Bondscoach Tigges over het EK: ‘We willen met een medaille naar huis’

Robert Tigges was als speler actief op zes EK’s in de zaal, maar in de rol van bondscoach staat hij aan de vooravond van zijn eerste Europese kampioenschap. Met de Oranje Heren Zaal strijdt hij van 8 tot en met 11 december in Hamburg om de Europese titel.

De EK-selectie is maandag bekendgemaakt. Was het een lastige puzzel om de selectie samen te stellen?
Robert Tigges: ‘Ja en nee. Ik heb de groep waarmee Marieke (Dijkstra, de vorige bondscoach, red.) was geëindigd opgeroepen en daar jonge jongens aan toegevoegd. Een aantal spelers (Daan Dekker, Timo Goor, Silas Lageman en Teun Rohof, red.) kon uiteindelijk niet mee in het traject vanwege een blessure, werk of studie. Uiteindelijk hadden we met vijftien, zestien spelers en vier keepers een goede groep. Een groep ook die ik niet te snel wilde verkleinen. Praktisch gezien hadden we genoeg spelers nodig om een partij te spelen. Bovendien wilde ik voor de trips naar Duitsland en België bepaalde keuzes maken en spelers in wedstrijdsituaties zien. Casper van Loon haakte vervolgens af met een blessure na een botsing op de training vlak voor we naar Duitsland gingen en Niek Merkus brak afgelopen zaterdag in België zijn hand. Ik was er opeens twee kwijt in een groep van vijftien. Dat gaat dan wel snel. Al met al was het nog wel een puzzel om tot de EK-selectie te komen.’

Waarom heb je Teun Rohof alsnog als reserve aangewezen?
‘Niek Merkus is een ervaren speler, die achterin zijn mannetje stond. Zaalhockey is toch een spelletje van ervaring en die ervaring heb ik nodig. Daarom heb ik Teun Rohof erbij gehaald. Hij kon niet aanhaken in het EK-traject, maar hij heeft wel een aantal keer met de groep meegetraind.’

Niek Merkus viel af voor de definitieve EK-selectie vanwege een handkwetsuur. Foto: Willem Vernes

Hoe zou je de ploeg willen omschrijven?
‘Het is een interessante groep. Een mix van jongens met de ervaring van internationale toernooien, spelers die al langer in het zaaltraject zitten en jongens die nog geen ervaring hebben. Het is zaak om constant en stabiel te worden als ploeg. Hierdoor is het nog onvoorspelbaar. De ondergrens moeten we omhoog zien te krijgen. Het is een leergierige groep, waarin de nieuwelingen zich snel hebben aangepast.’

Hoe staat de ploeg ervoor?
‘We hebben een goede voorbereiding gedraaid. We hebben tegen Bundesligateams, Tsjechië, Zwitserland en België gespeeld, dus tegen verschillende stijlen. De Tsjechen bijvoorbeeld stonden als één blok in de eigen cirkel. Dat zijn mooie leermomenten. Al met al denk ik dat we er goed op staan.’

De Oranje Heren Zaal startten hun voorbereiding op 15 november in Topsportcentrum Almere. Foto: Willem Vernes

Hoe zien de laatste dagen eruit op weg naar de eerste wedstrijd?
‘We zijn dinsdag naar Hamburg afgereisd en hebben daar ’s avonds rustig getraind. Een beetje loslopen en een paar ballen op doel schieten. Woensdag staat een training gepland en spelen we twee keer tien minuten tegen Oostenrijk. En een dag later gaat het toernooi beginnen.’

Hebben jullie een doelstelling geformuleerd?
‘Met de kennis van nu willen we met een medaille naar huis. Het zal een hard gevecht worden. Een pittig toernooi waar we vier dagen op de juiste momenten moeten pieken.’

Wie is in jouw ogen de favoriet voor de titel?
‘Een echte favoriet valt niet aan te wijzen, hoewel Duitsland en Oostenrijk de laatste jaren wat meer toonaangevend zijn geweest. Het is lastig in te schatten hoe lang de ploegen zich hebben kunnen voorbereiden en hoe ingespeeld ze zijn op elkaar. De vorm van de dag gaat bepalend zijn.’