Diede van Puffelen: ‘Het leven is te kort voor tachtig procent’

Middenvelder Diede van Puffelen beleeft zijn tweede hockeyjeugd bij Oranje, sinds hij terugkeerde in het nationale keurcorps na zijn heftige motorongeluk. Nu durft hij zijn ware zelf te laten zien.

‘Ik dacht vroeger dat tachtig procent ook wel oké was’, vertelt Diede van Puffelen na de 0-4 zege op wereldkampioen België. Het klinkt mysterieus, maar zo is het niet bedoeld. ‘Ik dacht dat je op tachtig procent wel kon presteren en je ding kon doen. Maar dat is niet zo.’

Wat Van Puffelen bedoelt, is dat hij na zijn motorongeluk pas écht durft te laten zien wie hij is en wat hij allemaal kan. Dat is bij vlagen ook te aanschouwen in de Oranje-etalage, waar hij tegen België en deze week in de Pro League zich af en toe overtuigend toonde als middenvelder. Van Puffelen gaf de assist voor de 0-1 van Bjorn Kellerman en bediende even later de aanvaller weer, maar die stuitte toen op keeper Vincent Vanasch. Nu, na die bijna-doodervaring, weet hij nog beter hoe hij moet hockeyen.

‘Dat ik dacht dat ik het wel op tachtig procent kon doen, was uit angst om mezelf helemaal bloot te geven en te laten zien hoe ik kan hockeyen. Om honderd procent te geven en mijn volledige ik te laten zien. Dat was een angst. Ik was altijd bescheiden en op de achtergrond. Nu is dat anders. Hier ben ik. Dit ben ik. Dat straal ik nu uit. Het leven is te kort voor tachtig procent.’

Diede van Puffelen aan de bal tegen België. Foto: Willem Vernes

‘Belangrijk dat ik mezelf laat zien’

Omdat middenvelders Valentin Verga en Robbert Kemperman door hun deelname aan de Maleisische competitie zijn gepasseerd voor de hele Pro League, betekent het dat Rotterdam-speler Van Puffelen extra veel kansen krijgt om zich nu te bewijzen. ‘Maar ook als ze er wel bij waren, had ik een kans gehad’, corrigeert de herboren Van Puffelen, die uiteraard mikt op selectie voor het EK in Antwerpen. Hij vond de eerste helft tegen België ‘stroperig’, maar zei dat Oranje door de 0-1 de schroom van zich afspeelde.

‘Het is belangrijk dat ik mezelf nu laat zien en altijd presteer. Dat ik ook een hoog niveau haal als ik er niet lekker inzit, dat ik dan de makkelijke dingen doe. Vandaag heb ik een goed niveau gehaald, heb ik het voortouw genomen en laten zien hoe we moeten hockeyen. Simpele ballen spelen, inpassen, combineren en versnellen.’