Hoe Bloemendaal negen jaar druk en een matige zaterdag trotseerde

Negen jaar geen landstitel, twee jaar als favoriet te snel uitgeschakeld in de play-offs, en een beroerde thuiswedstrijd zaterdag in de finale tegen Kampong. Bloemendaal trotseerde zondag alle stormen, hervond zichzelf en loste zondag eindelijk de eigen puzzel op. 

De toeter ging om aan te geven dat de wedstrijd echt was afgelopen. Aanvoerder Glenn Schuurman (28) keek om zich heen en kon het niet geloven. Negen jaar ballast was in één keer van zijn schouder af. Landskampioen. In 2010 was hij bij de laatste landstitel een talentje, dat meeliftte op de golven van hockeygiganten als Teun de Nooijer en Jamie Dwyer. Nu, negen jaar later, is hij zelf de kapitein van het Bloemendaal-schip, dat de afgelopen jaren wel diverse upgrades had gekregen en flink was opgepoetst, maar toch behoorlijk kon zwalken als het begon te stormen.

‘Hebben we die titel nu eindelijk te pakken? Ik kan het nog steeds niet beseffen. Dat dacht ik toen de toeter ging’, zei Schuurman, die zich kort na die toeter in een omhelzing terugvond met zijn teamgenoten. Ze werden vergezeld door honderden kinderen, kleine Musjes die later ook ooit landskampioen willen worden.

De Bloemendalers met alle kinderen om zich heen. Foto: Koen Suyk

Jarenlang moest Bloemendaal zien hoe de concurrentie de titel greep

Zoals Kampong al eerder liet zien, is de weg naar een eerste landstitel sinds lange tijd ontzettend hobbelig. De Utrechtse club grossierde lang in playoff-plaatsen, maar was lang die net-niet club. Bloemendaal had de selectie opgetuigd en elke keer maakten de Mussen in de competitie de indruk de troon te bestijgen. In 2017 was het Kampong dat op ’t Kopje met twee uitoverwinningen gaten in het zelfvertrouwen van het Bloemendaalse schip schoot. Een jaar later was het een assertief Amsterdam dat wederom twee keer op Bloemendaal won, waardoor de halve finale weer het struikelblok was.

Het waren keiharde lessen die de Mussen konden gebruiken, toen ze zich zaterdag weer geconfronteerd zagen met hun eigen tekortkomingen en Kampong zich langs een apathisch en angstig Bloemendaal vocht. Het moet de druk voor het team van coach Michel van den Heuvel alleen maar hebben opgevoerd voor zondag. Schuurman: ‘Die ervaring met Amsterdam, gaf hetzelfde gevoel als wat ons zaterdag gebeurde. Die bagage hebben we meegenomen. We wisten: we moeten naar voren. Dat is de les: dat we niet naar achteren moesten leunen. Het DNA van Bloemendaal is ook vooruit en dat werkte in deze wedstrijd.’

Heel Bloemendaal snakte naar een kampioenschap, moesten ze zelf toegeven. ‘Mensen vroegen me, waarom we al negen jaar geen kampioen zijn. Misschien waren we de afgelopen jaren wel favoriet en zijn we tekort geschoten. Maar dit seizoen hebben we laten zien wat we waard zijn. Qua weerbaarheid waren we nu fantastisch, met een heel divers en uitgebalanceerd team.’

Jorrit Croon rent weg na de 1-0. Foto: Koen Suyk

Een Instagram-goal van Croon

Een van de essentiële spelers in de finale was talent Jorrit Croon. Hij scoorde woensdagavond een waanzinnige Instagram-goal, die uiteindelijk goud waard bleek en nog tienduizenden keren werd bekeken de dagen na die eerste finalewedstrijd. Nog nooit zag de hockeywereld iemand in een finale zo succesvol jongleren met een bal. Zondag scoorde het talent een moeilijke tip-in, een strafcornervariant van Jasper Brinkman. Het was niet zo makkelijk, Croon liet na de wedstrijd zijn hand zien die helemaal was opgezet. ‘Ik kon nauwelijks juichen, zoveel pijn deed het.’

Pijn lijden heeft Croon dit seizoen fysiek en mentaal wel geleerd. Zijn wederopstanding dit jaar was ook essentieel in de race naar het kampioenschap. De jongste hockey olympiër ooit viel even hard van zijn wolk, toen hij in eerste instantie was gepasseerd voor het WK hockey in India. Door een blessure van Floris Wortelboer ging hij alsnog mee, maar de status van Croon was veranderd. Zijn progressie was gestagneerd, zoveel werd duidelijk. De tweede seizoenshelft met Bloemendaal groeide hij langzaam naar de vorm, waarmee hij al in zijn eerste jaar een essentiële schakel kon zijn op het middenveld.

‘Toen ik niet geselecteerd werd voor het WK, heeft dat echt wat met mij gedaan. Bloemendaal heeft het me wel makkelijk gemaakt, zodat ik het om heb kunnen zetten. Want het lijkt altijd makkelijk, iedereen praat over Jorrit Croon, dit en dat. Maar het is hartstikke moeilijk om altijd goed te zijn en te blijven’, reageerde een kalme en tevreden Croon, die zijn debuutseizoen meteen bekroonde met een hoofdrol in de jacht op de landstitel. ‘Het geheim? Ik heb heel veel met Joof (Verhees, manager Oranje, red.) gepraat. Hij is een wijs man en hij heeft me veel bijgebracht. Hij heeft me geleerd dat het erom ging wat ik zelf met het afvallen deed. Niet om wat anderen vinden. Dat ik zelf een tandje erbij moest doen. Dat heb ik gedaan. Het maakt me extra blij dat we nu die titel hebben gepakt.’

De ultieme ontlading bij Florian Fuchs. Foto: Koen Suyk

‘Ik ben zo trots om deel uit te maken van dit team’

De Duitse spits Florian Fuchs zag dat zijn teamgenoten de afgelopen wedstrijden vooral vaak tegen de sterke Ierse keeper David Harte hadden geslagen. Vandaar dat hij uit intuïtie misschien schitterend de bal over de keeper werkte. De 2-0 bleek nu doorslaggevend. In de halve finale was hij tegen Amsterdam ook al essentieel met een doelpunt en de laatste shoot-out. De meeste kinderen stonden bij hem, ze wilden zijn aandacht.

In zijn derde seizoen is hij uitgegroeid tot een echte Bloemendaler. Niet zomaar een buitenlandse versterking, maar een echte Mus, in een hecht team. Zoals meerdere buitenlandse spelers voor hem op ’t Kopje echt lang bleven en bij de club gingen horen. Het is een deel van het geheim van deze landstitel. Emotioneel zei hij, in perfect Nederlands: ‘Ik ben zo trots om deel uit te maken van dit team. Dat is echt heel bijzonder. Elk moment hebben we vandaag als één team op het veld gestaan. Dat heb je niet vaak als speler.’


2 Reacties

  1. j11

    Wij zijn muschenn wij zijn de beste

  2. Freekie

    Mooi, hoe er met zo'n underdog taal zo'n poging wordt gedaan om dit heroïsch te maken. Had Bloemendaal niet een van de grootste budgetten van de hoofdklasse? Hadden zij niet iets van een jaar lang niet verloren? Waren zij niet toevallig EHL kampioen? Maar oh wat een underdog verhaal


Wat vind jij? Praat mee...