Na taaie eerste helft weet Bloemendaal Den Bosch kapot te spelen

Het zonnetje scheen, Studio Sport zond Bloemendaal-Den Bosch live uit en ondanks corona waren er genoeg supporters om voor een mooi sfeertje te zorgen. Helaas viel er in de eerste helft van de topwedstrijd in de Tulp Hoofdklasse Heren weinig te genieten. Dat veranderde pas na een zondagsschot van Roel Bovendeert.

De hockeyliefhebbers hadden het in het eerste bedrijf zwaar op ’t Kopje. Bloemendaal-Den Bosch was een topwedstrijd tussen twee playoff-ploegen, met topspelers die ongelooflijke dingen met de bal kunnen. Maar dan moeten ze wel die talenten kunnen etaleren. Na 35 minuten stond er een brilstand op de scorebord, waren er geen grote kansen en kon slechts een aantal matig uitgevoerde strafcorners worden genoteerd.

De gedachten gingen bij het weinig avontuurlijke hockey spontaan uit naar dribbelkoning Florian Fuchs, het Duitse fenomeen dat er niet was. De topspits is in voorbereiding op de Pro League-wedstrijd tegen België al op trainingskamp met de nationale ploeg. De techneut weet soms wel raad met wedstrijden die op slot zitten. Niet dat de toeschouwers in slaap vielen op ’t Kopje, daarvoor was de sfeer – ondanks het virus – veel te goed op de tribune en rondom het veld.

Duels gingen er hard aan toe bij Bloemendaal-Den Bosch. Foto: Koen Suyk

Eerste helft was geen traktatie voor het publiek

Dat er geen grote kansen waren te noteren, wil niet zeggen dat het hockey kwalitatief matig was. Nee, het stond vaak vooral verdedigend goed. Den Bosch was zoals altijd fanatiek aan het dekken en kon soms zomaar een balletje afplukken van de sticks van internationals als Floris Wortelboer en Jorrit Croon. Die intensiteit van Den Bosch was aanstekelijk om te zien.

Wat onzichtbaar bleef tijdens de taaie eerste helft, waren de stiekeme en slimme sloopwerkzaamheden van de Mussen, die in de beginfase behoedzaam te werk gingen. Het vakkundige sloopwerk dat Bloemendaal na twee eerste kwarten had verricht, zorgde onder leiding van coach Rick Mathijssen voor de ineenstorting van het bouwwerk dat Den Bosch-coach Eric Verboom op ’t Kopje had neergezet. De longen van de ploeg van Verboom piepten.

Langzaam wurgde Bloemendaal Den Bosch, dat net als vorig seizoen over een goed en hardwerkend team beschikt, maar nu voorin wat internationale ervaring mist zonder spelers als Sebastien Dockier (Pinoké) en Joaquín Menini (Rotterdam). Na een lange theepauze trapte Bloemendaal vanaf het derde kwart pas echt diep het gaspedaal in en kwam het vanaf rechts keer op keer gevaarlijk de Bossche cirkel binnen. Eerst leverde dat nog weinig rendement op, maar juist een zondagsschot van goaltjesdief Roel Bovendeert waar Den Bosch-doelman Loïc van Doren zich in verslikte, leverde de terechte 1-0 voorsprong op.

Roel Bovendeert in duel met Bram Groesen. Foto: Koen Suyk

Bloemendaal staat na drie wedstrijden weer eenzaam bovenaan

Daarna zakte het moreel bij Den Bosch, dat meteen de 2-0 moest incasseren, toen strafcornerfenomeen Tim Swaen, na een oldskool tikje opzij van strafcornerstop Arthur van Doren, hard zijn vijfde goal van het seizoen binnensleepte. Tussendoor had Bovendeert met een kunststukje, een airdribble bij de keeper, bijna voor een wereldgoal gezorgd. Maar het was de tip-in – zijn trademark – dat op aangeven van Swaen de 3-0 betekende. Zo gaan goalgetters Swaen (5) en Bovendeert (4), allebei gepasseerd voor Oranje richting Tokio2021, dit seizoen vrolijk door met wat ze vorig jaar deden: dodelijk zijn in de Bloemendaalse cirkel.

‘Tegen Den Bosch is het best veel vechten. Zij spelen altijd met het mes tussen de tanden’, analyseerde Bloemendaal-goudhaantje Bovendeert feilloos de wedstrijd. Hij heeft tot nu toe 99 hoofdklassedoelpunten gescoord voor Bloemendaal. ‘Het zijn taaie potten. Je moet er veel werk in stoppen in de eerste twee kwarten. Dan breekt het daarna open. Het derde en vierde kwart waren we de bovenliggende partij. Er zit zoveel hockey in bij ons. Wij wilden de eerste wedstrijden wat te veel en dat werkte averechts. Die volwassenheid heb je nodig in een topwedstrijd. Je moet de wedstrijd durven opbouwen.’

Rick Mathijssen met Tim Swaen. Foto: Koen Suyk

Wat er in de eerste helft behoedzaam uitzag van de kant van Bloemendaal, was bewust, weet Bovendeert. De zes doelpunten die de landskampioen van 2019 tegen Tilburg (4-5 zege) en Almere (5-2 winst) incasseerden, waren er te veel voor het team dat na het tijdperk met de ervaren succescoach Michel van den Heuvel op zoek moet naar een nieuwe balans met assistent-bondscoach Mathijssen, die voor het eerst in zijn carrière hoofdverantwoordelijk is bij een mannenteam in de Hoofdklasse. Na drie wedstrijden staan de Mussen onder zijn verse leiding in ieder geval als vertrouwd bovenaan in de competitie.

Bovendeert blijft dromen van Oranje

Voor een topaanvaller als Bovendeert (28) is het zuur dat Tokio2020 met een jaar is uitgesteld. Bij het afronden van een olympische cyclus, was er vrijwel zeker een plek vrijgekomen voor de gepasseerde goaltjesdief, die nu weer een jaar extra moet wachten op zijn kans. Hoewel hij nog steeds hoopt op Tokio. Ook al lijkt de kans klein dat hij, nu hij al een tijd niet tot de 25-koppige selectie van Oranje behoort, nog wordt toegevoegd door bondscoach Max Caldas. ‘Voor mij als topsporter is het nooit te accepteren. Vorig jaar was het meer een klap, nu ben ik iets relaxter. Maar als je mij vraagt of ik bij die groep wil horen en of ik erbij hoor, dan zou ik twee keer ja zeggen. Het enige dat ik kan doen, is knallen in de Hoofdklasse.’