Het slotfasespook van OR: ‘Vooral heel erg frustrerend’

Ze speelden de afgelopen drie duels gelijk. En elke keer kwam dat omdat er in de allerlaatste minuten een voorsprong uit handen werd gegeven. Gek worden ze ervan in Eindhoven, waar ze ook zondag na de 2-2 tegen Pinoké beteuterd op het veld stonden. Want hoe gaan ze ‘m verjagen, hun slotfasespook?

De kopstukken bleven zondag het langst op het veld na de 2-2 tegen Pinoké. Arthur de Sloover, Bob de Voogd en Joep de Mol stonden in een kringetje na te kletsen. Hun motoriek sprak boekdelen. De schouders omlaag, de hoofden naar beneden. Een paar meter verderop keek Tijmen Reyenga treurend naar beneden, met zijn handdoek over zijn schouder. Daar vlakbij: een onderonsje tussen Jelle Galema en de technische staf. Het ging maar over één onderwerp. Natuurlijk. Waarom het wéér misging in de dying minutes.

Twee weken geleden was er geen wolkje aan de lucht voor Oranje-Rood tegen Amsterdam. Maar na een (discutabele) gele kaart van Florian Gosselink verdween de 4-2 voorsprong als sneeuw voor de zon. In de laatste zes minuten maakte Amsterdam alsnog gelijk. Een week later kwam OR weer een fractie tekort om te winnen. Toen maakte Klein Zwitserland in de slotminuut nog de 1-1, nadat de Eindhovenaren al tijden op voorsprong stonden.

Arthur de Sloover kan zijn verbijstering niet verbergen na een vrije bal tegen. Foto: Willem Vernes

Als dit een keertje gebeurt is dat pech. Bij een tweede keer geloof ik daar niet meer in. En wanneer dat drie keer op rij gebeurt, moet je jezelf even goed in de spiegel aankijken Jelle Galema

En geloof het of niet. Zondag was het dus weer raak. De Brabanders hadden de controle tegen Pinoké. Gingen met een 2-1 voorsprong de slotfase in, maar kregen in minuut 59 nog de 2-2 om de oren. Texas Bukkens pushte door de volle cirkel op de geheel vrijgelaten Joep Troost, die toesloeg. ‘Als dit een keertje gebeurt is dat pech. Bij een tweede keer geloof ik daar niet meer in. En wanneer dat drie keer op rij gebeurt, moet je jezelf even goed in de spiegel aankijken.’

Jelle Galema praat rustig, maar zijn ogen spuwen vlak na de wedstrijd nog vuur. ‘Dit mogen we onszelf echt aanrekenen’, zegt de oud-international, die na dit seizoen – zijn zeventiende – stopt als tophockeyer. ‘We hebben dit seizoen nog niet verloren. Dat is heel leuk. Maar zakelijk gezien moeten we ook gewoon punten binnen harken.’ 

‘We kunnen aanvallend zo goed hockeyen. Ja, de defensie is ook belangrijk. Maar volgens mij zei een heel bekende nummer 14 ook dat de aanval de beste verdediging is.’ Met nadruk: ‘Je móét die 3-1 willen maken. Niet jezelf naar de slachtbank laten leiden. En een kruisje slaan dat-ie niet valt. Dat werkt niet. Ik vind het heel moeilijk dat we stoppen met hockeyen, als het spannender wordt. Doodzonde.’

Treurnis bij De Sloover, Joep de Mol en Bob de Voogd. Foto: Willem Vernes

‘We verstopten ons’

‘We hadden zes punten meer moeten hebben’, baalt Bob de Voogd. De teruggehaalde routinier probeert de vinger op de zere plek te leggen. ‘Al vind ik dit heel moeilijk te verklaren. In alle drie die wedstrijden doen we ook heel veel goed. Maar als ik goed naar onszelf kijk, hebben we voor de 2-2 in het laatste kwart niets meer gecreëerd. Er zat geen overtuiging meer in, we hadden het moeilijk om van onze eigen helft in te komen.’

Hij peinst en denkt terug aan de twee groene kaarten die OR in kwart drie kreeg. ‘Daarna hadden we echt tijd nodig om de boel weer op de rit te krijgen. Dat was een kantelpunt. We hadden daarna moeite om de wedstrijd weer op te pakken. Op het einde verstopten we ons. Alsof we hoopten dat we er wel mee weg zouden komen. Nou, dat kom je dus niet.’ 

Coach Ageeth Boomgaardt is minder uitgesproken. De opvolger van de ontslagen Omar Schlingemann baalt van de verspeelde marges, maar is tamelijk mild voor haar ploeg. ‘Dit is een onderdeel van ons spel waar we goed naar moeten kijken. We moeten nog werken aan het uitspelen van de wedstrijd. Dat lukt ons nog niet. Vandaag zag ik ons al minder worden in het vierde kwart. We konden daarin het initiatief niet vasthouden, al hadden we ook vandaag een goede tegenstander. We hebben ook niet alles in eigen handen.’ 

Tijmen Reyenga balend in de dug-out. Foto: Willem Vernes

‘Ik zie wel dat de oorzaken verschillen. Tegen Amsterdam had een gele kaart veel invloed, bij KZ was er niets aan de hand tot we een bal inleveren die leidt tot de 1-1. Vandaag was er niet zo’n aanleiding, maar gingen we wel steeds verder naar achteren.’

Op-hoop-van-zegen-hockey

In het kringetje richting het laatste kwart werd het nog aangehaald, zegt Galema. ‘Dat we moesten gaan aanvallen. Was ik het helemaal mee eens. Maar in de praktijk gaat het anders. We zijn dan toch te gefocust op het verdedigende aspect. Als je ziet hoeveel tegengoals we vorig jaar kregen, is dat logisch. Maar je moet de tegenstanders ook van je goal houden. Meer doen dan wegscoopen.’ Met een lach: ‘Man, als je ziet hoeveel kwaliteit we hebben… Die jongens zitten echt op hockey, als je begrijpt wat ik bedoel.’ 

De Voogd erkent ook die aanvallende kwaliteit, maar is ook kritisch. ‘We hebben goede spelers, maar dat is niet altijd te zien aan de bal. We speelden anderhalf kwart op-hoop-van-zegen-hockey. We stoppen veel energie in die verdediging, maar zijn aanvallend dan te gehaast. Alsof we in een soort overdrive belanden. Het is dan te snel en niet meer relaxed.’

Struan Walker leek de held van de dag te worden, maar kon uiteindelijk amper blij zijn om zijn goals. Foto: Willem Vernes

Boomgaardt: ‘Ik wil vooral kijken hoe we dit met elkaar kunnen oplossen. Maar ik weiger eraan mee te doen om dit onderwerp heel negatief te benaderen. We zijn hard aan het werk, komen van ver en we zijn er nog niet. We willen en moeten het beter doen.’

De eerste plaats, die echt had gekund

Met die zes punten erbij had Oranje-Rood nu geen vijfde, maar eerste gestaan. Met marge, bovendien. Achttien uit zes, het had echt gekund. ‘Dat geeft ook aan dat we niet van te ver hoeven te komen’, stelt Galema. ‘Maar als je in mei om de knikkers wil spelen, moet je wel wat anders doen. Durven. Inspelen. Naar voren hockeyen. Ik wijs naar niemand. Het is vooral heel erg frustrerend.’ 

De Voogd: ‘We hadden onszelf in de afgelopen wedstrijden ruimte kunnen geven. We willen de play-offs halen en het liefst niet kantje-boord. Maar als het zo doorgaat, blijft het wel heel erg spannend.’