Amsterdam doet opeens weer bovenin mee. De 21-voudig landskampioen won als enige Hoofdklasser al z’n vier wedstrijden na de winterstop. Een hoofdrolspeler in deze wederopstanding is Valentijn Charbon. Ook zondag tijdens de 3-1 zege op HGC was de opgebloeide spits van grote waarde.
Er klinkt wat ongeloof bij Amsterdam als zondag rond half vijf de stand wordt doorgenomen. Derde. Het staat er echt. Op maar een puntje van runner-up Kampong, de ploeg waar Amsterdam voor de winter met 8-1 van verloor, op een koude avond in de herfst.
Het is een wereld van verschil met de huidige situatie. Het gaat Amsterdam voor de wind. Achtereenvolgens werd gewonnen van Klein Zwitserland (1-0), Tilburg (4-2) en Oranje-Rood (3-2) en dus ook van HGC. In Wassenaar kwam Amsterdam moeizaam op gang, zag ook Charbon. Hij maakte zeven minuten voor tijd de belangrijke 3-1.
In de zon na afloop, lijkt de eerste helft – waarin HGC by far de beste kansen kreeg – alweer heel lang geleden. ‘We kregen niet echt grip op ze, ofzo’, denkt de 21-jarige Charbon hardop na over de eerste 35 minuten. ‘We hadden moeite met HGC. Ze waren ook beter. Maar we raakten niet in paniek, dwongen wel af dat ze geen goal maakten.’
We kunnen ook nog steeds heel mooi hockeyen hoor Valentijn Charbon over het 'zakelijke' Amsterdam
Dat was overigens ook te wijten – of te danken – aan de scherpte van HGC, dat zeer slordig omsprong met een aantal grote mogelijkheden. ‘En wij maakten ze wel’, vervolgt Charbon. ‘Mirco [Pruyser] heeft maar een paar kansen gehad en maakt er eentje. Ik ook maar een of twee. We waren veel effectiever.’
Het past wel bij het Amsterdam-nieuwe-stijl, dat veel minder dan in voorgaande seizoenen teert op franje en individuele klasse. Het is nu gegroepeerd aanvallen én verdedigen, zoals hun coach Aal Cox in het verleden al succesvol deed bij Kampong. ‘Maar we kunnen ook nog steeds heel mooi hockeyen hoor’, zegt Charbon. ‘Het is niet alleen maar degelijk. Heb je Floris Middendorp gezien, hoe die een panna maakte? Daar genieten we ook van.’
Amsterdam is na de winterstop met twee in plaats van drie spitsen gaan spelen, vertelt Charbon. ‘Mirco en Trent [Mitton] zijn hartstikke goed. En ik heb ook wel snelheid. Als we wat verder teruggetrokken staan, kunnen we er in de counter vol uitkomen. We zijn daarin iets vrijer dan eerst. Aanvallend gezien loopt het daardoor makkelijker, denk ik.’
Van luie speler naar vuile meters
Met vier goals in de laatste drie duels valt de bijdrage van Charbon – die zondag de 3-1 heerlijk in het dak jaste – behoorlijk op. Noem het een beloning voor het hardere werk. ‘Ik kon weleens een luie speler zijn. Dat heeft Aal eruitgebrand. Op een fijne manier, hoor. Hij ziet het, geeft complimenten als ik de bal afpak in een tackleback. Yo, goed gedaan. Die meters zijn niet altijd leuk om te maken, maar daardoor haal je er wel meer energie uit. Het hoort erbij, ben ik achtergekomen.’
‘Het klinkt misschien heel simpel, maar het grootste verschil met de eerste seizoenshelft is dat hij nu kei- en keihard werkt’, zegt Cox over zijn doeltreffende aanvaller. ‘Hij maakt de meters die nodig zijn én extra meters voor het team. En ik geloof er heilig in dat wanneer jongens dat doen, het hockeyen vanzelf komt. Als ik merk dat jij vuile meters voor mij maakt, doe ik dat ook voor jou. Hij doet zijn stinkende best daarin, ook op training. En als je structureel dat gedrag laat zien, betaalt dat zich uit. Dat is voor mij geen hogere wiskunde.’
Het zorgt ervoor dat Charbon na anderhalf jaar eindelijk goed is geland bij Amsterdam, nadat hij in de zomer van 2020 over kwam van Almere. Vorig seizoen presteerde de oudste club van het land ondermaats en miste Charbon bovendien veel wedstrijden door een gescheurde enkelband. Na een vrij onopvallende eerste seizoenshelft van dit hockeyjaar, waarin hij maar een keer scoorde, is de voormalige Jong Oranje-klant nu op stoom.
‘We zien het allemaal wel’, schudt Charbon de verwachtingen van zich af. ‘Het gaat goed.’ Dan toch met wat Amsterdamse branie: ‘We moeten nu de play-offs halen. Dat is het minste wat we gaan doen. Daarna denderen we door.’
1 Reactie
Mark Bouwman
Tja, het blijft cirkelwerk. Wie krijgt de bal in het doel? Zuinig zijn op scorende spitsen.....