Max Caldas: ‘Ik had nog dichter op de spelers moeten staan’

Niet alleen Alyson Annan, maar ook Max Caldas heeft na de Olympische Spelen in Rio de Janeiro kritisch naar zichzelf gekeken. Hij neemt het zichzelf kwalijk dat de spelers achteraf gezien meer empathie nodig hadden. ‘Ik had nog dichter op de spelers moeten staan.’

Daarover is ook gesproken tijdens de evaluatie die de afgelopen weken heeft plaatsgevonden. Vanaf begin september heeft de KNHB gesprekken gevoerd met zowel Caldas als Annan, met de andere begeleiders van beide Oranjeteams en met de spelers en speelsters die in Rio actief waren. Nu de evaluatie is beëindigd, heeft de KNHB dinsdag openlijk het vertrouwen in Caldas en Annan uitgesproken. Voor Caldas, die al een contract tot het WK 2018 in India had, was het al duidelijk dat hij na ‘Rio’ zou aanblijven. ‘Ik heb tijdens de Spelen al aangegeven dat ik doorga tot Tokio 2020.’

Technisch directeur Den Hartog

Technisch directeur Arno den Hartog kijkt met gemengde gevoelens terug op de Olympische Spelen. ‘Aan de ene kant hebben we genoeg goede dingen gezien om te concluderen dat we met elkaar doorgaan. Dat vertrouwen is ook naar voren gekomen in de gesprekken die we met de spelers hebben gevoerd. Aan de andere kant zijn we natuurlijk teleurgesteld. In topsport gaat het om het winnen van prijzen en dat hebben we dit keer niet gedaan.’

‘De black-out van Annan is niet als een fout ervaren’

In de evaluatie is ook de black-out van Alyson Annan ter sprake gekomen. ‘We hebben vastgesteld dat er ook naar aanleiding van dat punt er tussen het team en Alyson geen vertrouwen ontbrak’, aldus Den Hartog. ‘Het beeld dat door de situatie is opgeroepen is niet van invloed geweest op het functioneren van het team. Het is ook niet als een fout ervaren. Desalniettemin weet Alyson dat dit een leerpunt voor haar is.’

En dat is niet het enige verbeterpunt dat uit de evaluatie naar voren is gekomen. Den Hartog: ‘Op de vraag of het roer volledig om moet, zeg ik nee. Maar er zijn natuurlijk altijd punten voor verbetering. Zo gaan we op dit moment niet 3 dagen op Papendal trainen. Het eerste halfjaar van dit seizoen gaan we überhaupt niet naar Papendal. Daarnaast weten we dat er spelers zijn die naar de Hockey India League willen en daar is dit seizoen ook ruimte voor.’

‘Tokio 2020, daar gaat het vanaf nu om’

Het is nog onduidelijk met welke technische staf Caldas en Annan verder gaan en wanneer ze weer met Oranje gaan trainen. Caldas vindt het nu eerst zaak om de periode ‘Rio’ af te sluiten voordat hij aan het traject Tokio begint. ‘Je moet niet aan de volgende periode beginnen voordat je de vorige afgesloten hebt. We moeten weten wat we in het verleden fout gedaan hebben. Pas als we dat heel duidelijk in kaart hebben gebracht, gaan we het nieuwe proces in. We moeten in een cyclus van 4 jaar denken. Tokio 2020, daar gaat het vanaf nu om.’

Voor Caldas is het nog niet van alle spelers duidelijk of ze door willen gaan met hun interlandcarrière. Wel weet hij al dat hij overweegt om de Hockey World League in Londen, waar kwalificatie voor het WK afgedwongen kan worden, met een andere selectie te spelen dan het EK in Amstelveen. Dit onder meer omdat de HWL kort op de EHL volgt en de Hoofdklasse al 2 weken na het EK begint. ‘En er zijn nog meerdere redenen te bedenken’, aldus Caldas. ‘Natuurlijk moeten we goed zijn op het EK en het WK, maar dat zijn tussenstoppen voor ons. De Spelen zijn het belangrijkst. Vanaf vandaag is het voor iedereen plus 4 jaar.’