Bondscoach Van Ass leert het vrouwenhockey steeds beter kennen

Zijn debuutinterland als bondscoach van het Nederlands elftal komende zondag tegen Ierland is voor Paul van Ass een nieuw vertrekpunt in zijn ontdekkingsreis met Oranje. Na een voorzichtige kennismaking drukt hij stap voor stap steeds meer zijn stempel op het team.

De 62-jarige Van Ass schiet in het clubhuis van Schaerweijde in de lach wanneer hij terugdenkt aan zijn eerste training die hij samen met zijn assistent Thomas Tichelman gaf aan de Oranje Dames, zo’n anderhalve maand geleden. Omdat hij als coach van HGC en oud-bondscoach van de Oranje Heren afkomstig was uit het mannenhockey, kende hij veel internationals niet eens bij naam. ‘Dat moet voor die meiden heel gek zijn geweest’, concludeert hij. ‘Ben je net wereldkampioen geworden, krijg je te maken met een coach die niet eens weet hoe je eruit ziet.’

Sinds die bewuste dag begin oktober is er veel veranderd. Op de eerste plaats bij de bondscoach zelf. Niet alleen weet hij nu van iedereen uit zijn 25-koppige trainingsgroep welke naam bij welk gezicht hoort. Ook raakte hij bekender met het enorme potentieel dat de Hoofdklasse Dames te bieden heeft, doordat hij de afgelopen periode wekelijks een wedstrijd bezocht en naar de beelden van Viaplay keek. Zo breidde hij zijn trainingsgroep uit met Marijn Veen (Amsterdam), Pien Dicke (SCHC), Rosa Fernig (Den Bosch) en Luna Fokke (Kampong). ‘Ik heb me bijvoorbeeld echt verdiept in wie tot de volgende lichting talenten behoren. Het overzicht van de Hoofdklasse Dames raakt voor mij inmiddels steeds completer. Als bondscoach kan ik de vraag verwachten waarom een bepaalde speelster niet bij de trainingsgroep zit, daar moet ik dan wel antwoord op kunnen geven.’

Bondscoach Paul van Ass met zijn assistent Thomas Tichelman. Foto: Koen Suyk

Prestatieklimaat onder Annan

Parallel aan zijn toegenomen kennis over het vrouwenhockey is ook de gemoedstoestand van de internationals veranderd. Aan het begin van zijn klus signaleerde Van Ass bij opvallend veel speelsters een emotie die hij omschrijft als hockeymoe. Het vertrek van Alyson Annan, het tumult waarmee dat gepaard ging en de talloze gesprekken die vervolgens met elkaar en met de nieuwe staf onder leiding van Jamilon Mülders werden gevoerd om als groep niet uit elkaar te vallen, zijn in combinatie met de druk van het spelen van een wereldkampioenschap een aanslag op hun mentale gesteldheid geweest.

Over het heersende prestatieklimaat van de afgelopen jaren, dat door een meerderheid van de speelsters als negatief werd ervaren, liet Van Ass zich bijpraten door het bestuur van de KNHB. Het begin dit jaar verschenen rapport heeft hij niet gelezen, omdat het is geanonimiseerd. Internationals die vonden dat er in het verleden dingen zijn gebeurd waarvan hij moet weten, konden een afspraak voor een bakkie koffie met hem maken. ‘Ongeveer vijf, zes speelsters hebben dat gedaan’, stelt hij. ‘Zodoende weet ik wat ik moet weten. Vaak hoefde ik er verder niets mee te doen. Alleen het gesprek voeren en luisteren was al genoeg.’

Maar ook dat is allemaal al verleden tijd, benadrukt Van Ass. Na anderhalve maand is het team in de volgende fase beland. ‘Jouw vraag luidde hoe ik de meiden aantrof, maar daar moest ik eigenlijk alweer diep over nadenken, zo lang geleden lijkt het. Dat is een goed teken. We hebben die fase achter ons gelaten. We kijken nu naar de toekomst.’

Paul van Ass tijdens een training met het Nederlands elftal. Foto: Koen Suyk

Na Ierland-thuis volgt de trip naar Argentinië

Die toekomst brengt het Nederlands elftal deze week de eerste interland sinds de gewonnen WK-finale tegen Argentinië. Vrijdag op het veld van SCHC in Bilthoven is Ierland de tegenstander, de nummer dertien van de wereld. Moeilijke keuzes zoals wie zijn vaste aanvoerder wordt, hoeven we nog niet van hem te verwachten, zegt Van Ass. Daarvoor is het nu nog te vroeg.

Wat dat betreft komt zijn eerste meerdaagse trip met Oranje op een ideaal moment. Volgende week vertrekt Van Ass met zijn speelsters voor twintig dagen naar Argentinië. Op sociaal vlak krijgt hij de kans om de internationals beter te leren kennen en een diepere band met hen op te bouwen. Op sportief vlak is de trip minstens net zo waardevol. Behalve twee oefenwedstrijden tegen de Verenigde Staten speelt Nederland vier Pro League-duels, twee tegen Engeland en twee tegen aartsrivaal Argentinië.

‘Van alle speelsters met wie we de afgelopen weken hebben getraind, heb ik inmiddels wel gezien hoe goed ze een bal kunnen stoppen en slaan’, zegt Van Ass. ‘Tijdens de trip ga ik weer andere vaardigheden van ze zien. Dingen die met hun karakter te maken hebben. Wie geeft er onder druk extra gas en wie wordt er dan stil? Wie vecht en wie vlucht? Dat zijn dingen die je niet op een gewone dinsdagmiddag ziet, maar alleen tijdens wedstrijden. Het wordt een interessante reis om mee te maken, één die me veel nieuwe en interessante informatie gaat opleveren.’

Samen met manager Wietske de Ruiter. Foto: Koen Suyk

 

Het is misschien gevaarlijk wat ik nu zeg, maar ik heb het gevoel dat het een enorm spektakel kan worden als ik deze meiden nóg meer in hun kracht krijg Paul van Ass

Praten met Van Ass over hockey heeft een aanstekelijk effect. Hij is ambassadeur van aanvallend hockey. Als hij praat over hoe hij het Nederlands elftal wil laten hockeyen, prikkelt hij je verwachtingen. Veel meer dan dat hij bezig is met het winnen van goud in plaats van zilver, wil hij iets presteren voor de eeuwigheid. Hij wil mensen betoveren. Van Ass werpt een blik op het grote scherm in het clubhuis en begint over de sprookjesachtige overwinning op het WK voetbal van Japan op topland Duitsland. ‘Daar hebben die gasten van Japan het over vijftig jaar nog over.’

Het verliezen van de olympische finale tegen Duitsland als bondscoach van de Oranje Heren in 2012 in Londen doet hem nog altijd pijn, maar door de legendarische 9-2 winst in de halve finale tegen Groot-Brittannië verschafte zijn elftal zichzelf een plekje in het collectieve hockeygeheugen. Hij heeft iets nagelaten dat hockeyliefhebbers die het gezien hebben, zich hun leven lang zullen herinneren.

Die ambitie heeft hij ook met de vrouwen. Het werken met de beste speelsters van de wereld laat hem dromen van een volgende galavoorstelling. ‘Het is misschien gevaarlijk wat ik nu zeg, maar ik heb het gevoel dat het een enorm spektakel kan worden als ik deze meiden nóg meer in hun kracht krijg. Ja, dan gaat het dak er echt af.’


Wat vind jij? Praat mee...