Loopwonder Susannah Townsend geniet van favorietenrol Engeland

In aanloop naar het Europees kampioenschap in Amsterdam stellen wij een aantal sterspelers van de deelnemende teams aan je voor. Nummer vier in de serie is international van Groot-Brittannië en Engeland: Susannah Townsend (28).

Het doelpunt van Susanna Townsend afgelopen juli in de HWL-wedstrijd om het brons tegen Argentinië was niet alleen de 2-1 voor Engeland. Op prachtige wijze sprintte de middenveldster de grasmat over, ging de combinatie aan met Sophie Bray en Nicola White en gleed de bal vervolgens zelf het doel in. Belangrijker nog was dat dit doelpunt de bevestiging was dat na negen maanden revalideren van een knieoperatie, Townsend weer in staat bleek het hardloophockey te spelen waar ze bekend om is.

‘Iedereen in hockeyland weet dat ik het moet hebben van mijn loopvermogen. Ik ben trots dat ik een speler ben die constant van cirkel naar cirkel rent’, vertelt Townsend over het bewuste goaltje. ‘Ik ben vooral een fysiek sterke sporter, dus het was een belangrijk moment voor mij om te voelen dat ik na een lang toernooi nog die inspanning kon leveren.’

Spelen met injecties

Sinds de Spelen, waar Townsend een belangrijk aandeel in de Britse gouden medaille had, hebben de Engelsen slechts een handjevol wedstrijden gespeeld. Al in Rio de Janeiro had de rappe speelster last van haar blessure, een gaatje in haar kraakbeen. Injecties hielden haar tijdens de Spelen letterlijk en figuurlijk op de been. Ze zou wel zien wel waar het schip strandde en gokte erop dat de adrenaline de pijn tijdelijk zou doen verdrijven.

Het werkte, en Townsend verhuisde naar België om na de zomer een seizoen bij La Gantoise te spelen. Het was een soort bedankje van de olympisch kampioen, die als tiener ook al met de Gentse club in de Belgische Hoofdklasse uitkwam. De 28-jarige ziet Gantoise als de club die haar de kans gaf zich te ontwikkelen van goede clubspeler tot international en wilde daarom iets terugdoen door opnieuw voor hen uit te komen.

Het liep anders. Uiteindelijk speelde Townsend slechts drie duels doordat in oktober haar knieproblemen weer begonnen op te spelen. Ze belde meteen haar coach en chirurg op en lag vier dagen later al op de operatietafel. Halverwege mei was namelijk het ultimatum dat de Engelse coachingsstaf Townsend had gegeven fit te zijn indien ze aanspraak wilde maken op de selectie voor de zomertoernooien. Met de nieuwe olympische cyclus in haar achterhoofd wist Townsend dus wat haar te doen stond.

‘Ik wil naar Tokio’

‘Zonder het te overhaasten moest ik zo snel mogelijk revalideren. Ik wil namelijk naar Tokio.’ Ze redde de deadline en maakte wat minuten tijdens een trainingskamp in Madrid. Enkele weken laten kwam ze in het Lee Valley-stadion in actie tegen Argentinië. ‘Die wedstrijden waren echt een test of m’n knie het zou houden. Dat leidde tot mijn selectie voor de HWL in Johannesburg. Het was niet mijn beste toernooi, maar het gaf me wel de kans om weer veel wedstrijden te spelen, wat ik al maanden niet gedaan had.’

‘Dat mijn knie het goed hield, was mentaal fijn en ook voor mij het teken dat ik de intensiteit van mijn trainingen verder kon opvoeren.’ Een fitte Townsend is belangrijk voor Engeland. Met de dynamische speelster in de gelederen won Engeland goud op het EK van 2015 en Groot-Brittannië de Olympische Spelen van afgelopen jaar. Sinds Rio hebben ervaren krachten als Kate en Helen Richardson-Walsh, Sam Quek, Christa Cullen, Hannah MacLeod en Georgie Twiggs het internationale hockey vaarwel gezegd.

Hun vertrek zette de deur open voor de talenten Anna Toman, Hannah Martin, Emily Defroand, Amy Tennan, Jo Hunter en Grace Balsdon, die tijdens de HWL in Zuid-Afrika debuteerden. Nu de nieuwe gezichten zijn ingespeeld, kan de ploeg volgens Townsend hoge ogen gooien in Amsterdam. ‘We zitten in een fase waarin we de jonge speelsters wat toernooi-ervaring hebben kunnen laten opdoen. In Amsterdam hebben we andere doelen. We zijn begonnen aan een nieuwe olympische cyclus. In Johannesburg wilden we zo goed mogelijk presteren. Het werd een derde plek en we hebben waardevolle lessen geleerd. Hopelijk kunnen we die gebruiken om onze Europese titel te prolongeren.’

