Van Geffen: ‘Ik stond erom bekend dat ik af en toe feestte’

Twaalf jaar geleden speelde Margot van Geffen als 21-jarig talent haar eerste EK voor het Nederlands elftal. Dat werd net als nu gehouden in het SparkassenPark in Mönchengladbach. ‘Het is bijzonder om hier weer terug te zijn.’

Een donderspeech is wat de 33-jarige Van Geffen zich nog goed herinnert van haar eerste EK, in 2011. Nederland speelde in de finale tegen gastland Duitsland. In de rust stond het nog 0-0. Bondscoach Max Caldas kwam woedend de kleedkamer binnen. ‘Hij was woest. Hij vroeg waar we in vredesnaam mee bezig waren. Dat maakte echt indruk op me. Daarna kwamen we echt met een andere mindset de kleedkamer uit. We scoorden drie keer en wonnen met 3-0’, vertelt Van Geffen glimlachend.

Margot van Geffen sprint naar de bal in de wedstrijd tegen Italië. Foto: Willem Vernes

 

Ik stond erom bekend dat ik af en toe een feestje pakte. Samen met een paar andere speelsters stond ik elke zondag in de kroeg. Margot van Geffen

Van Geffen is een rouwdouwer. Sinds haar debuut miste ze bijna geen toernooi. Ze is zelden tot nooit geblesseerd. Ook nu routiniers onder Van Ass geen garantie hebben dat ze worden geselecteerd – zoals Eva de Goede – heeft Van Geffen de selectie gehaald en speelt ze haar zevende EK. Van Ass gebruikt haar waar hij haar nodig heeft. De ene keer achterin, de andere keer op het middenveld.

In de zomer van 2013, een jaar na het olympisch goud in Londen, was het Caldas die tegen Van Geffen zei dat ze stappen moest maken. Anders zou haar plek in de selectie misschien op de tocht komen te staan. ‘Hij zei tegen mij dat ik geen jonkie meer was. Ik was toen 23 en zat er pas twee jaar bij. Ik dacht: laat mij lekker jong zijn. Maar hij vond dat ik meer moest brengen. Ik wist alleen niet wat. Ik was zoekende.’

Caldas vond dat Van Geffen meer moest leven als topsporter. ‘Ik stond erom bekend dat ik af en toe een feestje pakte. Zeker in die jaren. Na de Olympische Spelen hadden we een feestjaar. Samen met een paar andere speelsters stond ik elke zondag in de kroeg. We hebben die gouden medaille iets te lang gevierd. Tot het moment dat Max zei: is dit wat je wilt neerzetten? Of wil je proberen om nog meer te bereiken dan dit? Dat triggerde iets in mij. Sindsdien leef ik voor de sport.’

 

Dit bericht op Instagram bekijken

 

Een bericht gedeeld door OranjeHockey (@oranjehockey)

EK-record voor Van Geffen

Van Geffen nam tegen Italië een Oranje-record over dat sinds 2013 in handen was van voormalig topspits Kim Lammers. Ze speelde haar 33ste EK-wedstrijd. Onlangs doorbrak ze de grens van 250 interlands. Maar cijfers zeggen haar niets. ‘Om eerlijk te zijn, ben ik daar niet mee bezig. Misschien dat het tot me doordringt als ik ben gestopt. Maar nu ben ik vooral bezig met het winnen van het EK en het binnenslepen van het ticket voor Parijs. Wel vind ik het natuurlijk een eer om zo vaak voor Nederland uit te mogen komen. Dat de teller nu op zeven EK’s staat, is ook heel mooi.’

Het was leuker geweest als de wedstrijd waarin Van Geffen het EK-record vestigde een hockeyvoorstelling was geworden. Maar dat lieten de Italianen dinsdagmiddag niet gebeuren (5-0). ‘Dit was een beetje een saaie wedstrijd. We wisten dat Italië de slechtste tegenstander is van de poule. Gelukkig komt de halve finale er nu aan. Dat soort wedstrijden ga ik altijd goed op. Als de druk er vol op staat. Dat heeft me verder gebracht dan ik twaalf jaar geleden had durven dromen.’


Wat vind jij? Praat mee...