Het wemelde zondag van de (oud-)internationals in de topper tussen Kampong en Bloemendaal. De score werd echter geopend door een speler die weliswaar flink wat ervaring heeft, maar nooit een interland speelde. Tim Swaen, want over hem gaat het, hoopt dat die kans nog komt.
Swaen was, natuurlijk, heel tevreden over 2-0 zege van Bloemendaal op Kampong. Een wedstrijd waarin De Mussen, nadat ze na een kwartier een voorsprong hadden genomen, amper in gevaar kwamen. Bloemendaal had een duizelingwekkende seizoenstart waarin het achtereenvolgens HGC, Pinoké, Rotterdam en dus Kampong ontmoette.
Allemaal ploegen die vorig seizoen in het linkerrijtje eindigden. Kampong was op papier de zwaarste tegenstander, maar leek in de praktijk niet de moeilijkste horde voor Bloemendaal. ‘Het was toch weer wat wennen aan het begin van het seizoen. In die eerste wedstrijden lagen de kansenverhoudingen anders dan vandaag. Maar dat ligt ook aan onszelf. We zijn al iets meer gefinetuned dat een paar weken geleden. Vandaag hebben we heel weinig weggegeven’, zegt Swaen trots.
De ‘zieke pass’ van Van Doren
Het was clean en zakelijk hoe Bloemendaal de topper op De Klapperboom naar zich toetrok. ‘Zo doen we dat het liefst’, glimt de verdediger. ‘We willen er geen flipperkast van maken. Daarnaast hebben we zoveel aanvallende kracht, dat we er toch altijd wel een paar keer scoren. Dat geeft voor iedereen vertrouwen, daar leun je op. We hebben zoveel gasten met individuele kwaliteiten.’
Swaen verwijst naar de schitterende splijtende backhand van Arthur Van Doren over zo’n vijftig meter, die de 2-0 inleidde. ‘Een zieke pass’, klinkt het bewonderend. Nadat Kampong-verdediger Lars Balk mistastte stond Thierry Brinkman op de goede plek om ‘m erin te tikken. ‘Staat-ie wel vaker, geloof ik’, zegt Swaen droogjes.
Zo’n half uur voordat Brinkman de wedstrijd in het slot gooide, pushte Swaen Bloemendaal op voorsprong. Hard. Laag. Meedogenloos. ‘Ik denk dat zo’n corner 110 tot 130 kilometer per uur gaat’, vertelde coach Rick Mathijssen na afloop. ‘Die snelheid halen de toppers in de Hoofdklasse. Tims corner is technisch heel goed en door zijn kracht, omdat hij een powerhouse is, maakt hij snel vaart.’
Ik hoop nog steeds dat Oranje er ooit voor mij inzit Tim Swaen
‘Ik probeer constant te blijven’, zegt Swaen, die de afgelopen seizoenen steevast in de top van topscorersklassement stond. ‘Veel trainen. Op jezelf vertrouwen, geen gekke dingen doen’, somt hij de basisingrediënten achter zijn succes op. Swaen kreeg dit seizoen op kop cirkel een concurrent erbij, Teun Beins. In de hiërarchie maakt dat vooralsnog niet uit. Als Swaen erin staat, is hij de man. ‘Nu ben ik eerste keus. Maar Teun en Jasper Brinkman hebben ook goede corners hoor. Ze doen weinig onder voor die van mij.’
Die concurrentie zorgt ervoor dat hij ‘nog gedrevener is om er te staan’, zegt Swaen. ‘Maar kritisch op mezelf ben ik altijd al geweest. Ik ben hard, soms te hard voor mezelf. Alles moet kloppen. Ik ga net zolang door tot het perfect is. Aan de andere kant moet-ie er ook in, als het niet volgens plan verloopt.’
Het blijft een apart gegeven, dat de eerste cornerman van de landskampioen – tevens koploper van de Hoofdklasse – geen interlands achter zijn naam heeft. ‘Ik hoop nog steeds dat Oranje er ooit voor mij inzit’, zegt de Brabander. Is die wens ook bij bondscoach Jeroen Delmee bekend? ‘Ik hoop het. En anders moet hij dit artikel lezen, denk ik’, lacht Swaen. ‘Het is nog steeds een droom van mij om daar onderdeel vanuit te maken.’
Relatief oud
Wat niet in het voordeel van Swaen lijkt te spreken, is dat hij relatief oud is. Hij werd afgelopen zomer dertig jaar. Geen logische leeftijd voor een debutant. ‘Dat weet ik ook’, erkent Swaen. ‘Ik denk dat ik goed genoeg ben om nog jaren mee te gaan. Hij (Delmee, red.) zet een traject in richting Parijs, daar ben ik heel graag onderdeel van. De ambitie is er absoluut, al heb ik nog niet met hem gesproken. Volgens mij is er alleen een gespreksronde geweest met de spelers die al international waren.’
‘Ik denk dat Tim een hele interessante corner heeft’, zegt Mathijssen, afgelopen zomer nog assistent-bondscoach. ‘Hockeyend redt-ie zich prima en hij heeft ook nog de hoge bal als wapen. Daarmee kwam vandaag twee keer een speler alleen voor de keeper te staan. Tim wordt elk jaar nog beter.’
Vindt Mathijssen dan dat Swaen een kans verdient in Oranje? ‘Ik wil niet op Jeroen zijn stoel gaan zitten. Maar ik kan me voorstellen dat Tim op z’n lijstje staat. De laatste seizoenen zijn er drie spelers die zo’n twintig corners per jaar maken. Jip Janssen, Alexander Hendrickx en, inderdaad, Tim.’
Die eerste twee hebben international hun strepen al verdiend. Nu Swaen nog.
6 Reacties
arnoldS
Destijds was er een andere jongen van Tilburg die heel verrassend toch nog op latere leeftijd oranje haalde
Mark Bouwman
De Oranje lobby is weer begonnen.....
horn964
En terecht toch?
Mark Bouwman
@horn964 afgezien van deze speler, denk ik dat een beetje Ned XI coach zelf de spelers wel in beeld krijgt en dat de alom bekende Oranje clublobbies spelers niet neutraal inkleuren. Mede een reden dat de beste spelers niet geselecteerd worden, waardoor een Nederlands Team niet optimaal functioneert. Geen rocket science lijkt mij....
luchtisblauwgrasisgroen
Tim Swaen is een van die spelers die zelfs op latere leeftijd elk seizoen nog steeds beter wordt. Zijn veldspel tegen Kampong was van ontzettend hoge kwaliteit. Toen hij bij Bloemendaal kwam spelen waren velen sceptisch, hij heeft zich nu dubbel en dwars bewezen. Het zou mooi zijn als hij op zijn minst de kans krijgt om zich op internationaal te bewijzen. Delmee heeft ook maar een paar jongere opties, Janssen en Beins.
arnoldS
Doet me wel een beetje denken aan de tijd dat Olmer Meijer de corners pushte. Ook onbetwist, jong oranje gespeeld maar toch niks voor het grote oranje. Maar het is deze jongen of dit soort mannen gewoon gegund. Probeer het!