In the spotlights: Groot-Brittannië – Duitsland (v)

Een ongelooflijk aantal van 76 hockeywedstrijden dendert tijdens de Olympische Spelen als een waterval over ons heen. Elke dag vissen wij er een opvallend affiche tussen twee buitenlandse teams uit. Vandaag: de Groot-Brittannië-Duitsland (vrouwen). Afslag: 02.30 uur.

Waarom is dit duel bijzonder?
Het is het eerste optreden van titelhouder Groot-Brittannië. Om het litteken gelijk maar open te halen: de Britse vrouwen pakten op de vorige Spelen goud, ten koste van Nederland. In een onvervalste thriller won ‘Team GB’ na shoot-outs van Oranje. Na de reguliere speeltijd stond het 3-3, waarna de Britten de shoot-outs beter namen.

Hoeveel speelsters zijn daar nu nog van over?
Bijna de helft: zeven om precies te zijn. Bijvoorbeeld keepster Maddie Hinch, toen een van de Britse uitblinkers. Ook Lily Owsley, maker van de openingsgoal in de finale, maakt zich op voor haar tweede Spelen. Hinch – bij Tilburg – en Owsley – hdm – spelen trouwens komend seizoen op de Nederlandse velden. Dat geldt ook voor Hannah Martin (Hurley), Shona McCallin (Oranje-Rood) en Giselle Ansley (HGC). Mogelijk is dat nog niet alles. Verdediger Anna Toman wordt in de Britse pers gelinkt aan SCHC.

Maddie Hinch, een van de uitblinkers in de vorige olympische finale. Foto: Willem Vernes

En de Duitsers?
Ja, de Duitsers. Die lieten zich prima gelden tijdens het EK, waar ze de beste tegenstander waren van Nederland. De ploeg van bondscoach Xavier Reckinger pakte – als best of the rest – zilver. Verdedigend en organisatorisch hadden Die Danas het prima voor elkaar. Alleen zijn er, op de geboren technicus Anne Schröder na, vrij weinig speelsters die op individuele klasse een wedstrijd open kunnen breken. Opvallend is bij Duitsland de afwezigheid van boegbeeld Janne Müller-Wieland, die in aanloop naar de hockeyzomer buiten de boot viel.

Hoe goed kennen ze elkaar?
Zeer goed. Dit jaar stonden ze al drie keer tegenover elkaar. Tweemaal in de Pro League in mei. De eerste keer won Duitsland (3-2), een dag later GB (2-0). Vorig maand op het EK speelde Duitsland ook tegen Engeland, nagenoeg hetzelfde team als de Britse ploeg die op de Spelen staat. Een corner van specialist Sonja Zimmermann en een veldgoal van de piepjonge Jette Fleschütz – pas achttien jaar – leverden Duitsland een 2-0 zege op. Mede daardoor belandde de ploeg van Reckinger in de halve finales, terwijl Engeland in de verliezerspoule terechtkwam.

De Duitse cornerspecialist Sonja Zimmermann. Foto: Willem Vernes

Op wie moeten we ons geld zetten?
Duitsland, met name op basis van het laatste EK. Al moeten we zeggen dat bondscoach Mark Hager, de bondscoach van GB, al eerder heeft bewezen goed te kunnen pieken op de Spelen. De Australiër leidde Nieuw-Zeeland in 2012 naar de halve finales, waar Oranje met pijn, moeite en shoot-outs van de Kiwi’s won.

Staat er nog een rekening open?
Los van het laatste EK – dat was ook slechts poulefasewerk – zijn er de laatste jaren weinig écht beslissende ontmoetingen tussen Engeland en Duitsland geweest. Voor de laatste kraker moeten we naar 2013, toen het EK in het Belgische Boom werd gehouden. Engeland, dat Nederland via shoot-outs had geklopt in de halve eindstrijd, en Duitsland maakten er een toen een waar spektakelstuk van in de finale. Voor rust vielen er al zeven goals in de wedstrijd die in 4-4 eindigde. Er moesten dus shoot-outs worden genomen. Omdat de eerste vier pogingen van Engeland de mist ingingen, waren twee rake shoot-outs van Duitsland genoeg om de EK-titel te pakken. Opvallend: liefst zes speelsters van het huidige Britse team waren er toen in België bij. Bij Duitsland maakte alleen Franzisca Hauke die idiote finale in het veld mee.