WK-brons 2002: de ‘geweldige slijtageslag’ van Kuala Lumpur

In aanloop naar het WK in India blikken we in de serie ‘WK-historie Oranje’ terug op de laatste WK’s van het Nederlands elftal. Vandaag het titeltoernooi in Kuala Lumpur, 2002. Net als het WK in India een groot toernooi met zestien landen, alleen zonder veel rustdagen in het tropische Kuala Lumpur, met negen wedstrijden in veertien dagen. ‘Het was chaos’, weet Ronald Brouwer (39).

Ronald Brouwer was in 2002 een van de grote talenten van Oranje. Hij was fit. Sterk. Snel. En speelde  pas zijn tweede toernooi met het Nederlands elftal. Maar toch: ‘Je lichaam was daar zó snel leeg. Dan speelde je tien minuten en dacht je: ik moet nog een uur’, lacht Brouwer over het WK dat bij sommige spelers van de oude generatie al vergeten is, omdat het slechts brons opleverde.

De oud-international is nu data analist bij het Nederlands elftal en zal ook meegaan met Oranje naar het WK in India. Daar wordt het niet zo heet als toen in Maleisië. ‘Het was bij dat WK eigenlijk niet te doen. Het was chaos. De kwaliteit van hockey werd op een gegeven moment lager bij alle teams. Ik herinner me een wedstrijd tegen Zuid-Afrika, met volle zon en veertig graden en negentig procent luchtvochtigheid. Het ging eigenlijk nergens over. Zelfs de finale Duitsland-Australië (Duitsland werd wereldkampioen, red.) was totale chaos. Iedereen liep op zijn laatste benen.’

Een jonge Ronald Brouwer, in actie tegen Zuid-Korea. Foto: Koen Suyk

‘Er stonden ventilatoren opgesteld in de dug-out’

Toenmalig aanvoerder Jeroen Delmee (45) had in 2002 twee olympische titels en een wereldtitel op zak. Ook bij hem is de verschroeiende hitte het eerste waar hij aan moet denken. ‘2002 was een loodzwaar toernooi. Er waren wedstrijden waarin ik drie kilo lichter werd, terijl ik ook nog eens drie liter water had gedronken. Er stonden ventilatoren opgesteld in de dug-out. Alles was extreem.’

Ronald Brouwer zou uiteindelijk 220 interlands spelen en 80 doelpunten maken in Oranje, maar stond in 2002 aan het begin van zijn lange loopbaan. Zonder al te veel verwachtingen was hij afgereisd naar de hoofdstad van Maleisië. Hij was blij dat hij was geselecteerd. Het enige wat hij met het Nederlands elftal had meegemaakt, was de Champions Trophy in Rotterdam. Omdat het zo warm was, mochten er achttien spelers mee en werd er veel meer doorgewisseld dan normaal.

Bij een van de wedstrijden werd een temperatuur gemeten van 46 graden Celsius in de schaduw. Deze onderzoeker meet de temperatuur boven het veld bij aanvang van een wedstrijd in het Bukit Jalil Stadion van Kuala Lumpur. Foto: Koen Suyk

Als zijn gedachten terugschieten naar dat WK, krijgt hij er weer een lach van op zijn gezicht, zegt Brouwer. ‘Die slijtageslag. Ongelofelijk. Voor mij was het geweldig. Als je jong bent, is het fantastisch en heel intens. Zo mooi. Dan is het heel bijzonder als je met relatief weinig interlands vol mee kunt draaien en nodig bent voor het team. Terwijl veel doorwisselen toen helemaal niet normaal was.’

Het schitterend Bukit Jalil Hockeystadion van Kuala Lumpur dat plaats biedt aan 17.000 toeschouwers. Foto: Koen Suyk

Australië was oppermachtig in de poule en de halve finale

In een enorme poule van acht landen – bij het WK van India worden de zestien landen in vier poules ingedeeld – moest het Nederlands elftal in de hitte zeven wedstrijden spelen. De beste twee haalden de halve finale. Oranje eindigde met zestien punten uit zeven wedstrijden onder de latere wereldkampioen Duitsland als tweede in de poule, net voor nummer drie Argentinië. In de halve finale wachtte het oppermachtige Australië, dat huis had gehouden in de andere poule, door alle zeven wedstrijden in de ziedende hitte winnend af te sluiten, met een doelsaldo van 28-6. Nederland stond tegenover de Kookaburras in de halve finale. Nederland was de regerend Olympisch kampioen en wereldkampioen. Dat onoverwinnelijke gevoel probeerde de oude generatie op de talenten als Ronald Brouwer door te geven.

Brouwer: ‘Ik had geen enkele ervaring met dat soort wedstrijden. Maar de oudere spelers zeiden dat ze nog nooit van Australië hadden verloren, als het belangrijk werd. Maar Australië was zoveel beter en fitter (Nederland verloor met 4-1, red.). Veel grote namen waren bij ons gestopt. Het was de overgang van een generatie die alles gewonnen had, naar een nieuwe generatie. Wij waren niet heel sterk in die overgangsfase. Wij waren anders opgegroeid dan de oudere generatie, dat merkte je toen aan alles. Zij waren gewend om alles te winnen, wij niet.’

Aanvaller Karel Klaver wordt gestuit door de Zuid-Afrikaanse verdediging en vliegt door de lucht. Foto: Koen Suyk

‘Brons was het maximaal haalbare’

De nieuwe generatie bestond, behalve uit Brouwer, uit spelers als Rob Reckers, Geert-Jan Derikx, Rob Derikx, Floris Evers, Matthijs Brouwer en Taeke Taekema. In Kuala Lumpur was na de verloren halve finale het brons het hoogst haalbare voor onttroonde wereldkampioen. Uiteindelijk was het juist iemand van de oude generatie die de winnende goal maakte. Nederland stond tegen Zuid-Korea de hele wedstrijd op achterstand, maar Sander van der Weide scoorde één minuut voor tijd de gelijkmaker. Het was daarna aanvaller Jaap Derk Buma die in zijn laatste interland in de verlenging de winnende maakte. Buma was in tegenstelling tot Brouwer niet onder de indruk van het toernooi. Ook in 2018 niet. Na al het succes was brons in zijn ogen mager.

Delmee: ‘Ik weet er verder niet meer zo veel van. Brons was het maximaal haalbare. Australie was fitter. Duitsland beter.’

Toenmalig talent en WK-debutant Brouwer beleefde het anders. ‘Brons vond ik geweldig!’

Het Nederlands elftal in Kuala Lumpur, met de bronzen medaille. Foto: Koen Suyk

WK Hockey 2002. Bukit Jalil Stadion Kuala Lumpur, Maleisië.
Nederland-Nieuw-Zeeland 4-0
Nederland-Argentinië 2-1
Nederland-België 5-1
Nederland-Spanje 1-1
Nederland-Pakistan 2-1
Nederland-Duitsland 0-1
Nederland-Zuid-Afrika 3-0
Halve finale: Nederland-Australië 1-4
Om het brons: Nederland-Zuid-Korea 2-1 (na verlenging)

Selectie Oranje: Guus Vogels (k), Bram Lomans, Diederik van Weel, Erik Jazet, Sander van der Weide, Ronald Brouwer, Piet Hein Geeris, Marten Eikelboom, Jeroen Delmee (c), Josef Kramer (k), Teun de Nooijer, Jaap Derk Buma, Matthijs Brouwer, Karel Klaver, Rob Derikx, Taeke Taekema, Menno Booij.
Bondscoach: Joost Bellaart. Assitent: Michel van den Heuvel.

Lees ook:

 


Wat vind jij? Praat mee...