Nijmegen-spits Kjell Bakker draaide goed vorig seizoen. Hij had er na negen wedstrijden al acht doelpunten in liggen. Met de winterstop in zicht stond zijn ploeg op nummer één in de Promotieklasse. Maar toen sloeg het noodlot toe. Door een onbenullige misstap tijdens een training scheurde Bakker zijn meniscus én rechterkruisband. Weg seizoen. Nu, veertien maanden later, staat de spits er weer. ‘Ik hockey weer vrijuit. Zonder pijn. Zonder zorgen.’
We spreken Bakker als hij met zijn team in het Spaanse Marbella is in voorbereiding op de tweede seizoenshelft. Voor Bakker heeft de trip een extra speciaal tintje. Vorig jaar was hij er ook bij, maar had toen net een operatie achter de rug. Op krukken hinkte hij achter zijn ploeggenoten aan. Hockeyen zat er toen natuurlijk niet in.
Maar sinds een paar weken staat Bakker éindelijk weer op het veld tussen zijn teamgenoten. Vorige week zondag maakte de 27-jarige geboren en getogen Nijmegenaar zijn rentree tijdens een met 3-2 gewonnen oefenwedstrijd tegen hoofdklasser Laren. ‘Mijn vriendin en ouders stonden langs de lijn. Na afloop hebben we er met familie en vrienden een klein biertje op gedronken. Om na veertien maanden weer een wedstrijd te spelen, was toch wel een bijzonder moment.’
‘Klagen had geen zin’
Terug naar november 2022. Na de misstap in de training wist Bakker al snel dat het fout zat. ‘Eerst dachten de artsen dat ik alleen mijn meniscus had gescheurd. Toen bleek dat ook mijn kruisband volledig was afgescheurd, wist ik dat het einde seizoen was. Een enorme tegenvaller natuurlijk. Met Nijmegen gingen we minimaal voor de play-offs. Het liefst meer dan dat. Ik kon daar sowieso niet aan bijdragen.’
In januari volgde de operatie, waarna het langdurige revalidatieproces begon voor Bakker. ‘Ik wist dat er minstens tien maanden voor stond. Ik kon wel gaan klagen, maar dat had toch geen zin. Het enige dat ik kon doen, was de jongens uit het team zoveel mogelijk steunen. Ik ging naar alle wedstrijden mee en was een soort extra manager. Op die manier bleef ik toch betrokken.’
Bakker kreeg in die tijd niet alleen support van zijn fysiotherapeut, maar ook van vrienden Ilse Kappelle en Siem Schoenaker (beiden Amsterdam) ervaringsdeskundigen als het om kruisbandblessures gaat. Bakker: ‘Het was zeker in het begin fijn om met hen te sparren. Tips te krijgen over wat ik beter wel en niet kon doen. Verder was het vooral een kwestie van revalideren. Als mijn team aan het trainen was, deed ik vaak oefeningen met een fysiotherapeut.’
Machteloos toekijken
Langs de lijn zag Bakker intussen hoe Nijmegen de play-offs haalde. Na een bloedstollende best-of-three bleek Schaerweijde toch een maatje te groot. ‘Wat de uitslag ook was: ik had er niet aan bijgedragen. Het machteloos toekijken in plaats van invloed uit te oefenen op het veld vond ik het moeilijkste. Zeker ook toen het niet lukte om te promoveren. Tegelijkertijd was het mooi dat de groep eigenlijk direct aangaf het volgend jaar weer te willen proberen. Zelfs degenen die erover dachten om na vorig seizoen te stoppen.’
Ook na de zomer was Bakker nog niet wedstrijdfit. ‘Juist toen ik dichterbij mijn herstel was, begon het steeds meer te kriebelen. In sommige wedstrijden hebben we onnodig punten laten liggen. Ik was op die momenten het liefst het veld ingerend.’
Afgelopen november mocht Bakker dan toch eindelijk weer zijn eerste trainingsminuten met het team maken. ‘In het begin was dat wel eng. Ik was het vertrouwen in mijn lichaam kwijtgeraakt. En in je eentje trainen is toch wat anders dan duels aangaan en onverwachte bewegingen maken. Maar die angst verdween al snel. Het scheelt ook dat we twee maanden winterstop hadden. Daardoor heb ik extra hersteltijd gekregen zonder iets te missen. Daardoor hockey ik sinds we weer aan het trainen zijn vrijuit. Zonder pijn. Zonder zorgen.’
Wat vind jij? Praat mee...
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.