Carlien DvdH twijfelde, maar gaat door: ‘Mijn plafond nog niet bereikt’

Carlien Dirkse van den Heuvel (29) zag een groot deel van haar generatie stoppen bij Oranje. De Stichtsche-speelster is nu de oudste van de Oranje Dames-selectie en vertrekt half januari met een grotendeels nieuwe spelersgroep op trainingsstage naar Spanje. Ze twijfelde na de Olympische Spelen of ze door zou gaan. Terwijl ze alweer aan het werk was als fysiotherapeut, knaagde er toch iets. ‘Het vuurtje brandde nog van binnen. Ik ben nog niet klaar, ik heb het gevoel dat ik nog beter kan worden.’ 

Naomi van As, Ellen Hoog en Maartje Paumen stopten na de Olympische Spelen. De generatiegenoten van Carlien Dirkse van den Heuvel. En ook de Stichtsche-speelster zelf dacht erover na om te stoppen. ‘Ja, ik heb zeker getwijfeld’, vertelt Dirkse van den Heuvel. ‘Voor mij had dat vooral met werk te maken. Ik heb een goed gesprek gehad, om ergens aan de slag te gaan als fysiotherapeut. Dat was een heel interessante baan, waarin ik veel kon leren. Dat vind ik heel belangrijk, want ik wil ook in mijn werk het beste uit mezelf halen. Maar: ik ben ook niet iemand die zomaar iets beslist.’

‘Vuurtje brandt nog’

En dus dacht Dirkse van den Heuvel na de Olympische Spelen: ik ga gewoon kijken hoe ik me voel. ‘Ik ben uiteindelijk niet voor die baan gegaan, maar heb wel voor een kortere periode gewerkt als fysiotherapeut na de Spelen. Dat vond ik superleuk en het geeft me een fijn gevoel dat ik weet dat dit is wat ik wil doen. Maar ik voelde ook dat ik nog niet klaar was bij Oranje. Dat vuurtje brandde nog van binnen. Ik dacht bij mezelf: Weetje, Car, straks ben je 45 en heb je je eigen praktijk. En dan kijk je terug en denk je: was ik toch nog maar doorgegaan. Dat wil ik niet. Ik ben nog niet klaar.’

En dat gevoel heeft Dirkse van den Heuvel vooral omdat ze naar eigen zeggen nog niet is uitgeleerd. ‘Ik heb het gevoel dat ik nog beter kan worden. Ik heb mijn plafond nog niet bereikt. Als hockeyster wil ik, tactisch en technisch, nog groeien. Daarnaast vind ik ook dat je als mens veel leert door in een team te functioneren.’

Nieuwe rol?

Zie je naast beter worden als hockeyster ook uitdaging in een nieuwe rol in dit team? Dirkse van den Heuvel twijfelt. ‘Misschien ergens wel. Ik ben wel degene met de meeste ervaring nu. Maar aan de andere kant denk ik niet dat mijn rol heel anders wordt. Vorig jaar voelde ik me ook al verantwoordelijk voor het team. En als ik vind dat er wat moet gebeuren, dan zeg ik het echt wel. De reden dat ik doorga is meer individueel: ik kan nog beter.’

Grote groep

De Rio-selectie heeft sinds de Spelen niet meer samen op het veld gestaan. In tegenstelling tot bijvoorbeeld de Hoofdklasse-trainingsgroep en Jong Oranje, waaruit de speelsters voor de 34-koppige Oranje-trainingsgroep werden geselecteerd. ‘Ik wist dat ze aan het trainen waren, met die Hoofdklasse-groep’, stelt Dirkse van den Heuvel. ‘Maar ik moet zeggen dat ik er niet zo mee bezig ben geweest. De focus lag echt op de club de afgelopen periode en voor mij ook op mijn maatschappelijke carrière. We wisten vooraf dat het een grote groep zou worden, waarmee we op trainingsstage zouden gaan. Dat had Alyson al verteld.’

