Ongekend strenge winter zet in 1963 streep door competitie

Vanwege de maatregelen rondom het coronavirus is de hockeycompetitie tot en met de eerste week in april stilgelegd. Het is op dit moment nog onduidelijk of en op welke wijze de competitie wordt voortgezet. In 1963 maakt de langdurige winter het spelen onmogelijk. De KNHB besluit dat jaar in februari een streep te zetten door de competitie waardoor na de koudste winter van de twintigste eeuw de onderbroken competitie ook niet wordt hervat.

De winter van 1963. Bij veel zestigers staat dit jaartal net zo in het geheugen gegrift als 1600, het jaar waarin de Slag bij Nieuwpoort plaatsvond. 1963 is het jaar waarin Koning Winter Nederland met straffe hand regeert.

Vriezen

Zijn komst wordt al in november 1962 aangekondigd. Het begint dan al flink te vriezen, maar vanaf 19 december komt de winter goed op gang. Op veel plaatsen vriest het bijna drie maanden lang elke dag. De sneeuw die op Tweede Kerstdag valt, blijft liggen tot in maart.

Het levert taferelen op die heden ten dage nauwelijks meer voor te stellen zijn: een bevroren IJsselmeer, wegen die dagen zijn afgesloten omdat sneeuwvrij maken vanwege de hevige wind onbegonnen werk is en Schiermonnikoog dat volledig geïsoleerd is geraakt en alleen via een luchtbrug vanaf Leeuwarden kan worden bevoorraad.

De hel van ‘63

Symbool voor dat jaar staat de legendarische Elfstedentocht die door Reinier Paping wordt gewonnen. Van de 568 wedstrijdrijders halen slechts 57 de finish. Bij de toerrijders ontvangen slechts 69 van de 9294 schaatsers het felbegeerde Elfstedenkruisje. Op die 18e januari 1963 wordt in Joure de koudste temperatuur van die winter gemeten. Het kwik daalt naar een voor Nederlandse begrippen duizelingwekkende -20,8 graden. De twaalfde editie van de Tocht der Tochten wordt later verfilmd en krijgt een toepasselijke titel: ‘De hel van ‘63’.

Screenshot: Beeld en Geluid

Niet alleen het openbare leven heeft te lijden van de barre winterse omstandigheden, ook de diverse sportcompetities liggen stil. Maar waar de voetbalcompetitie op 17 maart 1963 wordt hervat, heeft de hockeybond een maand eerder al een drastisch besluit genomen. Er gaat een dikke streep door de competitie.

Afgelasting

Het Algemeen Handelsblad heeft op 8 februari de primeur. Op de voorpagina onder de kop ‘De hockeycompetitie stopgezet’ meldt de krant in een eenkolommer dat de KNHB dit heeft besloten ‘in verband met slechte toestand van de velden’.

‘Het restant van de hockeycompetitie zal pas in het komende najaar worden afgewerkt, te beginnen met een zondag in oktober na het landentoernooi, dat van 28 september tot 8 oktober te Lyon wordt gehouden’, valt er verder te lezen.

Het bericht wordt afgesloten met: ‘Door dit ingrijpende besluit is het tevens komen vast te staan dat de kernploeg die zich voorbereidt op de Olympische Spelen te Tokio (volgend jaar oktober) na het einde van de thans lopende competitie (omstreeks Kerstmis) nog enkele maanden als een soort clubteam kan uitkomen in een noodcompetitie’.

Wisselende reacties

De reacties op het besluit van de bond zijn, zoals te verwachten, verschillend. Zo is bondscoach Piet Bromberg van de Oranje Heren niet blij. ‘Want de strijd om de punten (..) is de spil waarom alles draait. De spelers, althans in Nederland, hebben de wekelijkse gevechten tegen concurrenten nodig om vooral mentaal op peil te blijven om nog maar niet te spreken van de fysieke conditie.’

