Robbert Kemperman legt het geheim van zijn backhand uit
Robbert Kemperman heet niet voor niets ‘Mister Backhand’. Zijn backhand is zijn wapen. Een slag met de ‘wow’ factor, dankzij de snelheid en uitvoering. Behalve sensationeel is de backhand van middenvelder Kemperman vooral functioneel, een wapen om te scoren en te passen. Hier lees je hoe hem net zo kan slaan als hij.
‘Ik denk dat het pas in de D’tjes was dat die backhand echt hot werd. Daarvoor was het alleen maar de ‘hoge backhand’. Onze generatie heeft ervoor gezorgd dat de backhand echt tot leven kwam,’ geeft Robbert Kemperman geschiedenisles. ‘Ik weet nog dat die backhand na de Argentijnse forehand kwam. Die mocht je raken met de binnenkant van je stick. Die werd afgeschaft. Maar die backhand mocht wel. Dus wij experimenteerden als jonge mannetjes. Wij kwamen erachter dat het echt een lekker schot was. Wij waren daarna niet van de velden te slaan.’
Hockeyers die altijd naar hun backhand draaien
‘Bij Union was eigenlijk Joost van de Vijfeijken (nu Pinoké, red.) uit onze lichting altijd de backhandkoning. Al stond die jongen bij wijze van spreken voor open goal met zijn forehand, dan draaide hij nog naar zijn backhand,’ lacht Kemperman. ‘Zo erg had ik dat zelf niet. Maar ik merkte wel dat het voor de keeper onvoorspelbaar was waar de backhand kwam. Het was een schot dat niet iedereen kende. Ik trainde er steeds meer op en merkte dat het een wapen van me werd. Dat ben ik toen gaan perfectioneren. Dat betekende na elke training toch nog even 10 balletjes slaan vanaf de cirkelrand.’
Belangrijk: lange hoek laag
‘Ik mik vaak lange hoek laag. Toen ik dat goed kon ben ik hem ook gaan gebruiken als backhand pass. Zeker als middenvelder is hij handig.’
Stap voor stap de backhand van Kemperman
Kijk waar de ruimte ligt. Als ik doorheb dat er ruimte ligt op de forehand van de tegenstander, probeer ik de bal met de backhand te slaan.
Omdat ik hem vaak gebruik rekenen verdedigers erop en dan moet ik soms mijn schijn aanpassen. Dus dan probeer ik de tegenstander op het verkeerde been te zetten, zodat ik daarna een backhand kan slaan. (bij 20 seconden in de video).
Ik pak mijn handen dichtbij elkaar. Zo hoog mogelijk op mijn stick. Als je haast hebt of weinig tijd, kun je eventueel met verkorte grip (handen wat lager) de stick vasthouden.
In principe sla je de backhand met de rechtervoet voor. Dus die stap zetten met je rechtervoet is het begin van de backhandslag. Met linkervoet voor doe je als je op snelheid ligt. Dat is een stuk moeilijker, maar ook moeilijker om te lezen voor de keeper.
Je begint met je stick hoog en je eindigt laag. Van boven naar beneden.
Je draait je schouder in. Dat is wat bij mij bijvoorbeeld echt die snelheid geeft. Ik duik er helemaal in met mijn schouder.
Daarna komt mijn pols, waarmee ik klap.
Je maakt je hele beweging af. Net als met een golfslag.
De positie van de bal ten opzichte van je voorste voet bepaalt waar je heen slaat. Je mikt hoog door wat lager te zitten. Hoe hoger je zit hoe meer je stickblad midden op de bal komt. Hoe lager je stick, hoe meer je onder de bal komt en de bal hoog gaat. Ik oefen altijd op lange hoek laag en soms probeer ik – zoals met onze keeper bij Kampong David Harte – juist iets anders. Maar oefen vooral eerst op lange hoek laag. Dan kun je daarna variëren.
Zie ook:
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.