Margot van Geffen over de nieuwelingen, en hun straattaal

Soms hoort international Margot van Geffen (28) in het spelershotel in Changzhou haar teamgenoten opeens een woord als pokoe gebruiken. ‘Ik had geen idee wat het betekende. Nu weet ik dat het een liedje is. Een dikke pokoe. Ik zeg gewoon: een lekker nummer.’

Xan de Waard was een van de weinige Oranje Dames die wel eens straattaal sprak. Het toegenomen gebruik ervan is een teken dat Van Geffen, vice-aanvoerder van Oranje, deze Champions Trophy met een jonge ploeg op pad is. Ervaren internationals als Carlien Dirkse van den Heuvel, Lidewij Welten, Kelly Jonker en Marloes Keetels ontbreken tijdelijk en zijn vervangen door jonkies als Ginella Zerbo, Maxime Kerstholt, Marijn Veen en Renée van Laarhoven.

Met de huidige selectie speelde Oranje twee wedstrijden op de Champions Trophy, die allebei werden gewonnen. Toch vinden critici dat het spel, met name aan het begin van de gespeelde duels, nog niet goed genoeg was. Een van de redenen zou kunnen zijn: de jonge ploeg.

Natuurlijk hebben we een jonge, onervaren ploeg, maar deze meiden zijn goed genoeg om hier te staan. Dat hebben ze in de competitie bewezen.’ Margot van Geffen

‘Ik geloof niet dat het met de leeftijd of de kwaliteit van dit team te maken heeft’, zegt Van Geffen maandagmiddag op de rustdag van Oranje in het spelershotel. De ervaren international is op dreef in China en forceerde met goede acties al een paar belangrijke strafcorners. ‘Volgens mij komt het vooral omdat we nog niet op elkaar ingespeeld zijn, zoals op het WK. Toen waren we van zes weken lang non-stop bij elkaar. Nu komen we net uit de competitie en hebben we nauwelijks met elkaar getraind. Natuurlijk hebben we een jonge, onervaren ploeg, maar deze meiden zijn goed genoeg om hier te staan. Dat hebben ze in de competitie bewezen.’

Margot van Geffen in actie tegen Argentinië. Foto: OrangePictures/Andre Weening

‘Elke wedstrijd moeten we beter kunnen zijn’

De vergelijking met het vierlandentoernooi in Breda van afgelopen zomer vindt Van Geffen een goede. Ook toen was Nederland, in voorbereiding op het WK, nog niet lang bij elkaar en was het veldspel nog niet fantastisch. ‘Nu hebben we meer nieuwe gezichten dan toen. Toen hadden we een soort basisteam dat al jarenlang met elkaar speelde. Nu niet. Verder vind ik de situatie inderdaad vergelijkbaar. Ook nu zit er een stijgende lijn in, waar we op voortborduren. Elke wedstrijd moeten we beter kunnen zijn.’

Duidelijk is dat de Oranje Dames zich niet verschuilen achter de korte voorbereidingstijd en de jeugdigheid of de kwaliteit van de ploeg. De doelstelling naar beneden bijstellen is nooit een optie geweest. Bondscoach Alyson Annan en aanvoerder Eva Goede spraken in een eerder stadium hun hoge verwachtingen al uit en nu doet ook Van Geffen dat. ‘Wij gaan maar voor één ding: de eerste plaats. Ik ben ervan overtuigd dat dat haalbaar is. Anders hadden we net zo goed niet hoeven gaan.’