‘Het HDM van het oosten’ op weg naar droomdoel: de Hoofdklasse

Ze hadden voor ogen om in drie jaar naar de Hoofdklasse te gaan. Maar het gaat dit seizoen zo goed, dat die ambitie zomaar in een stroomversnelling kan raken. De mannen van Nijmegen zijn de trotse koploper van de Promotieklasse en beseffen dat ze op koers liggen om komend hockeyjaar met de allerbesten mee te doen.

Henk Peters, voorzitter van de tophockeystichting van Nijmegen, ziet ze nog staan op het rijtje dat hij een paar jaar geleden had opgesteld. Een stuk of vijftien spelers. Van David Huussen tot Niek Merkus. Van Noud Schoenaker tot Imre Vos. Allemaal in de jeugd gespeeld bij Nijmegen. Allemaal actief in de Hoofdklasse. En dus niet meer in het lichtblauw. Een lijstje van trots, maar ook van pijn.

‘Je kunt dat lijstje op twee manieren lezen. Aan de ene kant toont dat het succes van onze jeugdopleiding. Aan de andere kant laat het ook failliet van ons Heren 1 zien.’

Het zette Peters aan het denken. Clubjongens als Philip Herings (Uhlenhorst Mülheim) en Jim van de Venne (Oranje-Rood) keerden vorig seizoen terug. En er werd een plan gesmeed. Binnen drie jaar wilde de vereniging, die alleen tussen 1973 en 1977 met hun mannen op het hoogste niveau speelde, naar de Hoofdklasse. 

Tijn Stuve (links) met teamgenoot Florian Gosselink. Foto: Willem Vernes

Feestdag met oliebollenkraam

Dat doel kwam zondag weer een stukje dichterbij, dankzij de moeizame 2-1 zege op Tilburg. In de regen werkte Nijmegen zich het snot voor de ogen en kwamen er in de laatste drie minuten nog twee corners. Die werden allebei binnengepusht door David Blom, de topscorer van de Promotieklasse, die zich ontpopt tot een fenomeen.

Gevolg: een dolle boel op het toch al feestelijke complex van Nijmegen. Een buitenbar, pizzastand, een partytent met bijpassende muziek en zelfs een oliebollenkraam – als je mazzel had kreeg je na afloop een gratis zak mee naar huis – zorgden voor een heerlijk sfeertje. Het natgeregende publiek had behalve de vele regendruppels en de bomvolle parkeerplaats niets te klagen. En dat geldt ook voor het seizoensverloop van Nijmegen. 25 punten uit tien duels is een score om van te dromen.

‘We hebben weer goede zaken gedaan’, lacht Tijn Stuve na afloop. Voor de aanvaller was het sowieso een feestdag, hij maakte zijn rentree na een kruisbandblessure. ‘De rest heeft gelijkgespeeld. Dat zagen we na afloop meteen. Het leeft, de club doet dat fantastisch. Vandaag ook weer met die oliebollenkraam. Iedere thuiswedstrijd wordt er iets moois gedaan.’

Lars Leenen, de laatste man met een fantastische lange bal. Foto: Willem Vernes

Het voorbeeld uit Den Haag

Stuve, jeugdproduct van stadgenoot Union, is een van de vijf spelers met hoofdklasse-ervaring bij Nijmegen. De spits speelde eerder bij Oranje Zwart en Den Bosch en ook bij het Belgische Royal Antwerp op het hoogste niveau. ‘We hebben vooraf wel gezegd dat we voor de bovenste plekken willen gaan’, zegt hij. ‘Maar dat we bijna niets zouden laten liggen, dat hadden we niet verwacht. Ik denk dat we ‘het’ dit jaar zeker kunnen bereiken. Maar daarna is het een grote stap. Dat merk je aan Voordaan. Ik kijk liever hoe HDM het heeft gedaan. Wij zijn ook een hecht team, met veel jongens die al lang samenspelen.’

Die vergelijking is zo gek nog niet. Want ook HDM haalde immers een paar jaar geleden – in 2020 – een aantal oude bekenden terug met als doel de Hoofdklasse te bereiken. En voilà. Vorig seizoen was het zover, met Boris Burkhardt, Jasper Siebert en Wiegert Schut werd het hoogste niveau weer aangetikt.

‘Via je eigen jongens omhoog komen. Dat is ook voor ons de manier’, zegt Peters. ‘Dat werd mij vorig jaar wel duidelijk toen we met twee kanonnen hebben gesproken. Jongens die net gestopt waren bij het Nederlands elftal. In die gesprekken kwam toch de reisafstand weer naar voren. Dus moet je het hebben van de jongens die hier in de regio hun roots hebben of uit de eigen opleiding komen.’

Vos en Schoenaker

En laten die jongens nou net zondag op Sportpark D’Almarasweg rondlopen. In het publiek stonden niemand minder dan Imre Vos (Den Bosch) en Noud Schoenaker (Pinoké). Allebei spelend in de Hoofdklasse. Allebei oud-speler van Nijmegen. Peters: ‘We houden als club zeker contact met deze jongens. Het heeft geen zin om aan hen te trekken. Zij hebben ambities die wij nu niet kunnen bieden. Maar er komt misschien een moment dat het anders is. Dat we nog een paar jaar van dat soort jongens kunnen profiteren.’

Jongens van dat overzichtje dus. ‘Het zou heel prettig zijn om er jongens bij te hebben, die weten wat het is om als volwassen speler in de Hoofdklasse te hockeyen’, stelt Nijmegen-coach Bas Bogaard. ‘Spelers die leading by example kunnen zijn. We kijken op de achtergrond naar wat we in de toekomst willen met de selectie. En ook welke stappen we kunnen maken op de club. Faciliteren in de breedste zin. Van voeding na de training tot stroom in de videotorens.’ 

Coach Bas Bogaard met goalgetter David Blom. Foto: Willem Vernes

Het gat van tien punten

Bogaard wil niet te opportunistisch zijn. Maar ook hij ziet dat het doel – play-offs – al heel erg dichtbij komt. Het gat met nummer vier Hurley is na zondag opgelopen tot maar liefst tien punten. De nummers twee en drie spelen aan het eind van de rit de nacompetitieduels. De lijstaanvoerder na 22 duels promoveert direct. Momenteel heeft Nijmegen een gat van drie punten met runner-up Laren.

‘Doordat we ook blessures hebben, moest iedereen in de selectie al spelen’, vertelt Bogaard. ‘Dat gaat niet ten koste van de resultaten, een winst van de afgelopen jaren. We hebben vooraf ingezet op de play-offs. Maar het allerliefst gaan we naar boven als nummer één. Maar dan willen we niet gelijk met veel tegengoals en nul punten eruit vliegen.’

Dat is precies welke kant het opgaat met Voordaan, dat vorig seizoen promoveerde. ‘Maar zij raakten een aantal goede spelers kwijt’, countert Bogaard. ‘Onze ambitie is juist om er een paar goede bij te krijgen.’