Hij was oprecht blij dat Argentinië uit de bus kwam als tegenstander in de halve finales. Paul van Ass staat woensdagmiddag met zijn Oranjevrouwen tegenover de Zuid-Amerikaanse hockeygrootmacht. De bondscoach weet wat er moet gebeuren en kruipt ondertussen in zijn bijrol als sportpsycholoog.
De liefhebber werd weer eens in hem wakker, nadat Nederland maandagmiddag van Groot-Brittannië won (3-1). ‘Het is gaaf om op een wereldtoernooi tegen andere culturen te spelen’, stelde Van Ass tegenover de vaderlandse pers. ‘Dat is gewoon leuk en ook goed voor de mondiale uitstraling van het hockey. Ze spelen met hun hart, dat vind ik mooi. Met Gorzelany hebben ze een goede corner. En Granatto kan voorin gevaarlijk rommelen en corners halen. Ze staan er dus niet voor niets. Voor ons ook fijn: het wordt door hun aanvallende stijl waarschijnlijk een meer open wedstrijd.’
Dat was het maandag in de kwartfinales tegen Groot-Brittannië absoluut niet. Alleen over het deel na rust kon Van Ass echt tevreden zijn. ‘Daarin lieten we zien wie we zijn. Hadden we de volledige controle, zij kwamen amper aan de bal. Kwamen we erdoorheen, maar maakten we het niet af. De bevrijding waarover ik het had, was er wel. Maar we haalden te weinig corners. Het moet vooral iets rustiger tegen Argentinië.’
Die onrust had volgens Van Ass ook te maken met het fenomeen ‘knock-outhockey’. ‘Die druk dat we uit het toernooi kunnen vliegen, die kennen we niet echt. Misschien op het EK, maar ook dat is anders. De meiden voelen dat zeker. Onderschat niet wat een toernooi met je doet’, zegt Van Ass stellig.
Simone Biles en Epke Zonderland
Hij kruipt even in zijn rol als mentale goeroe. Als zielenlezer. ‘Dat vind ik mega-interessant. Wat doet druk met iemand? Ik vind het prachtig hoe open de Amerikaanse topturnster Simone Biles daarover is. Ze is eerlijk over haar spanning. Raadpleegt, ook tijdens de Spelen, een psycholoog. Ook al is ze de beste in haar sport. Epke Zonderland, zelfde verhaal op de Spelen van Londen. Het waarmaken met een gigantisch verwachtingspatroon. Daar ga ik voor kijken: hoe krijgt de topfavoriet het onder druk voor elkaar?’
De vergelijking met de Oranje Dames is snel gemaakt. Ze zijn veruit dé favoriet in Parijs. De afgelopen dagen maakte de internationale pers al de vergelijking met de basketballers van Chicago Bulls en de All Blacks, het Nieuw-Zeelandse rugbyteam. Topteams die zelden verloren. Net als Oranje, dat in 2016 voor het laatst in een wedstrijd op de Spelen onderuitging – de finale tegen Groot-Brittannië, na shoot-outs. ‘Ik praat met de meiden over de druk van de Spelen. Sporters denken weleens dat ze op dit toernooi meer moeten doen dan ze zijn. Dat klopt niet. Dat klinkt vaag, maar eigenlijk betekent het vooral dat je niemand anders moet zijn dan jezelf. Als je niet kunt scoopen, moet je dan nu ook niet doen. Dan kom je uit je ritme. Maar het gekke is, onder spanning gebeuren zulke dingen wel.’
Het droge veld
Hij kijkt even op. ‘Nou, dat vind ik dus interessant. In de Pro League hadden we GB waarschijnlijk weggespeeld met 5-1.’ Zulke uitslagen zette Oranje inderdaad neer in de landencompetitie, afgelopen december. Niet alleen tegen de Britten, maar ook tegen Argentinië, dat voor eigen publiek met 4-1 en 7-1 klop kreeg. ‘Die uitslagen zeggen nu niets’, vindt Van Ass.
Hij maakt zich drukker om het veld, dat maandag niet aan zijn maatstaven voldeed. ‘Ik heb gevraagd om het nog eens te sproeien. Ik vond – en de spelers trouwens ook – het veld veel te droog. De organisatie vond dat ik gelijk had. We willen graag snel spelen, dan is een nat veld fijner. Dus ook op die manier doen we wat we kunnen. We grijpen alles aan om onze kansen te vergroten.’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.