De ‘kruideniers van het Bos’ trotseren de kou om Oranje te zien

‘Verga, Verga!!’ Terwijl de gevoelstemperatuur in het Amsterdamse Bos met de ijzige wind onder de jassen door rond het vriespunt leek, verwarmden de jeugdspelers van hockeyclub Hurley de uitzwaaiwedstrijd van het Nederlands elftal tegen Ierland.

Twee meisjes schreeuwen aan de zijlijn, vooral als Valentin Verga de bal heeft. Maar ze raken in vervoering van elke geslaagde actie van Oranje, iets dat het laatste kwart met drie doelpunten vaak gebeurt. Wie ze goed vinden? ‘Iedereen!’ roepen ze in koor. Ze hebben hun hockeystick bij zich en het eerste dat ze vragen na de wedstrijd is of ze alweer het veld op mogen.

Eindelijk was er weer eens tophockey op hockeyclub Hurley, dat alweer twee jaar met Heren 1 onder de Hoofdklasse acteert en geen roemruchte reputatie heeft op het gebied van topprestaties. Degradatieontlopers waren het ooit, vrijbuiters waar de jongste jeugd ‘Bosuilen’ heten. In het clubhuis noemen de Hurleyanen zichzelf voor de wedstrijd met veel zelfspot ‘de kruideniers van het bos’, waarmee ze zichzelf typeren naast topclub Amsterdam en het iets studentikozere Pinoké.

Mirco Pruyser scoort z’n 250ste goal in zijn carrière. Foto: Willem Vernes

‘Ze praten inderdaad altijd over Hurley als het kleine broertje van Amsterdam, maar dat lijkt me niet heel gek als je hier verderop een Wagener Stadion hebt’, wees topspits Mirco Pruyser richting zijn club Amsterdam, na de wedstrijd waarin hij twee keer scoorde en daarmee op 251 goals in zijn carrière kwam. Pruyser hockeyde zelf bij hockeyclub Reigers in Hoofddorp, voordat hij naar Amsterdam ging. ‘Hurley is ook een geweldige club. We trainen hier al de hele week en dat is leuk. Het veld ligt er goed bij. In Amsterdam leeft het hockey sowieso heel erg.’

Maandagavond was vooral de jeugd van Hurley dolblij met de interland op het kunstgrasveld van de Amstelveense club, waar aan beide netten achter de goals spandoeken hingen waar ‘Succes in India!’ op stond geschreven en waar ze voor het eerst kennismaakten met Oranje-mascotte Stockey. Maar volgens de clubmensen was het afgelopen week vooral de aanwezigheid van het Nederlands elftal op de velden van Hurley, dat een stimulans was voor de jeugdteams. ‘Dan kwamen ze na hun eigen training in het clubhuis opeens Jorrit Croon tegen. Dan stonden ze met open mond naar hun idool te staren’, zeiden ze over de impact van het Nederlands elftal op de relaxte club, met de meest bescheiden portemonnee van het Amsterdamse Bos.

Lars Balk met de Hurley-supporters. Foto: Willem Vernes

‘Ik vind het altijd leuk, zo’n uitzwaaiwedstrijd’

Voor de ene international is het gevoel van ‘de uitzwaaiwedstrijd’ misschien anders dan de andere. Het is mooi om voor een groot toernooi nog een keer voor eigen publiek te spelen. Aan de andere kant is het op zo’n maandagavond zaak om het lichaam heel te houden en te zorgen dat iedereen fit naar het Indiase Bhubaneswar kan reizen. Pruyser, die pas op z’n 25^ste debuteerde in Oranje en zijn eerste WK gaat spelen, was wel de laatste international die de Rabo Super Serie-wedstrijd bagatelliseerde.

‘Ik vind het altijd leuk, zo’n uitzwaaiwedstrijd. Voor je gevoel is het vandaag min drie en toch doet iedereen in het publiek mee. Dit is toch de laatste wedstrijd die we spelen voordat we het vliegtuig instappen, dan wil je dat wel met een goed gevoel doen. Het is een officiële interland, die wil je gewoon goed spelen.’

Sander Baart feliciteert Jeroen Hertzberger, die z’n 100ste en 101ste interlandgoal maakte. Foto: Willem Vernes

Pruyser speelde voor het eerst sinds maanden zonder pijnstillers

Valentin Verga liep vorige week een botkneuzing op tijdens de training op Hurley en kon tegen Ierland weer spelen. Lars Balk is hersteld van zijn hamstringblessure, maar had voor de zekerheid wel een maillot aangetrokken om de spieren warm te houden. Pruyser, die zes wedstrijden droog stond, bekende na de interland dat hij voor het eerst sinds maanden zonder pijnstillers tegen zijn rugpijn had gespeeld.

Waar hij de afgelopen wedstrijden soms ook een pijnlijke of gewoonweg neutrale grimas trok, oogde Pruyser weer een beetje verlost. Dat is ook wat het Nederlands elftal nodig heeft in Bhubaneswar, een fitte en gezonde Pruyser die het verschil kan maken. Op naar India, waar Oranje jacht gaat maken op de wereldtitel. ‘Ik voelde me echt weer goed, misschien zag je dat ook. Het is mooi dat we het zo op deze manier afsluiten.’