Engeland als favoriet

De Engelsen beginnen met een andere status aan het EK dan normaal gesproken. Momenteel zijn zij hét te kloppen team. ‘Ik sprak een paar weken geleden met Laura Unsworth, die al 200 caps heeft. Zij vertelde dat ze in de eerste vier jaar van haar interlandcarrière altijd halve finales verloor. We zijn een paar jaar verder en nu worden wij geacht altijd te winnen. Dat zegt wel iets over de status van Engeland tijdens dit EK. Het is ook wat we altijd willen zijn. De nummer één. Dat we niet meer de underdog zijn, maar dat iedereen juist ons wil verslaan is wel een ander gevoel. Ik vind het geweldig, omdat we nog nooit eerder in deze positie hebben gezeten.’

De poulefase wordt een soort Brits onderonsje, met Engeland samen met Schotland en Ierland in een poule. Het vierde team is Duitsland, dat waarschijnlijk ook niets liever wil dan de regerend kampioen verslaan. ‘Iedereen in hockeyland wil van ons winnen. De Ieren, de Schotten, de Duitsers en alle anderen. Ik vind het geweldig.’

‘We kennen de Schotten en de Ieren natuurlijk goed, maar we zullen hen net als iedere andere tegenstander benaderen. Als we niet samen spelen als Groot-Brittannië is de onderlinge rivaliteit groot.’ Engeland opent het toernooi tegen Ierland, dat dankzij een sterk optreden op de HWL zicht houdt op de eerste WK-deelname sinds 2002. Townsend onderschat het belang van 19 augustus niet. ‘Het zijn altijd pittige duels tegen Ierland, waar we allebei van kunnen genieten. Zij hebben het goed gedaan in Johannesburg en hebben een paar klassespelers als Nicci Daly. Niemand van ons zal zeggen dat onze eerste EK-wedstrijd niet belangrijk is en we leggen de druk bij onszelf neer om een goed resultaat te halen.’

 


5 Reacties

  1. robvisser

    Ik zie Engeland toch niet als favoriet hoor. Nederland heeft de beste ploeg en zou op basis daarvan het te kloppen team moeten zijn. Maar juist Engeland heeft aangetoond dat kwaliteit niet altijd de doorslag geeft. Ik vind echt dat ze boven hun kunnen presteren en dat het vooral hun teamgeest, vechtlust, conditie en doorzettingsvermogen is wat hen zo ver brengt. Dat is bewonderenswaardig, maar ik denk niet dat het goed is voor de sport als die elementen keer op keer de doorslag geven. Aan Nederland dus om daar een eind aan te maken, op basis van kwaliteit. Toch zal Nederland ook een mix van de zojuist aan Engeland toegeschreven waarden aan de dag moeten leggen, want anders kom je er gewoon niet. Het zal niet gemakkelijk zijn, maar ik heb toch goede hoop dat het kwalitatief hoogstaande hockey van Nederland beloond gaat worden op dit EK.

  2. bcuckow

    Het Olympisch kampioen is het team te kloppen tot dat dat gebuurt is. Nederland heeft op papier het beste team maar staat niet meer zo ver bovenaan als ze voor Rio stonden. Het gaat niet om wat je in huis hebt, het gaat om wat je ermee doet. Als conditioneel en mentaale stukken doorslaggevend zijn dan is Nederland daarop niet goed genoeg maar ook niet op technisch vlakken en komt dus op alle vlakken te kort.

    1. robvisser

      Technisch komt Nederland niet tekort, sterker nog daar loopt Engeland juist behoorlijk achter. In de Olympische finale werd hetzelfde Engeland helemaal weggespeeld en was het eigenlijk een wonder dat Nederland de wedstrijd niet in de reguliere tijd besliste. Ik denk dat het nog steeds mogelijk is, zoals wij voorheen altijd hebben gedaan, om de kwaliteit van ons hockey doorslaggevend te laten zijn. Maar vechtlust, mentale hardheid, conditie etc. hoort daar (ook nu nog) wel bij. Daar is ook de huidige groep wel toe in staat denk ik. Maar 'als het niet goedschiks gaat, dan maar kwaadschiks' zit denk ik wat minder in onze cultuur. Het liefst winnen we met waar onze kracht ligt, met technisch goed hockey. En bij de Engelsen is dat anders. Omdat ze die kwaliteit niet hebben, gooien die het automatisch over een andere boeg. Ik ben ook wel benieuwd naar Duitsland. Het zou me niet verbazen als die beter voor de dag komen dan Engeland.

  3. bcuckow

    Voor het manier dat Nederland wilt spelen komen ze te kort als andere factoren zijn nog bepaalend. Nederland heeft het doel om technisch hockey te spelen en winnen, daarin waaren ze niet geslaagd. Engeland heeft het doel om te winnen, en gebruik te maken vam de middelen dat ze in huis hebben. De Engelse zijn ver van een complete ploeg maar tot dat de Olympische kampioen is verslagen op een grote toernooi dan mogen ze zichzelf het team te kloppen noemen, ongeacht het feit dat ze zijn op papier maar de 3e of zelfs 4e beste ploeg te wereld. Ik vond het ook bizaar dat Nederland had die finale niet gewonen, maar daarom bestaat sport.

    1. daanyt

      Ik heb toch het idee dat Nederland best wil winnen.


Wat vind jij? Praat mee...