Van Seine tot Stadion (4): Historie in Stade Orange

Parijs is het epicentrum van de internationale sportwereld. Alle ogen zijn gericht op de Franse hoofdstad waar de Olympische Spelen worden gehouden. In ‘Van Seine tot Stadion’ praten onze verslaggevers ter plekke je geregeld bij over de opvallende verhalen buiten het veld. Vandaag deel 4: nog nooit zoveel Oranje hockeyfans bij Olympische Spelen.

‘Het lijkt hier wel het Wagener Stadion.’

Angus Kirkland, de baas van de Europees hockeybond, kijkt vol verbazing om zich heen als hij het Stade Yves-du-Manoir binnenkomt en de volledig Oranje gekleurde tribunes ziet. Het was bij de kwartfinale van de Oranje Heren, maar het kan ook die van de Oranje Dames zijn. Of was het nog in de poulefase. Ik weet het niet meer. We hebben in twee weken alleen van de Nederlandse teams al zestien wedstrijden gezien, voeg daar de lange nachten bij waarin we de letters voor jullie in de goede volgorde hebben proberen te zetten en ik hoop dat je begrijpt dat het een beetje chaos is in de bovenkamer.

Het doet er ook niet zo toe, welke wedstrijd van Nederland het was. Want het voormalige rugbystadion in de wijk Colombes kleurde elke keer oranje. Waar komen ze allemaal vandaan? Die vraag stelden buitenlandse collega’s vaak aan ons. En: Hoe komen ze elke keer aan kaarten? Tja, dat vroegen wij ons ook vaak af.

Foto: Willem Vernes

We weten in ieder geval dat er online een levendige ruilhandel heeft plaats gevonden. Grotendeels via het resalesplatform van de organisatie. Dat werkte overigens geweldig. Geen schimmige handel met woekerprijzen, maar een systeem waarbij je met een druk op de knop een kaartje verkocht of kocht voor een vaststaande prijs.

Maar ook via Marktplaats zijn er kaarten van hand tot hand gegaan. Waarschijnlijk bij gebrek aan beter kwamen we voor de finale van de dames een gezin tegen in ons driesterrenhoteltje in de ‘levendige’ voorstad Bezons. Zij hadden spontaan kaarten gekocht via dit verkoopplatform. Drie oplichters had de vrouw ontmaskerd, bij de vierde was het goed gegaan, zei ze hoopvol. Ze waren toen nog niet binnen.

Maar ook onderhands zijn er duizenden kaarten van hand tot hand gegaan. Medewerkers van de hockeybond, die volledig buiten de kaartverkoop stonden maar wel uit alle macht probeerden via andere bonden tickets te machtigen voor fans, zijn ter plekke helemaal gek gebeld en geappt. ‘Ik wist niet dat ik zoveel vrienden had’, glimlachte een bondsmedewerker. ‘Mijn telefoon is ontploft.’ KNHB-directeur Erik Gerritsen verzuchtte: ‘Ik was vanmorgen even bij het schermen, maar heb niet veel gezien. Ik lijk wel een ticketoffice.’ Waarna zijn telefoon weer drie keer piepte. ‘Ze hadden de finales wel twee of drie keer kunnen uitverkopen.’

Foto: Willem Vernes

Nu zaten er bij de Oranje Heren en Oranje Dames twee keer bijna 15.000 toeschouwers. Voor zeker 90 procent bestaande uit Nederlanders. Het was ongekend. Ze hebben Nederland als hockeyland op de kaart gezet in Parijs. Op tal van buitenlandse zenders werden de beelden van het Stade Orange getoond. Op social media gingen de beelden de hele wereld over. En ook de geschreven media kwamen woorden te kort om de Orange Invasion te beschrijven:

‘Paris and its region under orange alert’, kopte Hockeypaper uit Engeland.
‘Oranjevloed in Parijs voor de Olympische Spelen‘, schreef lokale krant Le Parisien.

Nog nooit waren er bij een olympische toernooi zoveel Nederlandse hockeyfans. De Oranje Dames hockeyden zelfs nooit eerder voor zoveel toeschouwers. De duizenden schreven historie op de tribunes. Ze kleurden de hele wijk Colombes oranje. De blaasband in het stadion speelde ‘Een bossie rode rozen’ en ‘Van links naar rechts’ tussen hun Franse ballades door.

De merkwaardigste Oranje-fan, de latex-man. Foto: Willem Vernes

Bij de lokale shoarmatent klonk Wolter Kroes uit de speakers. De prima Italiaan op de hoek voor het stadion, die we in de dagen voor het toernooi nog konden bezoeken, hoeft zich over zijn pensioen geen zorgen meer te maken. De Nederlanders zaten in een wijde cirkel op de stoep zijn pizza’s en risotto (aanrader!) te eten. En natuurlijk waren er ook de oer-Hollanders die in de hitte hun krentenbolletjes en pakjes chocomelk hadden meegezeuld naar het Yves-de-Manior.

Maar het meest bijzonder was het in het stadion. Elke wedstrijd van Nederland leek een thuiswedstrijd. Alles wat een oranje kleur had (en niet te warm was), werd meegezeuld naar de tribunes en opgezet of aangedaan. Zoals mevrouw Van Ass, met haar onvergetelijke – en door haar man verfoeide – pruik. Of de merkwaardige toeschouwer die we bij een finale troffen, tot over zijn hoofd gehuld in een latex-pak. Inderdaad, een knal-oranje latex-pak. Al die fans kleurden de historische prestatie van de Oranje Heren en Oranje Dames, die dubbel goud haalden, nog mooier in. Zij hebben een herinnering voor het leven. En ze maakten ook onze Spelen onvergetelijk.

Adieu Paris.

Op zondag 15 september zijn we terug met het volgende wedstrijdverslag. Dan speelt Bloemendaal tegen promovendus Nijmegen. Gaan we kijken hoeveel oranje gekleurde fans dan op ’t Kopje aanwezig zijn om gouden helden als Jorrit Croon en Floris Wortelboer aan te moedigen. Toegang is gratis.


5 Reacties

  1. peterveenendaal

    Ook het team van hockey.nl verdient een dik applaus. Met zestien wedstrijden en nog veel meer achtergrond-, rand- en sfeerverhalen was het ook voor jullie topsport in Parijs. Knap gedaan!

    1. edwin-smolders

      Terecht uitgesproken waardering Peter

  2. RobertSanders

    Mee eens Peter. Nog steeds kippenvel van mijn kruin tot mijn tenen...

  3. Runa Honig

    Helemaal eens. De redactie verdient een pluim! Heel veel dank voor alles wat jullie gebracht hebben. En wat was het ongekend genieten. Laten we deze positieve vibe vasthouden. Op naar het nieuwe seizoen met nog vollere tribunes en nog meer kijkers op viaplay. Zelfs de grootste voetbalfans in mijn omgeving hebben nu toegeven dat hockey eigenlijk best spectaculair is. 👏🏼

  4. tinusvh-f

    In combinatie met het geschreven werk (op het vakantieadres kon ik fijn meelezen als ik door zwakker internet niet kon kijken), wil ik ook de fotografen bedanken. Hun schitterende foto’s kwamen snel beschikbaar en ook nu is het heerlijk om nog maar eens naar het beeldmateriaal terug te kijken in alle artikelen. Willem Vernes en collega’s: heel veel dank dat jullie de Spelen door jullie lens hebben willen bekijken!


Wat vind jij? Praat mee...