Fanatieke coach Van ’t Land over de nieuwe koers bij Amsterdam

Zeventig minuten lang bulderde en sleurde de nieuwe Amsterdam-coach Jan Jorn van ’t Land de manschappen verbaal langs de lijn in Almere. Het leverde de vervanger van de ontslagen Graham Reid de eerste drie punten op van 2019, maar er is nog heel veel werk te verrichten in de hoofdstad.

‘Mensen feliciteerden me met de aanstelling. Maar zo zie ik het niet’, was oud-international Van ’t Land in Almere duidelijk over zijn gevoelens over het vervangen van de Australiër Reid, die anderhalf jaar na zijn aanstelling weg moest van het bestuur. Van ’t Land weegt zijn woorden aan de ene kant heel precies af als hij over de situatie praat, om daarna toch duidelijk te zijn over de situatie in Amsterdam, waar het vlaggenschip dit seizoen zwalkend door de Hoofdklasse dobberde, waardoor er harde beslissingen werden genomen.

‘Wat er dit seizoen niet klopte? Aan de ene kant is dat ondefinieerbaar en sluipt dat in een team. Er was een onrustige samenstelling van de staf en de spelers door de Pro Leauge. Graham was veel weg met het Nederlands elftal (coach en assistent-coach bij de Oranje Heren, red.). Joost Bitterling (assistent bij Amsterdam en de Oranje Dames, red.) ook. Dat werkte gewoon niet.’

Juist vanwege deze dubbelfuncties was Van ’t Land aan het begin van het seizoen aangesteld als assistent bij Amsterdam. Toen hij officieel woensdagavond werd gevraagd om de taken van hoofdcoach op zich te nemen, moest hij naar eigen zeggen even nadenken, omdat hij met een eigen fysiotherapiepraktijk juist te druk had om zoveel bij het hockey te zijn. Dat had hij de afgelopen jaren al meegemaakt als hoofdcoach van HGC. Maar hij heeft plek in zijn agenda gemaakt, waarna mensen om hem heen de coach feliciteerden met de aanstelling.

Assistent Joost Bitterling en Jan Jorn van ’t Land druk bezig tijdens de wedstrijd tegen Almere (1-3 overwinning). Foto: Koen Suyk

‘Graham is er echt van ontdaan’

Zo wilde de fysiotherapeut het niet zien. Daarvoor was de situatie na de historische nederlaag zondag tegen nota bene zijn oude club HGC (2-8) veel te treurig. Zondagochtend had Van ’t Land nog contact met Graham. De Australiër is aan het herstellen van de klap van afgelopen week. Van ’t Land: ‘Graham is er, op z’n zachtst gezegd, echt van ontdaan. Graham was de eindbaas en hij is, in overleg, geslachtofferd door de club. Dan zie ik het niet als felicitatie als ik het overneem. Ik denk dat mensen nu beter kunnen zeggen: gefeliciteerd met de uitdaging.’

De speerpunten van zondag waren simpel en verraadden wat er onder andere aan scheelde de afgelopen weken, toen er punten werden gemorst tegen Rotterdam (2-2), Den Bosch (1-2) en HGC (2-8). Van ’t Land was er zeventig minuten verbaal mee bezig, zodat hij zeker wist dat hij zou zien wat er was afgesproken. ‘Ik wilde puur energie zien in het veld en echt goed verdedigen. Dat waren de kernpunten. Dat we elkaar positief coachten vandaag, kwam ook uit de groep zelf. Het moest positiever naar elkaar. Kijk, je kunt iemand afpissen als iemand de bal niet stopt. Of je blijft positief. Dat ik vanaf de kant veel energie lever, is wat de spelers hebben aangegeven dat ze dat prettig vinden.’

Philip van Leeuwen keepte zondag in plaats van eerste keeper Jan de Wijkerslooth. Per week wordt gekeken wie er keept. Foto: Koen Suyk

‘We zijn nu druk bezig om van onderaf weer op te bouwen’

Reid sprak altijd over de cultuur in Amsterdam, die in zijn ogen op de schop moest. Van ’t Land kijkt huiverig als hij praat over de cultuur binnen het team. ‘Op dit moment is er geen cultuur. Die zijn we aan het bouwen. Het is een blanco vel waarmee we werken.’ Het zijn woorden die je ook kunt interpreteren alsof hij over een ruïne praat die vanaf de fundering moet worden opgebouwd.

Wat in zekere zin zo is, want aan het einde van het interview zegt hij dat ook juist zijn rol moet zijn om talenten eindelijk weer door te laten stromen binnen de club. ‘Spelers in Nederlands B of A hebben we nu niet. Terwijl ik vroeger bij SCHC met negen man in de Nederlandse jeugd hockeyde. Dan komen andere spelers ook makkelijk naar je toe. Sinds de winter trainen die talenten uit de B en de A structureel met ons mee. We zijn nu druk bezig om alles van onderaf weer op te bouwen.’

Dat Van ’t Land niet te beroerd is om andere keuzes te maken, bleek met het passeren van keeper Jan de Wijkerslooth. Hoewel hij daar heel omzichtig formuleerde, alsof hij bezig was aan een verbale slalom, te onnavolgbaar om helemaal te begrijpen. ‘Passeren is een groot woord. We hebben aan Jan gevraagd of hij zich deze week wilde resetten. Vandaag hadden we voor Philip gekozen. Maar we hebben twee gelijkwaardige keepers. Als het goed is, keept Jan volgende week. We bekijken het van week tot week.’

Duidelijk is dat iedereen zich opnieuw moet bewijzen: ‘We kijken elke week op de training en dan beslissen we over de spelers. Als spelers niet mee teruglopen na een aanval, spelen ze niet. Als je niet doet wat er gevraagd wordt, lig je eraf.’