Tim Swaen: ‘Ik hield overal rekening mee, ook met dit’

Zijn sleeppush gaf verdediger Tim Swaen (31) een voorsprong op zijn concurrenten in het Nederlands elftal. Hij leek de ideale bliksemafleider voor eerste cornerman Jip Janssen. Toch bleek het niet genoeg voor een plek in de WK-selectie.

De hardste klap kwam woensdagmiddag, toen de verdediger van Bloemendaal het slechte nieuws hoorde. Hij is samen met verdediger Joep de Mol en aanvaller Jelle Galema de opvallendste afwezige in de selectie voor het WK in India. Swaen is bovendien ook geen reserve. Hij mag zelfs niet mee naar Argentinië, waar Nederland in december met een extra grote selectie vier Pro League-wedstrijden speelt. Zodoende veegde het mailtje van Jeroen Delmée in één klap zijn agenda voor de complete winter leeg.

De toelichting op de beslissing volgde vrijdag, in een gesprek met de bondscoach. ‘Jip [Janssen] is natuurlijk de eerste cornerman. Ik had echter verwacht dat Jeroen meerdere opties op de corner mee naar India zou nemen, waardoor ik verwachtte een grote kans te maken’, vertelt Swaen. ‘Mijn corner is mijn unique selling point, zoals Jeroen dat noemt. Dat andere jongens van Oranje hockeyend gezien beter zijn op bepaalde gebieden, dat snap ik. Dat vind ik zelf ook. Alleen had ik wel verwacht dat mijn totaalplaatje, door het hebben van een strafcorner, hoger zou worden ingeschat. Maar dat is helaas niet het geval.’

Hij vervolgt: ‘De bondscoach heeft een andere keuze gemaakt. Niet zozeer op basis van dat ik niet goed genoeg zou zijn, maar meer op basis van de teamsamenstelling. Zonder er te veel over uit te weiden kan ik zeggen dat zijn keuze voor andere jongens is gebaseerd op hoe hij tactisch wil spelen. Daardoor val ik buiten de boot. Maar ook op speltechnische basis. Wat ik aan de bal kan, wat ik verdedigend doe. Op basis daarvan kiest Jeroen voor andere spelers. Ik heb de afgelopen weken niet een minder niveau gehaald dan normaal, dus ik kan mezelf niks verwijten. Ik heb er alles aan gedaan.’

Tim Swaen maant het Pinoké-publiek tot stilte na zijn treffer voor Bloemendaal in de eerste finalewedstrijd om de landstitel vorig seizoen. Foto: Koen Suyk

Ik ben op late leeftijd bij Oranje gekomen, dus ik ging er nooit blind van uit dat ik wel even het WK zou halen

Achter eerste keus Janssen heeft Swaen de afgelopen seizoenen een goede reputatie opgebouwd. Hij is de eerste cornernemer van regerend landskampioen Bloemendaal. In het seizoen 2019/2020 won hij aan status met het winnen van het topscorersklassement. Afgelopen seizoen maakte hij dertien doelpunten, waarmee hij opnieuw een belangrijke bijdrage had in het winnen van de landstitel, de derde op rij. Tijdens de eerste competitiehelft van dit seizoen is Swaen met vijf goals iets minder op dreef, al blijft zijn strafcorner natuurlijk een machtig wapen voor de Mussen.

Zichzelf rijk rekenen heeft hij nooit gedaan, benadrukt Swaen. Daarvoor is hij van te ver gekomen. Dat hij pas een jaar geleden zijn debuut in het Nederlands elftal maakte, als dertigjarige, zorgde ervoor dat hij zijn interlandloopbaan nooit voor lief nam. Altijd was er een stemmetje in zijn hoofd dat tegen hem zei dat hij moest genieten van elke dag.

‘Ik maakte natuurlijk een inschatting van mijn kansen, op basis van wat ik aan het veldspel van Oranje kan toevoegen. Behalve een corner beschik ik bijvoorbeeld over een hoge bal. Zodoende achtte ik de kans groot dat ik er bij zou zitten. Maar ik zit pas ruim een jaar bij de groep. Ik ben op late leeftijd bij Oranje gekomen, dus ik ging er nooit blind van uit dat ik wel even het WK zou halen. Ik hield overal rekening mee, ook met dit.’

Tim Swaen in het shirt van het Nederlands elftal. Foto: WorldSportPics/Frank Uijlenbroek

Het overlijden van mijn vader relativeert natuurlijk alles

Afvallen voor het wereldkampioenschap deed pijn, maar was niet het zwaarste wat hij dit jaar moest doorstaan. Deze zomer kwam de wereld van de verdediger van Bloemendaal stil te staan met het heftige nieuws dat zijn vader was overleden. ‘Ik heb een moeilijke tijd achter de rug. Het heeft mij heel veel kracht gekost om überhaupt op het hockeyveld te staan. Dat doet het trouwens nog steeds. Ik heb alles gedaan wat ik kon om de selectie te halen, maar dat is niet gelukt. Daar baal ik enorm van, maar het overlijden van mijn vader relativeert natuurlijk alles.’

Swaen geniet van zijn tweede hockeyjeugd, maar beslist pas na het wereldkampioenschap of hij zich opwerpt voor het EK in Duitsland (18-27 augustus). ‘Na de winter ga ik opnieuw met Jeroen in gesprek. Om te horen hoe het WK hem is bevallen en welke plannen hij met mij heeft. Op basis daarvan beslis ik of ik het de moeite waard vind om mijn hele leven in het teken van hockey te blijven stellen. Jeroen maakt nu keuzes op basis van hoe hij met Oranje wil spelen en daar pas ik op dit moment niet in. Wanneer Nederland goed presteert op het WK, komt daar misschien geen verandering in. Dat zal mijn kansen op het spelen van een eindtoernooi in dat geval niet vergroten. Maar zover is het nog lang niet. Laten we eerst de winter afwachten.’