Het was een opmerkelijk moment tijdens het duel Nijmegen – Laren. Op het moment dat een speelster van Nijmegen geblesseerd op de grond werd behandeld, riepen coach Robert-Jan Cox en zijn assistent bij Laren de speelsters aan de zijkant bij elkaar. Die renden naar de kant. Maar nog voor de assistent-coach goed en wel een streep op het instructiebord had gezet, nam Nijmegen de bal alweer uit. De speelsters van Laren sprintten daarop massaal terug naar hun plek.
Robert-Jan Cox lachen als hij wordt herinnerd aan het moment in het Hoofdklasse-duel van zondag. ‘We moeten er nu nog vol op zitten, veel coachen, om het spel goed te laten lopen. Daarom grijpen we elk moment aan om te coachen’, legt Cox uit. ‘De speelsters pikken het snel op, maar voorlopig zijn we tijdens de wedstrijd nog heel druk om ze allemaal tegelijk het juiste te laten doen. Dat is voor elk team lastig, maar dit jonge team moet op dat gebied nog veel leren.’
De rol van leermeester is Cox op het lijf geschreven. De coach houdt van opleiden, geniet ervan als speelsters stappen maken in hun ontwikkeling. Hij is geduldig, maar ook duidelijk. Bovenal straalt hij plezier en passie voor het hockey uit. Cox werkte negen jaar met succes in de jeugd van Laren. Hij was daarna actief bij Huizen en had afgelopen seizoen een sabbatical. Hij vertelde eerder aan hockey.nl dat hij eigenlijk niet terug wilde keren in het hockey. Laren triggerde hem en gaf hem een mooie uitdaging: het opleiden van het vlaggenschip bij de dames. Na jarenlang in de top van de Hoofdklasse te hebben geacteerd, moet Laren een stap terug doen. Diverse vaste krachten, aangevoerd door wereldster Naomi van As, stopten. ‘Het is niet voor niets dat Laren mij heeft aangesteld’, zegt Cox.
Robert-Jan Cox: ‘Het enige waarmee wij nu bezig moeten zijn, is beter worden’
Een paar maanden werkt hij nu intensief met de groep. Hij geniet, maar is ook kritisch. ‘Deze speelsters kunnen heel goed worden, maar daar zijn we nu nog verre van. Het heeft daarom voor ons ook helemaal geen zin om naar standen of play-offs te kijken. Het enige waarmee wij nu bezig moeten zijn, is beter worden. Natuurlijk willen we landskampioen worden – af en toe roep ik dat ook wel eens hardop op de training – maar daar moeten de speelsters niet over nadenken. Winnen mag ook geen doel op zich zijn. Als alle speelsters de dingen doen die we hebben afgesproken, komen de overwinningen vanzelf.’
Opleiden is dus de nieuwe werkelijkheid voor Laren, waar winnen en behalen van de play-offs jarenlang de belangrijkste doelen waren. ‘Ik merk dat het winnen er bij de speelsters soms nog steeds te veel in zit. Dan gaan ze in een oefenwedstrijd dingen doen die niet zijn afgesproken om toch dat doelpuntje te maken. Met winnen moet deze ploeg nog niet bezig zijn. Ik kijk vooral hoe speelsters technisch beter kunnen worden. Op technisch vlak moet het nog zoveel beter. Ik vind het prachtig dat ik daaraan met deze jonge meiden kan werken. Als zij erin slagen om individueel beter te worden, gaan wij als team ook winnen.’
Naast jonge meiden, heeft Cox ook een handvol krachten die het klappen van de zweep al wel kent, zoals keepster Joyce Sombroek, international Laurien Leurink, EK-reserve Maxime Kerstholt en strafcornerspecialist Lieke van Wijk.
Cox wil dat ook zij zichzelf niet voorbijlopen: ‘Het is niet goed als topspeelsters ineens extra gaan coachen of over het hele veld gaan rennen. Enerzijds zorgt dat ervoor dat de rest vooral naar die toppers staat te gluren. Aan de andere kant leggen zij zichzelf te veel druk op.’
Aanvaller Kerstholt, die zondag uitblonk in de met 2-3 gewonnen wedstrijd tegen Nijmegen, is daarvan een goed voorbeeld, vindt Robert-Jan Cox. ‘Max is een van de speelsters die technisch geen hulp meer nodig heeft. Tegen haar zeg ik vooral dat ze moet leren genieten. Ze moet zichzelf niet de druk opleggen dat ze moet scoren. Ook voor haar geldt dat ik vind dat ze nog beter moet worden. Maar verder hoop ik dat zij, net als de andere speelsters, vooral plezier in het hockey heeft.’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.