In een reprise van de finale om de landstitel liet landskampioen en koploper Kampong zien dat het minimaal zo sterk is als afgelopen seizoen. Bij een gefrustreerd en tegenvallend Rotterdam moesten de manschappen meteen na de 3-2 nederlaag op bevel naar binnen, om elkaar tussen vier muren even de waarheid te vertellen.
De hockeysticks vlogen nog net niet door de lucht na de wedstrijd, maar Rotterdam was boos na de nederlaag. Boos op zichzelf. Boos op de scheidsrechters. Het team beende na het fluitsignaal linea recta naar een ruimte waar er privacy was en krachttermen worden geabsorbeerd door muren. Het team dat vorige week HGC nog met 8-3 van de mat veegde, solliciteerde in de eerste helft naar een hele grote achterstand.
Het verliezende recept: balverlies op balverlies, waar Kampong met plezier van profiteerde via goals van Ties Ceulemans en een pareltje van Philip Meulenbroek, die na een heerlijke pass door de as van international Robbert Kemperman met een fijne stickbeweging de 2-0 maakte. Rotterdam leek in z’n geheel niet op de geoliede machine van vorig seizoen, die in de finale om de landstitel twee keer gelijk speelde tegen Kampong en twee keer de shoot-outs verloor.
‘We zijn in de eerste helft niet wie we zijn. Daarom waren we zo boos’, zei coach Albert Kees Manenschijn na afloop. Meteen na de wedstrijd konden de spelers van Rotterdam niet praten – behalve de nederlaag waren ze ook geïrriteerd door zichzelf en door de scheidsrechters, waarover later meer – en ze moesten van Manenschijn direct naar binnen. Waarom? ‘We moesten elkaar de waarheid kunnen zeggen. Met als voorwaarde, dat het publiek er niet een paar meter achter stond. Dus als iemand uit z’n dak wilde gaan, dan moest dat kunnen. We waren de eerste helft zo matig. Het was een wonder dat we in de tweede helft nog in de wedstrijd komen.’
En, wat gebeurde er tussen die vier muren in de kelders van het clubhuis van Kampong? ‘Dat gaat je niets aan’, zei de coach veelzeggend. Iedereen mag daar zijn eigen invulling aan geven.
Bij Rotterdam missen ze de verbinder Adam Dixon
Waar Rotterdam vorig seizoen met wat nieuwe spelers vrij snel een hecht collectief leek, loopt het dit seizoen moeizamer. De cijfers liegen niet. Vorig seizoen verloor het team in het hele seizoen drie wedstrijden. Nu heeft de club uit de havenstad in negen wedstrijden al vier keer verloren. Een van de spelers die als lijm fungeerde tussen de linies en zorgde dat het team bij elkaar bleef, was volgens de Rotterdammers de Britse international Adam Dixon. Maar die is samen met Harry Martin en Alastair Bogdon weer terug in Engeland.
De Spanjaard Albert Beltran en Engelsman Nick Catlin moeten een lacune opvullen, maar dat blijkt nog niet zo makkelijk. Die conclusie bevestigt Manenschijn. ‘Dixon was een enorm verbindende speler voor ons. We kregen er wel een andere wereldtopper voor terug in de vorm van Catlin, maar dat is een ander type. We zijn nog niet helemaal het team van vorig jaar. We zijn nog zoekende.’ Toch concludeert Manenschijn: ‘We krijgen het nog op de rit. Honderd procent.’
Waar Rotterdam nog zoekt, heeft Kampong zichzelf al lang en breed gevonden. Ze genieten van hun status als landskampioen, zijn ook spelers kwijtgeraakt, maar de belangrijkste pionnen zijn gebleven. Twee weken geleden werd er voor het eerst op het nieuwe veld gespeeld. Deze keer volgde de officiële opening van de nieuwe kunstgrasmat die ‘De Klapperboom’ is gedoopt. Aanvaller Constantijn Jonker kon na een hamstringblessure weer wat minuten maken. Keeper David Harte was weer beslissend. Op een 2-1 voorsprong verrichtte hij met zijn klomp een cruciale redding op een sleeppush van Seve van Ass. Ook Sander de Wijn toonde zich weer in volle glorie, de international, die in ieder geval tot en met de Champions Trophy in Breda volgend jaar geen international meer is omdat hij eerst zijn studie wil afronden.