In de krant De Tijd zegt Bromberg: ‘En als ik denk aan het zware interlandprogramma dat ons staat te wachten, met name in het voor-Olympische toernooi, in september in Lyon, staat voor mij vast, dat het beter zou zijn geweest indien het competitie-rad was blijven draaien. Maar ja, de winter is voor de hockeysport nu een eenmaal een bittere vijand.’

Screenshot: Beeld en Geluid

Oranje

International Frans Fiolet van hdm kan wel leven met de afgelasting. ‘We hebben nu de gelegenheid om ons volledig in te zetten voor het interland-programma’, zegt hij eveneens in de Tijd. Charles Coster van Voorhout van Amsterdam zegt: ‘Wat mijzelf betreft, ik geloof me nu goed te kunnen voorbereiden op de verovering van een plaats in het Nederlands elftal.’

Maar de algemene teneur is niet positief. De krant noteert ‘uit de kringen van Union’: ‘Wij hopen dat de bond nog iets anders zal doen dan alleen het Nederlands elftal in de kaart te spelen, (…), door toernooien of wedstrijden te organiseren waaraan alle elftallen, ook de lagere kunnen deelnemen. Het gevaar is nu aanwezig, dat enkele lager geklasseerde clubs en reserve-teams volkomen op de achtergrond geraken.’

Ook bij HIC is men niet tevreden over het besluit.: ‘Wij weten niet welke spelers in het najaar de gelederen van de eerste klassers, bijvoorbeeld Amsterdam en SCHC, gaan versterken, waardoor onze ploeg haar homogeniteit kwijt zou raken. Waarom start men niet opnieuw eind augustus en wordt de maatregel niet slechts voor de eerste klassers toegepast?’, zo noteert De Tijd uit de mond van ‘de heer Van Huystee’.

Geen verwijt

Op 15 maart publiceert Algemeen Handelsblad een groot artikel waarin het schrijft dat ‘de ongeveer 32.000 hockeyers de afgelasting als een schok hebben ervaren’. Met name door het vroege tijdstip van het besluit. Door de lange winterperiode kreeg de bond het gelijk aan haar zijde, maar volgens Algemeen Handelsblad vonden velen het een onverantwoorde gok, want wat als de velden ‘op 3 maart weer prima bespeelbaar waren geweest?’ Uiteindelijk concludeert de krant dat het bestuur achteraf geen verwijt geldt over de stopzetting van de gehele competitie.

Daarnaast constateert Algemeen Handelsblad dat een groot aantal clubs zich ontevreden toont met de voortzetting van de oude competitie in het nieuwe seizoen. De meerderheid wenst in september met een nieuwe competitie te beginnen. ‘Een heleboel narigheid met overschrijvingen van spelers en speelsters in de zomermaanden en daardoor het scheeftrekken van de krachtsverhoudingen wordt dan voorkomen’, schrijft de krant.

Het tijdstip waarop het besluit werd genomen vond ik rijkelijk vroeg. FIH-voorzitter Louis Jacques ‘Jaap’ Quarles van Ufford

In het artikel komt ook Louis Jacques ‘Jaap’ Quarles van Ufford aan het woord, sinds 1946 voorzitter van de internationale hockeyfederatie FIH en jarenlang binnen de KNHB werkzaam in verschillende functies. ‘Ik zie er geen heil in. Het is veel eenvoudiger straks met een nieuwe competitie te beginnen, zoals we in 1947 hebben gedaan. Bovendien, het tijdstip waarop het besluit werd genomen vond ik ook rijkelijk vroeg.’

De KNHB neemt de aanmerkingen serieus. Hockey Sport publiceert het jaarverslag 1962-1963 van de bond waarin wordt opgemerkt: ‘Bezwaren tegen de in februari 1963 genomen beslissing kwamen los! Van districten, van verenigingen, van een deel der Pers; en zelfs in het buitenland bleek belangstelling.’

