Hoofdklasseclubs duiken zaal in door ‘irritante’ vorstbreak

Veel teams uit de Hoofdklasse Dames en Tulp Hoofdklasse Heren duiken de zaal in nu ze vanwege de sneeuw en de vorst voorlopig niet buiten kunnen hockeyen. Ze maken gebruik van de topsportstatus om binnen te mogen trainen.

De heren van Rotterdam maken dankbaar gebruik van de splinternieuwe Rotterdome, de blaashal die sinds dit seizoen op de velden van de club staat en zondag nog bijna werd bedolven onder de sneeuw. Coach Albert Kees Manenschijn houdt begin deze week al de eerste training met zijn selectie. ‘Wij hebben dit voor de zekerheid getoetst bij de Veiligheidsregio en die heeft ons officieel toestemming gegeven’, vertelt Manenschijn.

Bij Almere werden de zaalplannen zelfs pas gesmeed na een tip van de gemeente, erkent coach Bart van der Wolf. ‘Wij hadden contact in verband met de velden toen ze ons erop wezen dat we vanwege de topsportstatus ook in de zaal mogen hockeyen. We hebben meteen de Topsporthal voor drie dagen in de week gehuurd.’

Diverse clubs onderzochten tijdens de hockeylockdown in het najaar de mogelijkheden van zaalhockey, maar kregen nul op het rekest omdat binnensporten in verband met de coronamaatregelen niet was toegestaan. Dat is veranderd sinds de spelers in de Hoofdklasse vanaf 17 december de topsportstatus hebben. Ze mochten de groepstraining hervatten en vanaf 31 januari werd de competitie hervat.

Albert Kees Manenschijn. Foto: Willem Vernes

Lekker met bal en stick

Aan het hernieuwde hockeyplezier kwam zondag abrupt een einde na voor veel teams twee en voor enkele ploegen slechts een wedstrijd. ‘Deze nieuwe break is irritant’, zo verwoordt Manenschijn het gevoel onder veel coaches. Ze wijzen allemaal naar de benodigde flexibiliteit, die ze inmiddels al bijna een jaar aan de dag moeten leggen. Bij de eerste lockdown zochten de oefenmeesters massaal hun toevlucht in de online thuis- en krachttrainingen.

Uit een rondgang langs de clubs blijkt dat sommige coaches die schema’s weer tevoorschijn hebben gehaald. Van der Wolf is blij dat zijn team de zaal in kan: ‘Voor de spelers is het prettig dat ze iets anders kunnen doen. Ze zien ons alweer aankomen met die schema’s. Natuurlijk hebben ze ook een krachtprogramma, maar ik ben blij dat we in ieder geval lekker met bal en stick aan de slag kunnen.’

Normaal ben ik na het zaalseizoen een week bezig om het verdedigen met de handschoen op de grond er weer uit te krijgen. Dat wil ik nu voorkomen.’ Ivar Knotschke, coach hdm

De coach van de nummer laatst in de Tulp Hoofdklasse Heren speelde even met het idee om veldhockey te spelen in de zaal. ‘Maar toen keken een paar fanatieke zaalhockeyers in onze ploeg ons boos aan. Ze zeiden: nu is ons het zaalseizoen al ontnomen en wil je met veldregels gaan spelen! Wij gaan dus echt zaalhockeyen.’

Dat doet Manenschijn ook: ‘Ik denk dat het ook niet zo wordt gewaardeerd als wij op onze nieuwe vloer gaan slaan.’

hdm-spelers Julia Remmerswaal en Anke Sanders. Foto: Willem Vernes

Ivar Knötschke, coach van de dames van hdm, gaat in de eigen hal van de Haagse hoofdklasser juist wel veldhockey spelen. ‘De balken blijven aan de kant. Ik wil dat we zoveel mogelijk in het hockeyritme blijven. Een zaalstick en zaalbal zijn lichter. Als je daar een tijd mee speelt, moet je weer aan een veldstick wennen. Dat geldt ook voor het verdedigen in een blok. Normaal ben ik na het zaalseizoen een week bezig om het verdedigen met de handschoen op de grond er weer uit te krijgen. Dat wil ik nu voorkomen.’

Knötschke trainde maandag al met een kleine groep in de zaal en gaat woensdag en donderdag met de hele groep trainen. ‘We trainen volle bak, met veel partijvormen. Verder ligt de nadruk vooral op de aannames en het uitspelen van overtallen. Het trainen op lange ballen heeft geen zin.’

Manenschijn past de trainingsintensiteit aan. ‘Zaalhockey zorgt toch voor een andere belasting van de spieren. De spelers zullen in het begin toch wat spierpijn krijgen, daarom wisselen we het zaalhockey af met loopwerk.’

De blaashal van Tilburg. Foto: Willem Vernes

Puzzelen

Bij Tilburg was coach Jeroen Delmée nog aan het puzzelen met het precieze trainingsprogramma, maar voor hem is het wel zeker dat de blaashal daarin een prominente rol gaan spelen. ‘Vorig seizoen is het door omstandigheden niet gelukt de blaashal tijdig op te ruimen, waardoor hij er nu nog staat. Dat is een geluk bij een ongeluk. Gezien de problemen afgelopen weekend met de sneeuw op de blaashallen willen we wel zeker weten dat het veilig is.’

Bij het Haagse HGC is de blaashal, ondanks dat het zaalseizoen eerder werd afgelast door de KNHB, wel opgezet. De eerste teams bij de mannen en vrouwen wijken daar in ieder geval deze week naar uit. De dames gebruiken de blaashal vooral als ‘indoor sportlocatie’, zegt coach Robbert-Jan de Vos: ‘Hoewel ik weet dat een deel van de meiden graag zaalhockey zou spelen, vind ik het spiertechnisch niet verstandig om dat nu te gaan doen. We gaan zeker ook hockeyen in de zaal, maar gebruiken de hal ook om fitness en kracht te doen. Overigens hebben we de eerste training op dinsdag eruit gegooid, omdat we het te gevaarlijk vinden de meiden nu hierheen te laten komen.’

Bij Oranje-Rood in Eindhoven onderzoeken ze ook de mogelijkheden van zaalhockey. De club heeft daar wel een uitdaging: de zaal waarin de teams normaal gesproken spelen, is in gebruik als locatie voor vaccineren. Stefan Duyf, coach van de dames: ‘het wordt inderdaad een uitdaging, we kijken naar de opties.’

Robert Tigges als speler in de zaal. Als coach kiest hij er nu niet voor om in de zaal te trainen met de dames van Amsterdam. Foto: Koen Suyk

Waar veel hoofdklasseteams dus in de zaal gaan trainen, laat opmerkelijk genoeg mister zaalhockey Robert Tigges zijn dames van Amsterdam een kracht- en cardioprogramma volgen. ‘Ik heb het even overwogen, maar vind het niet handig om op een andere ondergrond te spelen. Misschien dat ik daar anders over ga denken als de vorst langer aanhoudt, maar ik ben sowieso geen fan van veldhockey in de zaal.’