Bij Kampong zullen ze er niet per se rouwig om zijn. Zijn ster fonkelde weer als nooit tevoren. Elk persoonlijk duel werd gewonnen door de multifunctionele hockeyer die dit seizoen de aanvoerdersband mocht omdoen, nadat Quirijn Caspers die jarenlang had gedragen. International Van Ass probeerde hem op de middenlijn te passeren, maar de man met de uitschuifarmen liet zich niet foppen. De Wijn pakte de bal daarna kinderlijk eenvoudig af van Catlin en passeerde hem daarna of hij er niet stond. De Rotterdammers waren zo gefrustreerd met de suprematie van De Wijn, dat ze overtredingen op de vrije verdediger begonnen te maken. Jochem Bakker kreeg een groene kaart na een overtreding op De Wijn. Sjoerd Gerretsen kreeg voor hetzelfde vergrijp in het vierde kwart een gele kaart.
Hechtisch laatste kwart in Utrecht
Rotterdam had zich na het matige begin onderhand herpakt en zorgde in een matte topper voor een vurig laatste kwart, waarin zoveel gebeurde, dat er minimaal tot volgende week zondag over kan worden nagepraat.
Bij een 3-1 achterstand liep Jeroen Hertzberger – tot zondag de topscorer van de Hoofdklasse – de cirkel in en forceerde een strafcorner. Ondertussen had hij al wel met de backhand geschoten. Scheidsrechter Jonas van ’t Hek floot eerst voor een strafcorner, maar toen hij zag dat de backhand van Hertzberger in het goal vloog, floot hij voor een doelpunt.
Dit leidde uiteraard tot protesten van Kampong, waarna Van ’t Hek besloot om Rotterdam een strafbal te geven, iets waar ze bij Rotterdam weer niet blij mee waren. Manenschijn: ‘Het was een grote chaos. Dit ging veel te ver. Hij had al gefloten voor een overtreding, dan kon Jeroen nooit een goal maken. Daarna gaat de scheidsrechter marchanderen. Dan maak je jezelf belachelijk, als je dan een strafbal geeft. Dat kon helemaal niet, want het was een overtreding buiten de cirkel. Daarna was de arbitrage het helemaal kwijt.’
Hertzberger ging achter de strafbal staan. Hij pushte hard richting de linkerhoek, maar Harte redde met een snoekduik. Even later volgden er nog drie strafcorners op rij voor Rotterdam. Twee keer pushte Hertzberger op uitloper De Wijn. De derde keer passeerde hij dan eindelijk Harte met alweer zijn elfde doelpunt van het seizoen. 3-2. Maar een paar seconden later was de wedstrijd alweer voorbij.
De nederlaag zorgt ervoor dat Rotterdam naar de zesde plaats zakt op de ranglijst. Het was logisch dat Rotterdam geïrriteerd was over de chaotische slotfase. Daar kunnen ze uitgebreid met elkaar op terugkijken. Maar dan moeten ze ook terugkijken naar de eerste helft, die voor Rotterdamse begrippen alles ontbeerde waar het team en de stad Rotterdam voor staat: mouwen opstropen. Hard werken. Niet lullen, maar poetsen.
Kampong – Rotterdam 3-2 (2-0)
‘1 Ties Ceulemans 1-0 (sc)
’20 Philip Meulenbroek 2-0
’44 Milan van Baal 2-1
’63 Boet Phijffer 3-1
’69 Jeroen Hertzberger 3-2 (sc)
1 Reactie
vruskie91
De arbitrage was om te huilen. Inconsequent en overtredingen zien die er niet waren.