Een paar weken geleden ontving verzamelaar Nico Leeftink van de serie Hockeymuseum een e-mail met daarin foto’s van een hockeyattribuut dat zelfs hij nog nooit gezien had. Het was een uitloopstick die iedere sleeppush zou moeten pareren.
Het mailtje stroomde binnen na de eerste aflevering van de serie en was afkomstig van Tim Doelman, oud-ploeggenoot van Leeftink bij DKS in Enschede. Vol verbazing bestudeerde Leeftink de foto’s. Zijn hockeyverzameling, uitgestald bij hem thuis in de kelder en in twee kamers, bestaat uit zo’n 150 sticks en meer dan 400 boeken, tijdschriften en posters, 300 kaarten, 50 ballen en talloze broches, beeldjes, medailles, foto’s, speldjes en vaantjes, maar nu zag hij in zijn mailbox iets binnenkomen waarvan zelfs hij het bestaan niet wist.
Wat is nu precies het verhaal achter deze stick, die Leeftink – omdat de vorm hem aan loodgieterspijpen doet denken – de naam loodgieter-stick heeft gegeven?
Een stick voor uitlopers, waar geen sleeppush langs zou moeten kunnen
Het eerste mannenteam van Push uit Breda was mede door de sterke strafcorner in 1993 naar de Hoofdklasse gepromoveerd, niet verwonderlijk met Toon Siepman als coach en met Bram Lomans als speler en strafcornernemer. Behalve op het slepen van de strafcorner werd ook uitgebreid getraind op het verdedigen ervan.
Hierbij werden met allerlei methoden en hulpmiddelen getest. Tim Doelman, in die jaren coach van Push Heren 2 en zijn zoon Jeroen speelde in het eerste van Push, berekende het maximale bereik dat een sleeppush in die tijd richting goal kon hebben hebben op basis van het vertrekpunt van de bal tot de vier hoeken van het doel en stelde zo het raamwerk vast waar de bal doorheen gesleept werd. Met deze informatie knutselde Doelman vier weken lang samen met een bevriende TNO-ingenieur een stick voor uitlopers in elkaar, waar geen sleeppush langs zou moeten kunnen. De breedte van de stick is, volgens Doelman, net zo groot als de zijkant van een bierkrat.
Mede omdat sticks tijdens de wedstrijd (dus ook bij de strafcorner) niet meer gewisseld mogen worden, werd de stick nooit in productie gebracht, want spelen met deze uitloopstick was natuurlijk onmogelijk. Dat de stick echter is ‘uitgevonden’ en er op trainingen mee werd geëxperimenteerd, zegt veel over de getoonde creativiteit en passie. Bovendien is het mooi dat dit attribuut ruim 25 jaar na de productie ervan zelfs de grootste hockeyverzamelaar van Europa nog heeft weten te verrassen. Leeftink: ‘De loodgieterstick staat nu hoog op mijn verlanglijstje.’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.