Ares-voorzitter Wooning luistert niet naar één, maar naar zes sportbonden

In de serie ‘Hoe is het bij…?’ vragen we clubmensen in deze barre tijden van het coronavirus naar de huidige gang van zaken op hun club of de gevolgen voor hen persoonlijk. Deze keer Dennis Wooning, voorzitter van Ares in Apeldoorn. Hij heeft het extra druk, omdat hij ook nog voorzitter is van omnisportvereniging WSV, een club in Apeldoorn waar wordt gevoetbald, gevolleybald, gebasketbald, gebadmintond en aan dynamictennis wordt gedaan.

Vanuit zijn beide functies had Wooning, die 3000 sporters in Apeldoorn representeert, laatst contact met de wethouder van Apeldoorn. ‘Ik heb tegen hem gezegd dat hij mij als één grote club moet zien. Dan zorg ik wel dat ik de juiste pet opzet’, zegt hij.

‘Gelukkig hoef ik in zo’n gesprek nooit te schakelen tussen de clubs, want de problemen zijn nu natuurlijk voor iedereen hetzelfde. De financiën, de onzekerheid, het proberen met elkaar in verbinding te blijven. Een wethouder wil dan vooral weten of we de sitautie onder controle hebben en of hij geen gekke dingen hoeft te verwachten.’

Het nieuws haalde elkaar de afgelopen weken regelmatig in. Voor mij was het op zulke momenten niet bij te houden.

 

De inmiddels beruchte persconferenties van Mark Rutte en consorten zorgen voor Wooning de laatste weken steevast voor een hoop werk. De whatsappjes en mails stromen binnen, nadat er weer een maatregel is verlengd of een nieuwe maatregel is aangekondigd. Vaak zijn de vragen van dezelfde strekking: welke gevolgen heeft dit voor onze club?

‘Bij WSV heb ik te maken met vijf sportbonden, bij Ares natuurlijk maar met één, de hockeybond. De ene bond is sneller in het nemen van besluiten en dat naar buiten toe te communiceren dan de ander. Eerst komt het signaal, dan de interpretatie daarvan, en dan de bonden met hun uitleg, die later ook nog wel eens gecorrigeerd wordt. Het nieuws haalde elkaar de afgelopen weken regelmatig in. Voor mij was het op zulke momenten niet bij te houden.’

Bij WSV krijgt Wooning vooral vragen van de vijf voorzitters van de verschillende sportafdelingen. Bij Ares zijn het vooral de leden die hem vragen stellen. ‘Bij de hockeyclub hebben we een Q&A op de website geplaatst aan de hand van de meest voorkomende vragen. Daar hebben we positieve feedback op gekregen. Dat probeer ik de voorzitters van WSV mee te geven. Op die manier leren wij als clubs van elkaar.’

Ook in deze barre tijden probeert Wooning zijn aandacht over beide clubs zo eerlijk mogelijk te verdelen. ‘Maar het is wel schipperen met mijn tijd. Als voorzitter heb ik het volgens mij nog nooit zo druk gehad, maar samen met de andere bestuurders proberen wij er het beste van te maken.’