Maartje Krekelaar: ‘Spannendste wat ik ooit heb meegemaakt’

‘Het is niet dat ik komende week bij elke verkeerde balaanname denk van: ik mag niet mee naar Rio. Maar het is wel héél spannend’, bekent talent Maartje Krekelaar (20). Die debuteerde nog geen jaar geleden bij Oranje, werd niet geselecteerd voor de Champions Trophy in Londen vorige week, maar lijkt toch een serieuze kans te maken om al mee te gaan naar haar 1e Olympische Spelen. Het moment van de definitieve selectie nadert. ‘Dat is al mijn droom sinds ik een klein meisje was. Verdikkie, daar wil ik zelf een keer staan dacht ik als ik televisie keek. En nu ben ik zó dichtbij.’

‘Ik ben veel over de selectie aan het nadenken. Je merkt het aan iedereen. Ik zei al tegen mijn ouders dat dit het spannendste is dat ik ooit heb meegemaakt. Voor mijn rijexamen was ik zenuwachtig, maar dit is nog veel erger. Het is gewoon afwachten. Ik kan er wel elke dag aan denken, maar dat werkt niet. Je verandert er niets mee,’ vertelt een serieuze maar toch ook vrolijke Maartje Krekelaar met een dikke Brabantse tongval – ze komt uit Veghel – op een grote bank in het hotel in Houten waar Oranje slaapt.

Londen

11 interlands speelde ze pas en daarin scoorde aanvallende middenveldster 1 keer. Dat ze met een groep van 6 speelsters niet mee mocht doen aan de Champions Trophy was lastig, maar dat heeft haar hoop op het hoogst haalbare absoluut niet de kop ingedrukt. De Australische coach Alyson Annan had ook troostende woorden voor haar. ‘Alyson zei meteen dat dit niet betekende dat ik was afgevallen voor de Olympische Spelen. Ik heb zo goed mogelijk doorgetraind in Londen met het groepje dat het toernooi niet speelde, maar natuurlijk had ik er mixed feelings over. Ook als ik meisjes C1 van Den Bosch (club waar ze speelt) zie spelen, krijg ik zin om zelf te hockeyen. Dat had ik nu natuurlijk in Londen helemaal.’

Snelle ontwikkeling

Krekelaar heeft zichzelf voorgenomen om nog elke training totdat bekend wordt wat de Olympische selectie wordt, alles te geven. En zij weet  – ook al is dat niet echt een geruststelling – dat ze als ze afvalt er misschien over 4 of 8 jaar wel bij zit. ‘Dat zou een troost kunnen zijn, maar ik ben nu zó dichtbij, dan wil je het gewoon halen. Ik heb tegen mezelf gezegd om heel fel de laatste trainingen te doen. Misschien twijfelt de begeleiding wel en haalt dat ze over de streep. Maar het is sowieso snel gegaan met me. Ik had nooit verwacht dat ik nu al hier zou staan. Mensen zeggen soms tegen me dat ik in het Nederlands Elftal zit en dan denk ik: ja, dat klopt. Dat is toch bizar, dat ik elke dag met die meiden train. Het wordt steeds normaler, maar ik moet er mezelf aan blijven herinneren dat het bijzonder is.’

Het telefoontje

Hoe ze het telefoontje later deze week gaat afwachten – waarin 3 keuzes mogelijk zijn: afvallen, als reservespeelster mee of de selectie halen – weet ze nog niet. Daarover is ze nog aan het nadenken. Lachend zegt ze: ‘Misschien ga ik wel autistisch in m’n eentje bij de telefoon wachten. Misschien zorg ik dat ik bij vriendinnen ben en loop ik even de kamer uit als ik gebeld word. Ik weet in elk geval wel dat als ik afval de zomer een zwart gat zal zijn. Maar dat is voor elke speelster die afvalt. Dan heb je opeens niets te doen.’

Zoals eerder opgeschreven, voor haar rijexamen was ze ook zenuwachtig, maar ook dat ging goed. ‘Niet normaal hoe spannend ik dat vond. Ik had bijna een scooter aangereden, maar ik was wel in één keer geslaagd.’


Wat vind jij? Praat mee...