Willemijn Bos speelde deze week tegen de Verenigde Staten in de Rabo Super Serie pas haar 1e interlands na de vakantie van Oranje. Vanwege het herstel van haar knieblessure, die ze vlak voor de play-offs opliep, zat ze de 2 interlands tegen Groot-Brittannië van vorige week nog op de tribune.
‘Het was niet zo dat ik die wedstrijden écht niet kon spelen. Op de training kon ik alle partijtjes meedoen en de fysio zei ook dat ik volledig mocht aansluiten, maar ik had bijna 8 weken niet gehockeyd. Natuurlijk heb ik tussendoor wel wat trainingen gedaan, maar om na zo’n blessure direct met 2 interlands te beginnen: dat is nogal pittig. Daarom hebben we ervoor gekozen rustig te starten’, aldus Bos. Dan lachend: ‘Voor zover dat kan.’
Herstelperiode
Bos heeft de afgelopen weken een revalidatieprogramma gevolgd om te herstellen van het scheurtje in de achterkant van haar knie. ‘De 1e week heb ik eigenlijk alleen maar gefietst op een tempo waarvan je zegt: dat ging niet héél hard. Maar om de paar dagen hebben we het programma steeds zwaarder gemaakt. Ik ging krachttraining doen, later ben ik gaan rennen en uiteindelijk heb ik hockeyspecifieke bewegingen gedaan.’
Met name de 1e training na de vakantie viel haar zwaar. ‘Toen liep ik met mijn tong op mijn knieën. Gelukkig gaat het steeds beter en word ik steeds fitter. Ik ben nog niet waar ik moet zijn, maar dat komt zeker goed.’
Geen last meer van knie
De 2 interlands tegen de Verenigde Staten heeft haar knie in ieder geval overleefd. ‘Die wedstrijden waren een soort test. De vraag was: hoe houdt mijn knie zich met zoveel inspanning? Maar het ging goed. Ik heb geen reactie gevoeld.’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.