Hoe Oranje’s oefentrip in Busan van 2003 uitliep op een flop

Uit de gegevens van de nieuwe interlanddatabase van de KNHB blijkt dat 866 hockeyers en hockeysters ooit hun debuut hebben gemaakt voor het Nederlands elftal. Zo’n eerste kennismaking met Oranje is altijd bijzonder, maar voor de tien speelsters die in de zomer van 2003 debuteerden – onder wie Naomi van As – werd het om talloze redenen onvergetelijk. Over de bizarre oefentrip van de Oranje Dames naar Zuid-Korea, waarbij werkelijk alles anders liep dan gepland.

Wat er vooraf ging

De Oranje Dames kregen in de loop van 2003 een uitnodiging om in juni deel te nemen aan het zeslandentoernooi in de Zuid-Koreaanse miljoenenstad Busan. Toenmalig bondscoach Marc Lammers stemde toe en zag in het toernooi – waaraan ook Engeland, Zuid-Afrika, Spanje, Australië en Zuid-Korea deelnamen – een ideale voorbereiding op het naderende EK van later dat jaar.

Een paar dagen vóór het vertrek naar Azië werd al duidelijk dat deze oefentrip anders dan normaal zou verlopen. Lammers zegde vanwege familieomstandigheden af en ook videoman Lars Gillhaus was er niet bij. Eric Verboom (foto boven), de huidige coach van de mannen van Den Bosch en destijds assistent-trainer van Lammers, kreeg de eindverantwoordelijkheid en de geblesseerde keepster Clarinda Sinnige nam de tijdelijke rol van video-operator over van Gillhaus.

Omdat de strijd om de landstitel in de Hoofdklasse haar climax nog moest beleven, werden de internationals van titelkandidaten Den Bosch en Laren niet in de selectie opgenomen. Dat betekende géén Janneke Schopman, Minke Booij, Mijntje Donners, Miek van Geenhuizen en Minke Smabers, maar een groep van achttien speelsters waarin tien (!) meiden nog nooit in het grote Oranje hadden gespeeld. Onder hen Naomi van AsWieke DijkstraJiske Snoeks en Sylvia Karres, die allen uitgroeiden tot gerenommeerde internationals.

Naomi van As, hier in actie tijdens het EK 2011 in Mönchengladbach, speelde de eerste vijf van haar 229 interlands in het Zuid-Koreaanse Busan. Foto: Koen Suyk.

Onervaren selectie

Eric Verboom: ‘In potentie hadden we in Busan een zeer talentvolle groep, met veel meiden die ik kende uit Nederlands Meisjes A. Maar het was wel een zeer onervaren selectie. Fatima Moreira de Melo (destijds 127 interlands, red.), Macha van der Vaart (105), Maartje Scheepstra (42), Chantal de Bruijn (32) en Femke Kooijman (25, de huidige manager van de Oranje Dames, red.) waren de routiniers in de groep, de rest had een handjevol wedstrijden gespeeld of nog helemaal niets. Sommigen hadden zelfs nog nauwelijks ervaring opgedaan in de Hoofdklasse.’

Het gebrek aan ervaring en de overvloed aan zenuwen zorgde al meteen voor praktische problemen. ‘Nieuwkomers Wieke Dijkstra en Nienke Kremers waren met zijn tweeën verantwoordelijk voor de ballenkoffer, maar op de een of andere manier waren ze die vergeten mee te nemen uit het hotel. Stonden we daar op het veld zonder materiaal. Uiteindelijk hebben we de Zuid-Afrikaanse ploeg en later de Engelsen om ballen moeten vragen.’

Nul overwinningen

In het veld ontbrak het aan automatismen, daadkracht en scorend vermogen. De Oranje Dames speelden in de groepsfase van het vriendschappelijke toernooi vijf wedstrijden. Geen enkel duel leverde een overwinning op, een zeldzame ervaring voor de vrouwenploeg. Oranje verloor van Zuid-Afrika (0-3), Zuid-Korea (0-5), Engeland (1-3) en Australië (0-1) en hield een puntje over aan het duel met Spanje (1-1).

