Felice Albers kijkt weer vooruit: ‘Ik schrok van mijn MRI’

Ze speelde na de olympische finale geen wedstrijd meer. Maar daarover praten vond Felice Albers (24) maar lastig. Want de vooruitzichten van met name haar knieblessure waren niet al te best. Er werden in het begin zelfs vraagtekens gezet over het voortzetten van haar carrière als tophockeyster. Tot een specialist in Londen haar onlangs vertrouwen gaf. ‘Als alles goed gaat, sta ik in januari weer op het veld.’

‘Het topsportleven is heel leuk als het allemaal goed gaat, maar de andere kant van de medaille is echt veel minder leuk. Ik heb er de afgelopen maanden mentaal echt even een tikkie gekregen. De onzekerheid heeft me echt gek gemaakt.’

Felice Albers doet haar verhaal. De rappe middenvelder van Amsterdam en vooral vrolijke verschijning had het de afgelopen weken zwaar. Zo mooi als de Olympische Spelen waren, zo hard was de periode daarna. Ze kampte met een pijnlijke enkel (er zit een scheurtje in haar achterste enkelpees) en een knieblessure. En vooral dat was de boosdoener. Want de MRI die ze na de Spelen vooral voor de zekerheid liet maken, loog er niet om. De uitslag was confronterend en daarom wil ze ook niet in detail treden. De speelster die normaal haar hart op haar tong heeft liggen, zweeg de afgelopen tijd liever. Ze legt uit dat ze een serieus probleem heeft met haar knie. Een gecompliceerde blessure, die eerst verholpen moet worden, voordat ze weer aan topsport kan doen.

In september eerde Amsterdam de eigen olympiërs. Foto: Willem Vernes

Getwijfeld over haar carrière 

‘Eigenlijk heb ik al een heel lange tijd last van mijn knie’, vertelt Felice Albers. Er was dus ook geen sprake van een acuut moment. ‘Ik heb er altijd gewoon prima mee kunnen spelen. Bovendien ben je als topsporter ook gewoon een bikkel. Je stopt niet bij het allereerste pijntje’, legt ze uit. Toen ze afgelopen mei tijdens de play-offs geblesseerd raakte aan haar hamstring, kwam dat op zijn zachtst gezegd slecht uit. Ze moest nog een stukje harder werken om fit te zijn en vooral te blijven.

Het was zwaar, maar ze was op tijd weer de oude. De speelster die bekend staat om haar gigantische rushes, snelheid en enorme drive greep begin augustus in Parijs alweer haar tweede olympische goud. En zelfs zonder al te veel pijn. Daarom verwachtte ze dat haar klachten tijdens de vakantie die volgde wel weg zouden trekken. Even drie weken niks zou haar lichaam goed doen. En dan daarna weer vol enthousiasme starten bij Amsterdam. Niets was minder waar. De klachten belemmerden haar zo, dat ze ook in het dagelijks leven last had. Toen was wel duidelijk dat ze zich moest laten onderzoeken. Maar dat het nieuws zo tegenviel, had ze zelf ook niet verwacht.

Ik schrok van mijn MRI. De arts zei me dat het niet verstandig was om op dit tempo door te hockeyen. Mijn carrière kwam dan echt in gevaar. Felice Albers

‘Ik schrok van mijn MRI’, vertelt ze. De scan liet zien dat de knieklachten serieus waren. ‘Nou denk ik wel dat als je iedere topsporter onder de scan legt, je wat ziet’, bagatelliseert ze haar eerste reactie. Maar Albers is ook eerlijk: ‘De arts zei me dat het niet verstandig was om op dit tempo door te hockeyen. Mijn carrière kwam dan echt in gevaar’, vertelt ze. Meer dan dat wil de Amsterdamse er niet over kwijt. Alleen het feit dat het zeker niet heeft meegeholpen dat ze zo vaak op haar knieën is gevallen. Haar enkelblessure zou vanzelf verholpen worden met voldoende rust. Ze was dankbaar dat verschillende orthopeden meekeken in haar medische dossier, tot een arts haar verwees naar een specialist in Londen. Plots lag de toekomst van de carrière van Albers in handen van een onbekende arts aan de andere kant van de Noordzee.

Freeke Moes en Felice Albers kijken vanaf de tribune toe. Foto: Willem Vernes

Lot in handen van een onbekende arts 

Met lood in haar schoenen vertrok ze die kant op. Gespannen bezocht ze het ziekenhuis, maar al gauw verdween het onzekere gevoel. ‘De orthopeed uit Engeland verzekerde me dat hij me kon helpen. Dat hij samen met de dokter in Nederland zijn best zou doen om mij weer in mijn beste vorm te krijgen. Daar ben ik echt heel dankbaar voor.’ Ze kreeg in Londen het vertrouwen wat ze nodig had. En een duidelijk plan, met verschillende opties. Optie één is trainen geblazen. Uren maken in de sportschool. Met krachttraining en medicatie de problemen verhelpen. Inmiddels staat ze zes momenten in de week in de gym.

‘Ik hoop in januari weer een beetje de oude Felice te kunnen zijn. Dat is mijn streven, maar ik ga er goed de tijd voor nemen. Er zullen vast nog wel wat tegenslagen komen. Het is gewoon geen klacht die je zo fixt.’ Haar orthopeed in Nederland volgt haar op de voet en deelt de resultaten met de specialist in Londen. Alles gaat de goede kant op, waardoor eventuele operaties achterwege kunnen blijven. ‘De arts uit Engeland stuurde me nog een berichtje. Stay calm was zijn belangrijkste boodschap. Moet je vooral tegen mij zeggen’, zegt ze met een lach. ‘Ik doe mijn best. Het is geen fijne periode, maar op zulke momenten waardeer je wel wat je hebt. Nu kan je even stilstaan en terugkijken op wat ik allemaal heb bereikt. Ik ben trots op mezelf. Er is ook meer dan alleen maar hockey.’

‘Misschien heerst er wel een vloek tussen mij en de Olympische Spelen’, zegt ze, terwijl ze er toch een beetje om kan lachen. Na het goud in Tokio stond de Amsterdamse middenvelder namelijk ook al een half jaar aan de kant. Maar toen kwam het goed en inmiddels is Albers ervan overtuigd dat dat nu ook gaat gebeuren. ‘Ik heb me de afgelopen tijd echt zorgen gemaakt. Zo erg heb ik het nog nooit meegemaakt. Maar inmiddels heb ik er vertrouwen in. Ga er mijn schouders onder zetten. Ik kan niet wachten om eindelijk weer voor Amsterdam uit te komen.’

 


Wat vind jij? Praat mee...