Jongeren terug op veld: ‘Leuk te denken dat wij laatste zetje gaven’

Hij heeft, zo bekent Wout Dijkstra als hij dinsdagavond vrolijk de telefoon opneemt, ‘al een klein drankje opengetrokken’. Daar heeft de voorzitter van studentenhockeyvereniging Apeliotes dan ook alle reden toe. Niet alleen viert hij het nieuws dat jongeren tot en met 26 jaar vanaf 3 maart weer in groepsverband mogen sporten. Maar het heeft er op zijn minst de schijn van dat Dijkstra vanuit Nijmegen een zetje richting die versoepeling heeft gegeven.

Wat wil het geval. Drie weken geleden, na de vorige persconferentie van premier Rutte, zag Dijkstra de routekaart hoe Nederland uit de lockdown zou komen. ‘Daarin kreeg sport geen prioriteit, terwijl het juist voor jongeren zo belangrijk is’, vertelt Dijkstra. ‘Wij zitten echt in een sociaal isolement. We kijken de hele dag naar een scherm. We zien niemand, kunnen niks, terwijl buiten sporten een relatief veilige manier is om wat perspectief te bieden.’

De voorzitter klom in de pen en schreef een brief waarin hij het probleem aankaartte en vroeg om voor de studentensport, net als voor de jeugd tot achttien jaar, een uitzondering te maken. Dijkstra zocht met zijn initiatief contact met de KNHB. De hockeybond schaarde zich achter zijn idee en betrok ook de voetbalbond erbij, waarna het hard ging. De brief van Dijkstra werd een statement dat zaterdag door een groot aantal sportbonden en jongerenorganisatie gezamenlijk naar buiten werd gebracht. ‘Ik had nooit gedacht dat het zaadje in mijn hoofd, zou uitgroeien tot zo’n groot initiatief’, bekent Dijkstra.

Trots

Of dat statement heeft geholpen om het kabinet te bewegen het sporten voor jongeren toe te staan, weet Dijkstra natuurlijk niet. ‘Ik kan niet in het hoofd van meneer Rutte kijken. Maar het is wel leuk om te denken dat dit het laatste zetje is geweest. En mooi dat Nijmegen en mijn club Apeliotes hierin worden genoemd. Daar ben ik best trots op.’

Behalve trots heerst er bij Dijkstra en zijn clubgenoten vooral opluchting. Na maanden van een uitzichtloos bestaan, biedt dit hoop en troost. ‘Dit hebben we heel hard nodig. Ik snap dat de kroegen nog niet opengaan. Maar nu kunnen we elkaar in ieder geval weer ontmoeten.’

Ik vrees dat ik na de eerste training pijn in mijn handen heb. Maar die blaren heb ik er graag voor over.’ Wout Dijkstra, voorzitter Apeliotes

Apeliotes heeft 21 competitieteams en 3 trainingsteams. Die staan allemaal weer te trappelen om te spelen op de vier velden van de Nijmeegse studentenhockeyvereniging. ‘We hebben als bestuur al een afspraak gemaakt om naar de indeling te kijken. Dat wordt, zeker met de avondklok, nog wel een puzzel. Maar we gaan ervoor zorgen dat alle teams volgende week het veld op kunnen.’

Teleurstellen

Een paar leden die ouder zijn dan 27 jaar moet Dijkstra teleurstellen. ‘Dat zijn er bij onze club slechts een handvol, maar dat maakt het niet minder pijnlijk voor ze. Ik hoop dat daar nog een oplossing voor komt, maar aan de andere kant begrijp ik dat het kabinet ergens een grens moet trekken.’

Dijkstra zelf hoopt volgende week wel weer te kunnen trainen met zijn Heren 6. Ruim een maand geleden sloeg hij met zijn vriendin nog een balletje als tweetal op een kwart veld. ‘Dat stelde niet veel voor. Ik vrees dat ik na de eerste training pijn in mijn handen heb. Maar die blaren heb ik er graag voor over.’