Ties Klinkhamer na surprise SCHC: ‘Onderschat ons niet’

Met nog een halve minuut te spelen en een 3-3 stand kreeg SCHC tegen Amsterdam een strafcorner. Hoopvol zochten de SCHC-fans naar de nummer 4. Maar Ties Klinkhamer, die eerder uit een corner de 3-2 had gemaakt, stond juist op dat moment langs de kant. Met een gespannen blik op zijn gezicht zag hij zijn Ierse ploeggenoot Conor Empey stranden op de Amsterdamse defensie.

‘Ik heb alle vertrouwen in Conor, maar ik had op dat moment natuurlijk graag in het veld gestaan’, zei Klinkhamer na afloop van de ouverture in de Tulp Hoofdklasse Heren die de promovendus verrassend een punt opleverde. ‘Ik zei nog tegen Cédric (Terwel, red.), die naast me stond: shit, juist nu staan wij als nummer 1 en 2 van de corner hier. Ik had die tweede er dolgraag ingelegd.’

Dat die laatste bal er uiteindelijk niet in vloog, had allerminst invloed op het goede gemoed aan Bilthovense zijde. Daar smaakte het punt als het zoet van een overwinning. ‘Ik sta hier met een vrij euforisch gevoel’, vertelde Klinkhamer. ‘We zijn zonder al te veel verwachtingen aan de wedstrijd tegen Amsterdam begonnen. We hadden vooraf afgesproken dat we kei- en keihard zouden werken. Dat hebben we gedaan. Wij kwamen voor, zij weer gelijk. Uiteindelijk werd het nog heel spannend, maar met 3-3 en een punt ben ik echt heel gelukkig.’

Ties Klinkhamer wordt gefeliciteerd na zijn treffer. Foto: Bart Scheulderman

Drommen met fans

Het was sowieso een wedstrijd waar iedereen met een Bilthovens hart gelukkig van werd. De zon scheen, er lag een nieuw veld, langs de lijn keken eindelijk weer drommen met fans toe en binnen de lijnen stond een team in het het blauwrood terug op het hoogste mannenniveau van Nederland. Een team bovendien, dat vocht voor elke meter en met positieve intenties de aanval zocht.

SCHC bejubelt een treffer. De fans juichen mee. Foto: Bart Scheulderman

Klinkhamer: ‘Wij hebben met elkaar afgesproken dat we elke wedstrijd lekker gaan hockeyen. Geen druk, geen verwachtingen. Wij zijn de underdog. Wij moeten met plezier en met een smile hockeyen. Als we een doelpunt tegen krijgen, gaan we niet in de put zitten, maar peppen we elkaar op en helpen elkaar. Echt, het is zo mooi om te zien hoe iedereen hier de ballen uit zijn broek loopt voor de ander. Ik ben blij dat ik deel van dit team mag uitmaken.’

Amsterdam

Nog maar een paar maanden geleden droeg Klinkhamer, behalve het shirt van Jong Oranje, nog het witte tricot van Amsterdam, nadat hij in 2019 was overgekomen van Laren. Zijn periode in Amsterdam werd geen doorslaand succes. Amsterdam worstelde met zichzelf en met zijn vorm, Klinkhamer speelde (vooral op het middenveld) minder dan hij had gehoopt.

Niettemin kijkt de middenvelder zonder wroeging om. ‘Ik heb echt heel veel liefde voor die jongens. We zijn prima uit elkaar gegaan. Ik ben naar SCHC overgestapt omdat ik gewoon lekker wil hockeyen. Ik heb bij Amsterdam zeker mijn kansen gehad, maar de kansen die ik hier krijg, zijn beter voor mijn ontwikkeling. Ik heb geen seconde spijt van mijn overstap. Ik ben hier ontzettend mooi en warm ontvangen door het team.’

Ties Klinkhamer in het blauwrood van SCHC: ‘Ploegen zullen echt van heel goeden huize moeten komen om ons van het veld te blazen .’ Foto: Bart Scheulderman

De overstap van Amsterdam naar SCHC betekent wel dat Klinkhamer dit jaar strijdt tegen degradatie. ‘Ik weet dat veel mensen hun oordeel al klaar hebben. Zij denken dat wij er snel uitvliegen. Ik kan jullie nu al zeggen dat niemand SCHC mag onderschatten dit seizoen. Wij gaan elke wedstrijd voor elk punt keihard werken. Het maakt ons niet uit tegen wie wij spelen, wij zijn alleen met onszelf bezig. Ploegen zullen echt van heel goeden huize moeten komen om ons van het veld te blazen.’

Ondersteboven

Dat ondervond zondag Amsterdam, waar enkele spelers in de eerste minuten toch wat verontwaardigd opkeken toen ze na het eerste de best duel zichzelf ondersteboven op het veld vonden.

Welkom in Bilthoven! Dat was de duidelijke boodschap van de thuisploeg.

Amsterdam had het lastig met die agressieve speelstijl en keek na zestien minuten ook nog eens tegen een 1-0 achterstand aan door een treffer van Conor Empey. Luke Dommershuijzen maakt er na een krap half uur 1-1 van, maar nog voordat Amsterdam kon denken aan een voorsprong was het al 2-1 via Thijs van Pelt.

Eenzelfde veerkracht toonde SCHC nadat Trent Mitton er in het derde kwart 2-2 van maakte. Een paar minuten later was het alweer 3-2 via Klinkhamer. Een fijne strafcorner die zo’n lekker geluid op de plank maakte. ‘Hij werd iets aangeraakt, maar kwam wel op de plek die we hadden afgesproken’, vertelde Klinkhamer glunderend.

Vriend

De middenvelder had over de corners in de dagen voor de wedstrijd al veelvuldig geappt en gebeld met zijn vriend Luke Dommershuijzen van Amsterdam. ‘We hebben elkaar de afgelopen dagen de nodige berichten gestuurd om de boel wat op te naaien. Dat hoort erbij. Hij scoorde mooi uit de strafcorner. Ik ook.’

Bij SCHC gingen de honderden toeschouwers na de treffer van Klinkhamer met de minuut meer geloven in een enorme stunt. Maar heel langzaam vloeiden de krachten uit de Bilthovense lichamen en kreeg Amsterdam de overhand. In het doel gooide Matthijs Odekerken al zijn lichaamsdelen in de strijd om een treffer te voorkomen, maar opnieuw Mitton (ditmaal uit een corner) vond toch een gaatje: 3-3.

Trent Mitton juicht na de 3-3. Op de voorgrond Luke Dommershuijzen. Foto: Bart Scheulderman

Precies zoals Klinkhamer na afloop vertelde, was enige teleurstelling over die tegentreffer niet te bespeuren bij SCHC. De spelers van coach Gilles van Hesteren putten nog wat extra energie uit de krochten van hun lichamen en zetten nog een keer aan. Het leverde in de slotseconden dus een strafcorner op. Een goede push en SCHC zou het onmogelijke presteren… Langs de kant zinderde het. De fans wilden de bal wel in het doel schreeuwen, maar de geroutineerde Amsterdammers bleven ijzig koel en maakten de corner van Empey vakkundig onschadelijk. Het bleef hierdoor bij 3-3.

Klinkhamer wist na afloop wel wie de morele winnaar was. Met een knipoog naar zijn vriend Dommershuijzen, zei hij: ‘Ik denk dat ik hier een grotere smile sta dan hij.’