Van Dam over de Nederland – België van toen en die van nu

Hij stond donderdagmiddag met een brede glimlach de media te woord in het Oranje-hotel, Thijs van Dam. De enige oneffenheid die te vinden is op zijn gezicht zijn drie hechtingen boven zijn rechteroog. Opgelopen tijdens een training in Bhubaneswar. Hij hoopt dat dat het enige smetje wordt van het WK. 

Zijn tweede WK met Oranje, op exact dezelfde locatie. Maar een totaal andere jongen. In 2018 werd hij verkozen tot talent van het toernooi. Inmiddels rust er al wat meer druk op de schouders van de inmiddels 26-jarige Rotterdammer. Maar zijn gedachtes gaan nog vaak terug naar toen. 

Toen. Toen Oranje in de WK-finale stond tegenover België. En toen er verloren werd na shoot-outs. Ook Van Dam was een van de nemers en miste. ‘We waren zo dichtbij. Het was echt zilver met een gouden randje. Maar je gaat alleen met goud de geschiedenisboeken in. Hier in India zie je overal muurschilderingen van teams die goud gewonnen hebben. Ploegen met zilver, die zie je nergens.’

‘Paar keer van wakker geworden’

Die misser was een smetje op een weergaloos toernooi voor de aanvaller. Dat weet hij zelf ook. Maar toch maalt de shoot-out nog wel eens door zijn hoofd. ‘Daar ben ik wel een paar keer wakker van geworden. Ik had mijn plan vooraf bedacht. De dag ervoor deed ik een turn. Nu wilde ik op de keeper aflopen en iets anders doen. Ik dacht namelijk dat hij zou denken dat ik wel weer voor hetzelfde zou gaan. Ik wilde ‘m verrassen. Dat mislukte. Achteraf denk je dan: waarom heb ik die draai niet gewoon gedaan. Maar goed. Als je het nog een keer gedaan had en de keeper pakt ‘m, dan begrijpt niemand waarom je hetzelfde deed.’

Thijs van Dam werd op het WK in 2018 benoemd tot talent van het toernooi. Foto: Koen Suyk

Toch denkt hij graag terug aan dat toernooi. De echte doorbraak van zijn hockeycarrière. Natuurlijk is de nasmaak dubbel, maar was het wel zijn eerste grote toernooi. ‘Ik vond het heel bijzonder dat ik toen überhaupt geselecteerd werd. Tussen al die grote jongens. Billy Bakker, Robbert Kemperman, Mirco Pruyser, Jeroen Hertzberger. Al die grote namen. Ik keek echt naar ze op.’

Hoe ziet hij zich nu, een dikke vier jaar later? Is hij nou die grote jongen? ‘Het zou mooi zijn als jongens in de toekomst zo naar mij gaan kijken, maar zover is het nog niet. De jongens van toen zaten zeker rond de 150 caps. Ze waren ouder en meer ervaren. De ervaren jongens van nu zijn relatief jong. Hebben nog niet superveel interlands. Dus zo voel ik me zeker niet, maar het is wel snel gegaan na de Spelen.’

De Spelen waar België zich opnieuw bewees als beste van de wereld. En de Spelen die voor Oranje zo slecht uitpakte. Maar de Nederlandse ploeg is – in tegenstelling tot de zuiderburen – doorgeselecteerd. ‘In 2018 moesten we. Nu mogen we. We zaten toen in een periode dat de ervaren generatie op zijn best was. En prijzen moest pakken. Dat spraken we niet uit, maar aan alles voelde je dat dat wel zo was. Nu zitten we er veel onbevangener in. Hoeven we niks. Ik denk dat wij het België heel lastig kunnen gaan maken met onze onbevangenheid, gretigheid en energie.’

Thijs van Dam. Foto: Worldsportpics

Jonge Van Dammetjes

Elementen die Van Dam nou exact op het lijf geschreven zijn. Eigenlijk hoopt hij dat iedereen zo speelt als hij zijn eerste WK speelde. Als jonge Van Dammetjes. ‘Ik had vertrouwen, voelde geen druk en speelde vrijuit. De bevrijding en het gevoel dat ’t niet fout kon gaan, was de succesfactor voor me.’

De aanvaller weet als geen ander, het nieuwe Oranje wordt vrijdag echt getest. ‘Alle wedstrijden die we in India hebben gespeeld waren met relatief weinig druk. En nu ga je ineens op voor het ‘echie’. Het gevaar is natuurlijk dat spelers terughoudend worden. En wat angstiger. En juist lef, overtuiging en energie heeft ons zo sterk gemaakt. Als we wereldkampioen willen worden, moet dat de komende twee wedstrijden echt de overhand hebben. Als het echt moet, kunnen laten zien wat we echt in huis hebben. Als dat lukt, kunnen we denk ik heel ver komen.’

Als het er weer op aan komt, op die een-op-een-loterij, zal hij er staan als het moet. ‘We hebben een grote groep jongens die een shoot-out kunnen nemen. Het is een luxe dat we zoveel goede nemers hebben. Ik geloof in iedere nemer en Pirmin Blaak is in topvorm. Mocht het zover komen, dan heb ik ook daar vertrouwen in.’

Hij voelt nog eens aan die drie hechtingen, boven zijn rechteroog. En hoopt maar een ding. ‘Laat dit litteken in de toekomst maar een mooie herinnering zijn.’