Lijnstop De Wert is niet bang voor ballen van 120 km per uur
Bij Kampong staat hij al acht jaar lijnstop en daarvoor in de jeugd ook al. Als er iemand iets over de lijnstoppositie kan vertellen is het Sjoerd de Wert wel. De laatste jaren is de bescherming in de verdedigende strafcorner steeds beter geworden, al is het inmiddels ook een hele verkleedpartij. Want wat wordt er nu allemaal snel aangedaan en uitgedaan/weggesmeten bij de strafcorners? De Wert vertelt.
Hij traint er in ieder geval regelmatig op. ‘Sowieso één keer in de twee weken doen we een speciale lijnstoptraining. Dat doen we vaak met het ballenkanon en de laatste jaren met extra bescherming: van die cricket-beenbeschermers, voor de veiligheid.’
‘Maskers gebruiken we nu zo’n tien jaar. Ik heb er zelf nog eentje van plastic, maar je hebt ze nu ook al met spijltjes. Die gaan bijna richting een keepershelm.’ Vroeger stond De Wert op de lijn zonder masker. Dat was toen geen probleem, zegt hij. ‘Maar nu ben ik er wel aan gewend en zou het kaal voelen om er geen op te hebben.’ Een beschermend masker is geen overbodige luxe, als je kijkt met hoeveel kracht en snelheid de corners worden gesleept in de Hoofdklasse Heren. ‘Het is zeker veiliger’, stelt De Wert. ‘Een bal van 120 kilometer per uur, die kan gewoon levensgevaarlijk zijn. Als hij tegen je masker komt is het nog steeds hard, maar het scheelt wel.’
Hij spreekt uit ervaring. ‘Een paar jaar geleden speelden we play-offs tegen Oranje-Zwart en gingen we een dag ervoor lijnstop oefenen met het ballenkanon. De trainer gaf het kanon steeds op het laatste moment een draai, waardoor je niet kon zien waar de bal kwam. Ik kreeg hem vol op mijn kaak, op het masker. Toen lag ik wel even plat. Niks gebroken gelukkig, maar het was wel flink dik.’ Lachend: ‘Dat was dus niet zo handig net voor de play-offs.’
Masker, tok en twee handschoenen
Op de lijn heeft De Wert, naast een masker op, een tok om en twee handschoenen aan. ‘Belangrijk aan die handschoenen vind ik dat ze stevig zijn en dat je er met je normale handschoen in kan. Eigenlijk heb je dus twee handschoenen over elkaar. En er moet duimbescherming op zitten. Als je anders een bal op je duim krijgt ben je echt het bokje.’
‘Kniebeschermers heb ik zelf niet om. Onze uitloper, Sander de Wijn, wel. Eerst hadden we gewoon van die rolschaatsdingen, maar nu hebben we kniebeschermers die je in je sok kan steken. Die kun je sneller in en uitdoen.’
‘Duels spelen met een tok in je broek’
Die snelheid is belangrijk, want het mag niet te lang duren voor alle bescherming in en op is. ‘In de Hoofdklasse is het nog niet zo streng, maar in de EHL moet het binnen veertig seconden. Na de corner doe ik het masker altijd als eerst af, maar vaak duurt het nog even voordat je genoeg tijd hebt om de rest ook uit te doen. Dus het komt best wel eens voor dat je na de strafcorner nog een paar duels speelt met een tok in je broek of je handschoenen aan. Dan heb je pas als de bal uit gaat of verder weg is van de goal de tijd om die uit te doen.’
Met de jaren is er steeds meer bescherming bij gekomen, met de kniebeschermers als laatste nieuwe item. Mocht er nog meer bescherming komen, dan is De Wert daar in principe wel voor, al heeft hij zijn twijfels. ‘Hoe veiliger, hoe beter. Maar ja, dan sta je met een halve keeper in het goal. En mag degene die uitloopt dan ook die bescherming aan? Die kan dan misschien wel kamikaze gaan uitlopen, recht in het schot. Dat wil je denk ik ook weer niet.’
Ondanks dat de Kampong-verdediger er regelmatig op traint, blijft lijnstop in de Hoofdklasse een moeilijk vak. ‘Het gebied tussen je knieën en je buik is lastig. Daarboven en daaronder kun je wat met je stick, of ook snel wegduiken als dat nodig is. Maar dat middenstuk moeilijker.’
Hartslag gaat wel omhoog
Toch is hij niet bang. ‘Als je bang bent moet je er niet gaan staan. Het is gewenning denk ik, ik doe het al zo lang. Mijn hartslag gaat wel omhoog hoor, bij een corner. Maar bang, nee. Het is ook na een paar seconden al voorbij.’
‘Natuurlijk heb ik wel eens een bal hard op mijn lichaam gehad, maar ik heb nog nooit iets gebroken of er een serieuze blessure aan overgehouden. Maar dat moet ik misschien even afkloppen.’
1 Reactie
mamosport
In de vroege jaren ben ik ook lijnstopper geweest. LEF heb je tegenwoordig, vooral ook bij een rebound mogelijkheid, zeker nodig. De juiste en snel inzetbare Bescherming wordt voor de spelers zeker een issue om zich veilig te kunnen voelen tijdens de strafcorners. Zo zijn we begonnen met de maskers, Tok, handschoenen nu komen de knie beschermers. Gaat de FIH of de KNHB zich hier ook over ontfermen? Bescherming verplichtingen bij de Strafcorner? Blessure preventie!