Voordaan is nieuwe hoofdcoach Borgers nú alweer kwijt

De ervaren hockeycoach Mark Borgers was deze zomer vastberaden om met Voordaan Dames 1 in de Overgangsklasse aan iets moois te gaan bouwen. Maar terwijl de competitie nog moest beginnen, kondigde hij vorige week intern zijn vertrek alweer aan. ‘Hockey is voor mij niet meer dienend.’

Het is natuurlijk het laatste waar je als team op zit te wachten, een paar dagen voor de start van de competitie. Een trainer die besluit te vertrekken, terwijl hij bij wijze van spreken pas net de namen van alle speelsters kent. Zijn beslissing om vanuit het niets de deur achter zich dicht te trekken, kwam intern hard aan. ‘Dat begrijp ik volkomen. Ik vind het moeilijk dat ik mensen teleur heb gesteld. Bovendien was de timing natuurlijk extreem slecht, zo vlak voor het begin van de competitie’, steekt Borgers de hand in eigen boezem.

Op het eerste gezicht is het misschien makkelijk om zijn besluit streng te veroordelen. Welke trainer dient nu aan de vooravond van de competitie zijn ontslag in en zadelt zijn team zodoende op met een enorm probleem? Maar zo simpel ligt het niet. Borgers heeft legitieme redenen voor zijn laat aangekondigde vertrek. Redenen die hij graag toelicht, om het beeld van een niet betrokken coach te bestrijden. ‘Het team en het bestuur reageerden gelukkig ook erg begripvol’, stelt hij.

Hockey was zijn leven geworden

Zestien jaar lang verdiende de 43-jarige Borgers zijn boterham in het hockey. Hij begon als trainer bij onder meer Phoenix en Kampong. Hij werkte van 2020 tot en met 2022 aan de andere kant van de wereld, als high performance coach bij de hockeybond van Nieuw-Zeeland. Hij kneedde vervolgens als performance manager aan de jeugd van Kampong en was manager van Nederlands Meisjes U16. Hockey was méér dan zijn beroep. Het was zijn leven geworden. Daar had hij ook altijd met volle teugen van genoten, maar het afgelopen jaar veranderde dat. Hij wilde niet meer zeven dagen per week met hockey bezig zijn.

In zijn eigen woorden: ‘Ik merkte dat hockey niet meer dienend was. Ik had het gevoel gewoon niet meer. Dan kun je twee dingen doen. Óf je blijft zitten voor het geld. Óf je toont lef en stapt eruit.’

Hij koos voor het laatste. Afgelopen zomer, nog voordat hij een baan in het bedrijfsleven had gevonden, zegde hij zijn functies bij Kampong en de KNHB al op. Zijn nieuwe leven zag hij in zijn hoofd al helemaal voor zich. Veertig uur per week – minder mocht ook – aan het werk in het bedrijfsleven. Met daarnaast ruimte om aan de slag te gaan als coach, maar dan wel als hobby en dus niet meer om brood op de plank te krijgen. Toen Voordaan op zijn pad kwam, paste dat perfect in het plaatje. Bovendien kende hij de club. Als assistent trainde hij er in het verleden de mannen.

Mark Borgers aan het werk bij Kampong.

‘Ik wil ook een goede vader voor mijn kinderen zijn’

Maar onverwacht nam zijn leven een andere wending. Vorige maand ontdekte zijn vrouw dat ze zwanger is. Samen hebben ze al een dochtertje van drie. Twee dagen later kwam daar de volgende wending bij: hij hoorde dat hij was aangenomen als manager van de Nederlandse tak van een internationale netwerkorganisatie. Een baan waar zijn hart een sprongetje van maakt, maar die op papier meer uur vraagt dan waar hij vooraf rekening mee hield en waarvoor hij ook regelmatig naar het buitenland moet. Ineens paste het coachen van een team toch níet in zijn nieuwe leven.

Borgers: ‘Dit wordt geen baan van veertig uur. Eerder van vijftig of zestig uur. Blijf ik hoofdcoach, dan kom ik uit op tachtig uur. Dat wil ik niet. Ik wil ook een goede vader voor mijn kinderen zijn. Mijn dochtertje belde me weleens als ik van huis was. Dan vroeg ze: wanneer zie ik je weer? Dat was hartverscheurend.’

‘Ik probeer het hier gewoon zo goed mogelijk af te ronden’

Vorige week maakte hij intern zijn besluit bekend. Het is niet zo dat hij per direct is vertrokken. Afgelopen zondag zat hij gewoon nog in de dug-out tijdens de wedstrijd tegen GCHC, die Voordaan met 4-2 won. Het laatste wat hij wil, is de club opzadelen met een probleem. Hij geeft de club de tijd om een vervanger te zoeken. Komend weekend zit hij dus misschien opnieuw op de bank.

‘Ik wil tot een goede overdracht komen. En als het mogelijk is, best aanblijven tot het einde van het seizoen. Maar dan wel in een rol die voor mij behapbaar is. Als assistent misschien, al besef ik dat het bestuur dat ook moet willen. Ik probeer het hier gewoon zo goed mogelijk af te ronden. Echt, ik vind het heel vervelend voor het team en de club.’


Wat vind jij? Praat mee...