Verboom: ‘In onze eerste wedstrijd tegen Zuid-Afrika speelden we met acht debutanten en tegen Spanje maakten nog eens twee meiden hun debuut. Je zag ons spel weliswaar steeds beter worden, maar het leverde niets op. Veel meiden raakten ook vermoeid, die waren alleen maar jeugdwedstrijden gewend. We haalden genoeg strafcorners, maar we misten onze vaste mensen om er rendement uit te halen. Geen Ageeth Boomgaardt, geen Minke Booij, geen Minke Smabers. Dat brak ons op.’

Het Gangseo Sports Park in Busan, waar de Oranje Dames hun vijf interlands afwerkten.

Tyfoon Soudelor

Na de sportieve tegenvallers kreeg Oranje ook te maken met meteorologische malaise. Het weer in Busan werd alsmaar slechter, als gevolg van tyfoon Soudelor die door Azië raasde. ‘We zouden na die vijf wedstrijden nog een knockout-fase spelen, maar door de hevige regenval werd dat alsmaar uitgesteld’, zegt Verboom. ‘Op een gegeven moment ging het buiten zo geweldig tekeer dat we verplicht in ons hotel moesten blijven. Een soort van lockdown van 48 uur. We konden geen kant meer op.’

Om de tijd te doden bedacht Verboom samen met zijn staf een alternatief plan, waarbij alle faciliteiten van het luxe hotel in de miljoenenstad dankbaar werden benut. ‘We zaten in een enorm gebouw dat uit drie grote torens bestond. Op de twintigste etage had je een overdekte atletiekbaan, daar zijn we toen maar gaan rennen. En er was een fitnessruimte, die hebben we ook intensief gebruikt. Verder hebben we ons in het hotel vermaakt met minigolf en hebben we een heus squashtoernooi georganiseerd voor de meiden. Dat werd uiteindelijk glansrijk door Marieke Dijkstra gewonnen.’

Angstzweet tijdens busreis

Het slechte, deprimerende weer in Busan maakte uiteindelijk een abrupt einde aan het zeslandentoernooi. Oranje wilde dolgraag op het vliegtuig terug naar het droge Nederland, maar het vliegverkeer van en naar Busan lag door de tropische storm volledig op zijn gat. Voor de selectie wachtte een urenlange busrit naar de luchthaven van Seoul, over een afstand van bijna 400 kilometer dwars door Zuid-Korea tussen de twee grootste steden van het land. Dat werd een allesbehalve comfortabele reis.

Verboom: ‘Het regende natuurlijk nog steeds in Busan en we hadden een zeer strak tijdschema om onze vlucht in Seoul te halen. We vertrokken al om vijf uur ’s ochtends, vlak voor de drukke ochtendspits. Sommige meiden sliepen in de bus meteen verder, maar dat duurde niet lang. Ze werden wakker door het geschud van de bus. De chauffeur was zo gestresst om op tijd in Seoul te zijn dat hij in hoog tempo over de snelweg raasde. Links en rechts schoten we de auto’s voorbij. Dat was bizar, want het was nog steeds hondenweer. Iedereen keek vanuit het middenpad met angst in de ogen door de voorruit om te zien wat er op de weg gebeurde. Het was bizar en levensgevaarlijk. Later in Seoul heb ik de FIH-official in onze bus er nog op aangesproken. Het was gewoon onverantwoord.’

Uit de comfortzone

Het verblijf in Busan bleek voor de jonge, onervaren Oranje-selectie bepaald geen doorsnee tripje. De meeste speelsters hebben het toernooi uit hun geheugen verbannen vanwege de deprimerende omstandigheden, de slechte resultaten en het gevoel gevangen te zitten in een vreemde stad waarin ze – zonder wifi, smartphones en laptops – nauwelijks contact konden hebben met het thuisfront. Toch denkt Verboom dat het ook een zeer leerzame ervaring is geweest.

‘De paar oudere speelsters baalden vooral van de slechte resultaten, maar voor de jonge meiden was het een mooie eerste kennismaking met internationaal hockey en een nieuwe cultuur. Dat er zoveel misging, was eigenlijk wel goed. Je leert het meeste wanneer je door bepaalde gebeurtenissen uit je comfortzone wordt gehaald. Daar was in Busan zeker sprake van, haha!’


Wat vind jij? Praat mee...