Waarom Van den Heuvel weer viel voor zijn oude en magische liefde

Voor de derde keer sloegen Bloemendaal en Michel van den Heuvel de handen ineen. De club en de coach hebben een magnetische werking op elkaar. Vooralsnog is zijn rentree een heel geslaagde: zondag in de topper tegen Kampong (3-1 zege) werd ook het vijfde duel van dit Hoofdklasse-seizoen gewonnen. Daar heeft de Brabander met liefde een heleboel kilometers voor over.

Na een minuut of tien in het interviewtje gebeurt er wat moois. Van den Heuvel probeert in woorden te vatten waarom hij zo op z’n plek is op ’t Kopje. Dan beseft hij dat-ie dit beter in een beeld kan laten zien. Het scherm van de telefoon van de coach licht op. Hij scrollt door zijn galerij en toont een trainingsfoto, met een – eerlijk is eerlijk – schitterende roze lucht. Een avondzon op ’t Kopje. ‘Kijk eens’, klinkt het bijna vertederd. ‘In die omgeving sta ik training te geven. Ik heb overal op het veld gestaan. Van Chili tot Nieuw-Zeeland. Maar dit is het mooiste veld ter wereld. Een magische plek.’

Het is de zachte, aimabele kant van de trainer die voor buitenstaanders ook stug of nukkig kan overkomen. Dat zal je nooit horen van oud-spelers. (Bijna) iedereen die met Van den Heuvel heeft samengewerkt, loopt met ‘m weg. Niet voor niets stond hij helemaal bovenaan het lijstje van Bloemendaal, toen er werd gezocht naar een opvolger voor Rick Mathijssen, die tussen 2021 en 2024 met Bloemendaal drie EHL’s en twee landstitels won.

Van den Heuvel met Jorrit Croon, nog altijd herstellend van zijn olympische enkelblessure. Foto: Rob Römer

De vraag van zijn oude bekende Jolie

Eén van zijn voormalige spelers benaderde de coach om weer terug te komen. Om net als tussen 2004 en 2008 én 2016 en 2020 voor een prijzenregen te zorgen. Liefst zeven keer werd Bloemendaal onder Van den Heuvels leiding kampioen. Het maakt hem nog altijd de meest succesvolle mannencoach in de Hoofdklasse. 

‘Die speler die mij belde, was Wouter Jolie’, vertelt Van den Heuvel, die tot en met de Olympische Spelen de Belgische mannen coachte. ‘Wout heb ik als klein menneke een dikke stick gegeven van Matt Wells – een oude topspeler uit Australië – omdat Wout moest leren slaan. Uiteindelijk besliste hij finales met zijn slag. In mijn tweede periode was-ie captain. En nu benaderde hij mij al voor het EK. Wat mijn plannen waren na Parijs.’

‘Vind ik mooi. Dat zo iemand die beleid maakt, daar dan al over nadenkt. Met de toekomst bezig is. Ik dacht na over Wouters vraag. Wat wilde ik? Ik ben dit jaar zestig geworden. Heb 20,25 jaar dubbelprogramma’s gedraaid. Jaren waarin ik club- en bondscoach was. Naast ons fijne verleden is Bloemendaal ook een prettige keuze. Hoef ik van de winter een keer niets te doen, een aanlokkelijk idee. En ik ben hier omdat ik hou van de sport. Als dat gespeeld en beleefd wordt op een manier waar ik me goed bij voel, is er niets mooiers om te doen. Ik heb altijd gevoeld dat daar mijn drive naar perfectie wordt gewaardeerd. Dat maakt dit een heel goede match.’

Van den Heuvel tijdens Kampong-Bloemendaal. Foto: Rob Römer

Het wrange einde van ‘deel 2’

Dat Van den Heuvel in Eindhoven woont, is daarin absoluut geen belemmering voor de coach. ‘We hebben hier betere wegen dan in België. ’s Avonds doe ik er een uur en twintig minuten over. Dat is voor mij geen issue. We trainen op dinsdag, donderdag en vrijdag. Op die donderdag kan ik in Bloemendaal blijven slapen, de club heeft een appartementje voor mij geregeld. Kan ik ook wat meer genieten van de zee en de duinen. En ik heb absoluut geen hekel aan rijden. Tegenwoordig zijn er ook veel gekken op de weg. Maar meestal kan ik bellen met betrokkenen rondom het team – en mijn vrouw. Een podcastje luisteren. En nadenken. Vruchtbare uren.’

Zijn verhaal bij Bloemendaal was ook nog niet helemaal af. Want Van den Heuvel eindigde zijn tweede periode in 2020 ondanks prima resultaten in mineur. Het coronavirus legde de Hoofdklasse stil, waardoor het sprookjeshuwelijk ineens ten einde was, omdat Van den Heuvel na het seizoen eerst assistent en later bondscoach werd bij België.

‘Dat einde was verschrikkelijk’, klinkt het bedrukt. ‘Dat was de beste ploeg die ik ooit gehad heb, al was de groep met de Zeller-broers in mijn eerste periode ook heel goed. We waren zo dominant… Ik ben blij dat Bloemendaal daar nog een paar jaar succesvol op heeft doorgebouwd. Nu moet er een nieuw traject worden neergezet. En dat is ook weer heel leuk.’

Van den Heuvel eerder dit seizoen op ‘zijn’ Kopje. Foto: Koen Suyk

Dat traject is niet makkelijk. Bloemendaal raakte in de zomer met Thierry Brinkman (Den Bosch) en Arthur Van Doren (Braxgata) twee regelrechte sterren kwijt. Daar kwam nog de enkelblessure van Jorrit Croon bovenop, die vermoedelijk de hele eerste seizoenshelft in de lappenmand zit. 

‘Dat zijn behoorlijke aderlatingen’, erkent Van den Heuvel. ‘Maar er zit wel talent in deze selectie. En de groep wil heel graag leren en groeien. Ze zijn gretig, ook als ik drie keer per week een tactische meeting houd. We maken stappen, maar zijn in de eerste vier rondes ook nog niet de zwaarste tegenstanders tegengekomen’, klinkt het eerlijk. ‘Ik merk wel dat het vertrouwen groeit. We zijn steeds bewuster van ons vermogen. Al is de weg richting het einde van het seizoen nog heel lang natuurlijk.’

Aan de worstenbroodjes met Lucas Veen

Hij geniet van de ontwikkeling van zijn spelers. ‘Het mooiste aan dit vak is het beter maken van individuen in de sport waarvan ze houden. Neem Lucas Veen. Ik kende Luukie niet. In april is-ie bij me langsgekomen in Eindhoven. Zaten we aan de keukentafel met worstenbroodjes en een chocoladebol. Hij was wat terughoudend, maar vertelde ook over wat hij wilde bereiken. Inmiddels staan we zo’n zes weken met elkaar op het veld. Hij heeft zijn spel naar een totaal ander niveau getild. Dat is fantastisch om te zien.’

De oude liefde tussen Van den Heuvel en Bloemendaal bloeit dus weer op. In een andere periode. Met een totaal ander team. Maar nog wel op de club met die prachtige zonsondergang. ‘Het gaat om het gevoel. En dat gevoel is goed.’


Wat vind jij? Praat mee...