‘En dat is natuurlijk heel anders dan bijvoorbeeld de groep waarmee we begonnen met Alyson, voor de Spelen. Dan zit je al in een proces, dit is echt een nieuwe start.’ Toch voelt het, ook met 34 speelsters, wel als Oranje, stelt ze. ‘Jazeker, we zijn met Oranje op trainingsstage. En het maakt niet uit hoe groot de groep is. Waarschijnlijk gaan we toch doelstellingen formuleren, dus je bent wel als team bezig.’

Elkaar leren kennen

Bij de trainingsgroep zitten flink wat mensen die nooit eerder voor Oranje uitkwamen. ‘Ja, dat zal een kwestie zijn van elkaar leren kennen’, stelt Dirkse van den Heuvel nuchter. ‘Het wordt wennen voor hen, maar ook wennen voor ons. De één hockeyt zo, de ander zo. Toen ik de spelerslijst zag dacht ik: oké, prima.’ Lachend: ‘Ik ben echt niet iedereen meteen gaan googelen ofzo. We hebben twee weken met elkaar straks in Spanje, dat zal dan wel komen. Ik ben heel benieuwd. Het is echt een nieuwe start en dat is ook normaal na de Spelen. Het is een goede periode om andere mensen de kans te geven, zowel Jong Oranje als de speelsters die het goed doen in de Hoofdklasse. In Spanje zal een moment zijn om het allemaal uit te testen, wat voor groep er staat.’

Voor échte teambuilding is het nog wat vroeg, denkt Dirkse van den Heuvel. ‘Teambuilding op zijn best heb je toch pas als alle selecties achter de rug zijn. Voor Rio had ik dat ook pas toen we met zijn achttienen waren. Als je weet: met deze mensen gaan we het doen. Een selectie is voor een groep gewoon spannend. En natuurlijk doe je ook daarvoor al veel aan teambuilding en dat is ook belangrijk. Maar individueel focus je toch op jezelf.’

Gaan voor goud

De groepsdynamiek zal anders worden nu er zoveel mensen zijn gestopt en nieuwe mensen bij komen, weet ook de Stichtsche-speelster. ‘Dat is een leuk proces vind ik, om een nieuw team te gaan vormen. Dat is wat we op de korte termijn moeten gaan doen. En verder willen we natuurlijk de beste van de wereld blijven. We staan nog steeds nummer 1 op de ranglijst, al is goud al een tijdje geleden. Op het EK wil ik dan ook vol voor het goud gaan. Maar, we zijn nog niet eens begonnen: eerst die trainingsstage. Vorige week had ik mijn laatste werkdag, dus mijn focus is nu op Oranje. Ik heb er echt zin in.

Tokio 2020?

Dat laatste geldt als het goed is voor alle speelsters. Maar waar de Jong Oranje-speelsters nu al dromen van Tokio 2020, is Dirkse van den Heuvel wat voorzichtiger. ‘Ik ben 29 nu en heel simpel gezegd vind ik het te ver om nu vier jaar vooruit te kijken. Ik ben eigenlijk altijd wel fit, maar ik merk ook dat ik nu af en toe met stijve spieren wakker word, wat ik vijf jaar geleden niet had.’

Het leuk blijven vinden en het fysiek nog goed aankunnen: dat zijn voor Dirkse van den Heuvel de twee belangrijkste zaken. ‘Als dat over drie jaar nog allebei het geval is dan ga ik voor 100 procent voor Tokio. Maar het kan ook zijn dat ik over twee jaar, na het WK, denk: het is mooi geweest. Die twee jaar wil ik zeker nog door, maar daarna? Ik vind het moeilijk om dat nu al te zeggen en daar ben ik ook eerlijk over geweest tegen Alyson.’

Naast fit blijven en het leuk blijven vinden heeft ook Dirkse van den Heuvel haar werk ermee te maken. ‘Als ik geregistreerd wil blijven als fysiotherapeut moet ik een bepaalde hoeveelheid uren werken. Mijn diploma fysiotherapie verliezen om aan de Spelen van 2020 mee te kunnen doen: dat is het me niet waard. De komende tijd wordt voor mij ook de uitdaging om naast Oranje als fysiotherapeut te blijven werken.’


1 Reactie

  1. desireevanasselt

    ik ben blij dat deze topper nog blijft! er zijn na rio zo veel toppers weggegaan!♥


Wat vind jij? Praat mee...