, maar we zijn vervolgens maar zeven keer in de cirkel gekomen. Dat gaf aan hoe vol het stond op hun helft en dat we soms slecht met ons balbezit omgingen.’
Delmée heeft het over ‘de technische uitvoering’. Kortom: de aannames, passes, de zorgvuldigheid. ‘We kregen heel weinig ruimte tegen Maleisië. Als je aanvallend wat wil, moeten die elementen kloppen. Zij wilden niet hockeyen en wij lieten ons een beetje in slaap sussen. Konden er niet op tempo, in onze ‘turn-overs’ uitkomen. Maakten moeilijke keuzes en wilden het individueel oplossen. De jongens voelden het zelf ook, het was lastig om deze wedstrijd in de flow te komen.’
De bondscoach stipt aan dat het veld in het hagelnieuwe stadion in Rourkela vrij stroef was. ‘Het was de warmste dag sinds onze aankomst, eerder deze week. Dat speelde wellicht ook een rol. We namen de ballen minder makkelijk mee dan in het oefenpotje dat we hier tegen India hebben gespeeld.’
‘Rourkela valt mee’
Na rust gingen alle ogen op Thierry Brinkman, toen de aanvoerder van Oranje hinkend van het veld moest. De spits was een kwart later er weer bij. ‘Door een duel schoot de kramp er bij hem in’, vertelt Delmée. ‘Hij werd even verkeerd geraakt. Jip Janssen moest nog een wondje laten plakken, maar iedereen staat er verder vrij fris op. We zijn gelukkig nog allemaal gezond gebleven. Over de omstandigheden hier in Rourkela was vooraf weinig bekend. Maar het valt mee, hoor. De hotelkamers zijn vrij basic. Als je goed kijkt, is niets afgewerkt. Maar het eten is in orde, er is een gym en we kunnen onze besprekingen houden. Alles wat nodig is, is er ook. Plus natuurlijk een schitterend stadion, waar we dus vlakbij zitten.’
Oranje verlegt voorzichtig de focus naar Nieuw-Zeeland, dat maandag – weer om 10.30 uur Nederlandse tijd – de volgende tegenstander is. Delmée zag zaterdag de Kiwi’s in actie tegen Chili, waarvan met 3-1 werd gewonnen. ‘Een fysieke ploeg, met een hoge bal als wapen. En met gevaarlijke spitsen, zoals Simon Child. We weten wat ze kunnen, maar moeten hen ook niet helemaal doodanalyseren. Laten we ook maar kijken wat er bij onszelf beter moet. En dat weten we.’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.