Vergaderen

Door alle bedenkingen besluit het bestuur van de bond dat het noodzakelijk is om een vergadering te beleggen waarin het bestuursstandpunt wordt toegelicht. Op die bijeenkomst is een meerderheid van mening dat de verenigingen middels vergaderingen in de districten zich uit moeten spreken over het besluit van het bondsbestuur.

Op 25 mei in het clubhuis van Kampong zitten het hoofdbestuur van de KNHB en de afgevaardigden van de districten om de tafel om te praten over de competitie. Bij die vergadering komt naar voren dat de meerderheid geen voorstander is van het voortzetten van de competitie.

Screenshot: Beeld en Geluid

Besluit

Daarop besluit het bestuur de competitie in de vier districten voor het seizoen 1963-1964 te beginnen zonder rekening houden met de resultaten die zijn behaald in het seizoen 1962-1963, uitgezonderd de Westelijke Eerste Klasse.

Dit district is leverancier van vrijwel alle Oranje-internationals en zodoende kan het Nederlandse elftal zich zonder de last van een volledige competitie op het olympisch toernooi in Tokio in 1964 voorbereiden. Oranje neemt in tegenstelling tot het eerdere plan dan ook niet deel aan de clubcompetitie.

Nieuwe stimulans en ideeën ontnomen

Hockey Sport schrijft dat de bond het besluit om in september met een nieuwe competitie te beginnen betreurt. Volgens de KNHB is met ‘het verwerpen van het bestuursvoorstel tevens de gelegenheid verloren gegaan de bekerwedstrijden een nieuwe stimulans te geven en bovendien aan het bondsbestuur de kans ontnomen enkele nieuwe ideeën, die aantrekkelijke mogelijkheden voor de toekomst zou kunnen inhouden ten uitvoer te brengen.’

Hiermee wordt ook een eventuele aanzet tot het vormen van een Hoofdklasse in de kiem gesmoord. Hoewel het geen agendapunt is tijdens de vergadering, komt het onderwerp wel ter sprake en blijken de meeste afgevaardigden ook hier ernstige bezwaren te hebben. Het zal nog tot 1973 duren voordat bij de heren de Hoofdklasse van start zou gaan. De dames moeten nog langer wachten, tot 1981.

De bal rolt in september

Op 15 september 1963 rol de bal weer. De clubs in de districten Noord, Oost en Zuid slaan af voor het seizoen 1963-1964. De competitie in de Westelijke Eerste Klasse wordt pas voortgezet nadat de internationals zijn teruggekeerd met Oranje van het internationale toernooi in Lyon. Ook bij de dames begint de competitie later vanwege de reis van de nationale ploeg naar de Verenigde Staten.

Bij de heren wordt de landstitel uiteindelijk gewonnen door Amsterdam, dat ook al in 1962 kampioen is geworden. De titel bij de dames gaat naar BDHC, dat net als Amsterdam, met kop en schouders boven de concurrentie uitsteekt. De voorloper van Bloemendaal heeft in 1958, 1959, 1961 en 1962 ook al de landstitel veroverd.


1 Reactie

  1. herbie@comcensus.com

    Het 1ste elftal van IHHC (Instituut Hommes Hockey Club - officieel Intercommunale Hoogezandse Hockey Club) stond bij de hockey stop in het seizoen 1962-1963 ongeslagen bovenaan in de Afdeling Noord. Ik heb in de periode 1964-1967 voor IHHC gespeeld tijdens mijn verblijf op het befaamde jongens internaat Instituut Hommes in Hoogezand - Sappemeer. Van spelers uit het geroemde 1963 elftal heb ik begrepen dat zij toen toch door de Hockey bond zijn genoemd als Kampioen van het Noorden. Er zijn geen wedstrijden gespeeld voor het Landskampioenschap 1962-1963. We zijn nu een boek over Instituut Hommes aan het schrijven en zijn benieuwd of deze informatie correct is. Natuurlijk ook geïnteresseerd over meer verhalen over het roemruchte IHHC. Mijn email adres is rijndorp@instituut-hommes.nl


Wat vind jij? Praat mee...