Wat is de geheime succesformule van Den Bosch?

De cijfers van Den Bosch in de Hoofdklasse Dames liegen er niet om: sinds het seizoen 1997/1998 speelden de dames uit Brabant 440 competitiewedstrijden, waarvan er 361 werden gewonnen. Dat is 82 procent van de gespeelde wedstrijden in de afgelopen twintig seizoenen. Opvallende cijfers, maar volgens oud-international Mijntje Donners zit er een heel systeem achter. Een fundament dat ongeveer twintig jaar geleden werd opgezet.

Een paar seizoenen pieken is een stuk gemakkelijker dan twee decennia lang in de Nederlandse (en Europese) top blijven, onderstreept de oud-speelster van Den Bosch maar weer. ‘Je hebt altijd te maken met generaties, daar hangt jouw succes gedeeltelijk vanaf. Soms valt dat succes weg op het moment dat een generatie eindigt.’ Donners en een aantal bepalende teamgenoten maakten daarom bijna twintig jaar geleden een afspraak: ‘We zouden niet met z’n allen tegelijk stoppen met hockey, maar gefaseerd afscheid nemen. Als iemand bezig was aan aan haar laatste seizoen, dan kaartte je dat ruim van tevoren aan. Zo zwaaiden Ageeth (Boomgaardt), Minke (Booij), Maartje (Goderie), Vera (Vorstenbosch) en ik los van elkaar af. Een bepalende speelster neemt dan afscheid, maar er blijft voldoende ervaring over om een jonger iemand goed op te kunnen leiden. Dan springt het volgende talent eruit. Dat zorgde de afgelopen jaren voor veel succes.’

Mijntje Donners met teamgenoten Minke Booij, Janneke Schopman en Carlien Dirkse van den Heuvel

 

Één van de bekendste voorbeelden is Lidewij Welten, die sinds de B-jeugd in Den Bosch speelt. Zij kreeg een kans in het eerste elftal, evenals talenten Pien Sanders, Sanne Koolen en Frederique Matla. ‘Den Bosch leidt inderdaad veel spelers op’, vervolgt Donners. ‘Daarbij is het vitaal dat je ze genoeg kansen geeft. Anders zoeken ze hun heil bij een andere club. En dan niet alleen tegen de laagvliegers krijgen de speelsters kansen, maar ook in de play-offs of de EHCCC. Als zij als jong talent veel kansen krijgen in het eerste, dan zorgt dat voor binding met de club. Dan ben je heel trots als je in het zwarte shirt met gele rok speelt op dat veld. Dat is namelijk altijd je doel geweest. Zo zit ik er zelf in en dat probeerde ik alle jeugdspelers ook mee te geven toen ik nog betrokken was bij Den Bosch.’

Hegemonie van Den Bosch in cijfers

De cijfers vertellen namelijk een duidelijk verhaal: de zwarthemden hadden aan het einde van de reguliere competitie dit seizoen veel meer punten dan achtervolgers SCHC (6 punten minder), Amsterdam (15) en Oranje-Rood (23). In de seizoenen dat de Brabantse club niet bovenaan stond, sleepte de ploeg vaak alsnog de landstitel binnen via de play-offs. Twee keer lukte dat niet in de afgelopen twee decennia.

 

Na het eerste landskampioenschap van Den Bosch in 1998 ging het hard met elf landskampioenschappen op een rij. Drie keer eindigde de ploeg zelfs zonder nederlaag, inclusief het huidige seizoen. De cijfers van de afgelopen jaren zijn ook veelzeggend: 361 overwinningen, 47 gelijke spelen en maar 32 nederlagen. Het doelsaldo: 1634 (3,71 gemiddeld per wedstrijd) doelpunten voor tegen 396 (0,90 per wedstrijd) tegendoelpunten. ‘Ik zie wel dat er minder doelpunten zijn gescoord in de Hoofdklasse. Dat geldt ook voor Den Bosch. Het aantal doelpunten tegen bij de club is daarentegen wel lager.’ Doelvrouw Josine Koning incasseerde in 22 wedstrijden maar 13 keer een doelpunt: een (evenaring van het) record voor de Brabanders.

Van overgangsklasser tot veelvoudig landskampioen

Voor Donners was de situatie bij Den Bosch een stuk anders dan nu. ‘In mijn eerste seizoen speelden we nog in de Overgangsklasse om direct te promoveren naar de Hoofdklasse. Een paar jaar bungelden we nog ergens onderin en speelden we elk jaar tegen degradatie’, herinnert ze zich. ‘Na een aantal seizoenen waren wij toch alweer een stabiele middenmotor. Rond de winterstop wisten we wel dat wij niet zouden degraderen. De ploeg was niet goed genoeg om te strijden voor het kampioenschap, maar vrezen voor degradatie hoefden wij ook niet.’

Mijntje Donners juicht als speelster van Den Bosch. (c) KNHB

 

Na een aantal seizoenen begon het toch te kriebelen bij Donners en een aantal ploeggenoten. Zo speelden talenten zoals Minke Booij, later Nederlands international, bij Den Bosch. Toch plaatste de ploeg zich nog nooit voor de play-offs om het landskampioenschap. Donners had in die tijd veel contact met toenmalig MOP-speelster Ageeth Boomgaardt. ‘Zij speelde daarvoor met mij in de jeugd van Den Bosch. We spraken elkaar vaak. Na een tijdje waren we vastbesloten om samen in één team kampioen te worden. Dat werd uiteindelijk Den Bosch.’

Daarna begon een verandering bij de club, die uiteindelijk de basis vormde voor een zeer succesvolle periode. ‘Op een gegeven wilden wij onze ambitie doorzetten en kampioen worden. Daarvoor moesten we de juiste spelers halen. Dat betekende dat we tegen een aantal vaste krachten moesten zeggen: ‘Wij willen door naar een hoger niveau en dat is misschien iets te hoog gegrepen voor jou.’ Zelfs als ze al jaren bij Den Bosch speelden. Dat maakt jou geen minder leuk persoon, maar wij hadden gewoon een ambitie.’ En zo geschiedde: Boomgaardt keerde terug en de club haalde daarnaast talentvolle spelers zoals Esther Verhoeven. In het eerste seizoen sinds ‘de verandering’ plaatste Den Bosch zich voor de play-offs en won direct de eerste landstitel in de historie. En de rest is geschiedenis.


Wat vind jij? Praat mee...